week 1 les 2

Primaire geslachtskenmerken
Secundairegeslachtskenmerken
Balzak
Penis
Schaamlippen
Vagina
Borsten
Schaamhaar
Baard in de keel
Bredere heupen
1 / 23
volgende
Slide 1: Sleepvraag
anatomie, fysiologie en pathologieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Primaire geslachtskenmerken
Secundairegeslachtskenmerken
Balzak
Penis
Schaamlippen
Vagina
Borsten
Schaamhaar
Baard in de keel
Bredere heupen

Slide 1 - Sleepvraag

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Hoe noemen we de geslachtscellen van de vrouw?
A
eicel
B
zaadcel
C
lichaamscel
D
baarmoeder

Slide 6 - Quizvraag

Hoe noemen we de geslachtscellen van de man?
A
eicel
B
zaadcel
C
lichaamscel

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

De menstruatiecyclus - 1
1. De hypofyse produceert FSH (follikel stimulerend hormoon)

2. FSH zorgt ervoor dat een eicel (follikel) in de eierstok rijpt

3. De rijpende eicel produceert oestrogeen

4. Oestrogeen zorgt voor groei van het baarmoederslijmvlies

Slide 9 - Tekstslide

De menstruatiecyclus - 2
5. Bij voldoende oestrogeen in het bloed produceert de hypofyse LH
    (luteïniserend hormoon)
6. LH zorgt voor ovulatie (eisprong). Het omhulsel van de eicel (geel 
    lichaam) blijft achter in de eierstok en produceert progestageen
7. Progestageen zorgt ervoor dat het baarmoederslijmvlies klaar is voor
    innesteling van een bevruchte eicel
8. Geen bevruchting -> daling productie oestrogeen en progestageen -> 
    menstruatie

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video


wat gebeurt er tijdens dag
1 t/m 5
A
ovulatie
B
innesteling
C
menstruatie
D
bevalling

Slide 14 - Quizvraag

Wanneer is een vrouw het meest vruchtbaar?
A
Vlak na de menstruatie
B
Vlak voor de menstruatie
C
Vlak voor de ovulatie (ei sprong)
D
Vlak na de ovulatie (ei sprong)

Slide 15 - Quizvraag

Waarvoor dient de opbouw van het baarmoederslijmvlies?
A
Om bevruchting mogelijk te maken
B
Om innesteling mogelijk te maken
C
Om menstruatie mogelijk te maken

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Welke mannelijke geslachtsorganen ken je nog meer?

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Wanneer is de eicel bevrucht?
A
Als de eisprong is geweest
B
Als de vrouw een orgasme heeft gehad
C
Als de kern van de zaadcel met de kern van de eicel is versmolten

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide