H05 Verzekeren, studeren, sparen en lenen

H05 Verzekeren, studeren, sparen en lenen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H05 Verzekeren, studeren, sparen en lenen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
- Herhaling (met twee opgaven)
- Nieuwe stof: berekenen van minimale premie (5.7)
- Nieuwe stof: sommenverzekeringen (5.5c)
- Huiswerk: 5.1, 5.2, 5.3, 5.5 en 5.7 + rode woorden kennen.
Ik wil het in je schrift hebben eind hoofdstuk 5.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgens de wet 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schadeverzekering 
Verzekering waarbij de uitkering door de verzekeraar afhankelijk is van de geleden schade.

Sommenverzekeringen 
Een sommenverzekering is een verzekering waarbij de uitkering door de verzekeraar afhankelijk is vanaf het moment dat verband houdt met het leven of sterven van een bepaalde persoon. 
Levensverzekeringen zijn altijd een sommenverzekering

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Arin sluit een brandverzekering af voor zijn bedrijfspand. De verzekerde som is 600000 euro, de jaarlijkse premie 2 promille van de som. De poliskosten zijn 15 euro en de assurantiebelasting is 21%. Bereken hoeveel Arin moet betalen.
timer
2:30

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ferry heeft brand gehad in zijn winkelpand, de schade bedraagt
€ 80.000. De verzekerde som op de polis bedraagt € 200.000.
De gezonde waarde van het winkelpand bedroeg direct voor de schade
€ 250.000 .
Bereken de schade-uitkering die Ferry zal ontvangen van de verzekeraar.
timer
2:30

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Berekenen schade-uitkering 
Ferry heeft brand gehad in zijn winkelpand, de schade bedraagt
€ 80.000. De verzekerde som op de polis bedraagt € 200.000.  De gezonde waarde van het winkelpand bedroeg direct voor de schade  € 250.000 . 

schade-uitkering =                                    x schadebedrag =             x 80000 =64000


(Verzekeringsbreuk < 1, er is sprake van onderverzekering)

verz. bedrag                                 200                    
gez. waarde                                  250

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Berekenen schade-uitkering 
schade-uitkering =                                        x schadebedrag


                                        verzekeringsbreuk
                                       > 1 = oververzekering 
                                       < 1 = onderverzekering 
                                       

verzekerd bedrag 
 gezonde waarde
De waarde van het verzekerd object bijv. je huis direct voorafgaand aan de schade
(je krijgt niet alle schade vergoed)
(je krijgt schade volledig vergoed, maar je hebt meer premie betaald dan nodig) 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schadeverzekeringen voor personen
  • Autoverzekering 
  • Opstalverzekering (huis of ander gebouw) 
  • Inboedelverzekering (alles wat zich los in huis bevindt)
  • Aansprakelijkheidsverzekering 
  • Rechtsbijstandsverzekering (hulp bij juridische geschillen) 
  • Reis- en annuleringsverzekering 
  • Zorgverzekering basis (verplicht) en aanvullend (vrijwillig) 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Autoverzekering 
  • Wettelijke aansprakelijkheid verzekeren is verplicht. Hiermee is de schade die je aan een ander toebrengt verzekerd
  • Met beperkt of volledig casco dekking is de schade aan je eigen auto verzekerd
  • De premie voor je verzekering is afhankelijk van type auto (merk, gewicht), woonplaats, aantal kilometers per jaar en aantal schadevrije jaren. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Autoverzekering: bonus-/malus 
start
  • Start nieuwe verzekering in trede 2 
  • Na 1 jaar 
    schadevrij kom je in Trede 3 
  • In het 2e jaar
    krijg je 15 % korting op je premie

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schadeverzekeringen voor bedrijven
  • Brandverzekering
  • Transportverzekering (imaginaire winst meeverzekeren ?)
  • Bedrijfsschadeverzekering (imaginaire winst meeverzekeren ?)
  • Kredietverzekering (kredietlimiet/ politiek en/ of commercieel risico?)
  • Productaansprakelijkheidsverzekering
  • Aansprakelijkheidsverzekering
  • Rechtsbijstandverzekering

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Berekenen schade-uitkering 
schade-uitkering =                                        x schadebedrag


                                        verzekeringsbreuk
                                       > 1 = oververzekering 
                                       < 1 = onderverzekering 

                                       

verzekerd bedrag 
 gezonde waarde
Risico op onderverzekering kan voorkomen worden met dekking premier-risque

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bereken minimale premie
De minimale premie die een verzekeraar in rekening moet brengen om geen verlies te maken kunnen we berekenen met een formule;

minimale premie = schadekans x gemiddeld schadebedrag 

Voorbeeld: een verzekeraar van ongevallenverzekeringen weet uit ervaring dat jaarlijks gemiddeld 1 op de 500 klanten een claim indient. Het gemiddelde schadebedrag bedraagt
€ 7.000. 

De minimale premie is 1/500 x € 7.000 = € 14               

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bereken resultaat verzekeraar
Resultaat = opbrengst - kosten 

Opbrengst = aantal klanten x premie (+ eventuele poliskosten) per klant  
Let op: bedragen exclusief assurantiebelasting (dat gaat namelijk niet naar de verzekeraar).

Kosten = bedrijfskosten + (variabele kosten per  klant x aantal klanten) + schade-uitkeringen

Uit te betalen aan schade-uitkeringen:
Schade-uitkeringen = aantal klanten x schadekans x gemiddeld schadebedrag  

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opgave 5.7 
  • Verwacht verlies = totaal premies - (totaal uitkeringen + kosten)
  • Premies = 9.000 x € 850 = € 7.650.000
  • Uitkeringen = (1/200 x 8.000 + 1/500 x 1.000) x € 200.000 = € 8.400.000
  • Kosten = € 400.000 + 9.000 x € 15 = € 535.000
  • € 7.650.000 - (€ 8.400.000 + € 535.000) = - € 1.285.000 verlies

timer
7:00

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten sommenverzekeringen
Overlijdensrisicoverzekering  
timer
3:00

Slide 17 - Tekstslide

H05 Opdracht verzekeringspolis blanco (lesmateriaal bovenbouw) 
Soorten sommenverzekeringen
Overlijdensrisicoverzekering  
  1. verzekeraar
  2. verzekeringnemer
  3. verzekerde: op wie zijn leven? 
  4. begunstigde: wie krijgt de uitkering
  5. ingangsdatum en einddatum
  6. verzekerd bedrag
  7. premie
  8. voorwaarden/ clausules

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opgave 5.5 C
  • verzekeraar: Abax BV
  • verzekeringnemer: Viola
  • verzekerde: Kimberly 
  • begunstigde Viola

Slide 19 - Tekstslide

tm hier H4B
Soorten sommenverzekeringen
  • Overlijdensrisicoverzekering
  • Compagnonsverzekering: overlijdensrisicoverzekering voor vennoten in een VOF zodat bij overlijden van de één de ander een uitkering ontvangt waarmee aandeel overledene in de onderneming gekocht kan worden van erfgenamen
  • Pensioenverzekering: keert aanvulling inkomen uit na pensionering, wordt afgesloten door werkgever
  • Lijfrenteverzekering: keert tijdelijke of levenslange aanvulling inkomen uit na pensionering, wordt individueel vrijwillig gesloten. Betaling via premie of in één keer (tegen koopsom)

  • AOW, pensioen en lijfrente bespreken we uitgebreider bij de behandeling van hfst. 7

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies