Procenten - 8.2 Rekenen met procenten

Vak: Rekenen
Hoofdstuk: Procenten
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen 
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1,2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vak: Rekenen
Hoofdstuk: Procenten
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen 
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening
Open je boek op blz. 197


Huiswerk controle.




Slide 2 - Tekstslide

2. Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
Aan het einde van de les:
- kun je uitrekenen welke hoeveelheid bij een percentage hoort. 
- kun je uitrekenen welk percentage er bij een deel van het totaal hoort.
- kun je totaal uitrekenen wanneer je een hoeveelheid en het bijbehorende percentage hiervan weet.
- kun je voor bovenstaande doelen een verhoudingstabel gebruiken


Leergebied overstijgende doelen:
Plannen en organiseren
- Nemen in hun agenda op wat ze de komende week moeten leren. 
- Past zijn planning (indien nodig) aan voor de andere helft van de week (minimaal 2 vakken).

Slide 3 - Tekstslide

3. Arrangementen + mini-check
Verdiept (8 of hoger): Nick
Jij gaat zelfstandig aan de slag met opdracht 10 t/m 18 op blz. 197 t/m 206
--> Lees de theorie goed door


De rest doet mee met de mini-check 

Slide 4 - Tekstslide

Dennis gebruikt 10% van de eieren voor een recept.

Hoeveel eieren gebruikt Dennis?

Slide 5 - Open vraag

Er zit 12% bosvruchten in de zak met muesli. In totaal zit er 500 gram in de zak.

Hoeveel gram bosvruchten zitten er in de zak?

Slide 6 - Open vraag

In een kennel zijn 50 honden.
12 honden zijn zwanger.

Hoeveel procent van de honden is zwanger?

Slide 7 - Open vraag

Julian gaat met een groep vrienden uit eten.
Hij betaalt € 90.
Dit is 40% van het totaalbedrag.

Wat is het totaalbedrag?

Slide 8 - Open vraag

Een restaurant is voor 80% gevuld.
Dat zijn 120 mensen.

Hoeveel mensen kunnen er in totaal in het restaurant?

Slide 9 - Open vraag

Wie maakt wat
Had je 4 of meer vragen goed dan mag je zelfstandig aan de slag met de opdrachten. 
Jullie gaan zelfstandig aan de slag met opdracht 10 t/m 18 op blz. 197 t/m 206
--> Lees de theorie goed door

De rest doet mee met de instructie

Slide 10 - Tekstslide

deel van het totaal berekenen
Wanneer je dit lastig vindt, kun je ook een verhoudingstabelgebruiken

Slide 11 - Tekstslide

deel van het totaal berekenen met een verhoudingstabel
Hoeveel procent van de koekjes in de doos is een 
chocoladekoekje? 

Je ziet dat er 8 van de 20 koekjes chocoladekoekjes zijn. 
-> Vul de gegevens in die je weet. 


aantal koekjes
               20
                1
                 8
percentage %
             100%
              5%
               40%
: 20
: 20
x 8
x 8

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

deel van het totaal berekenen met een verhoudingstabel
Op het Gauss College komen 307 leerlingen met het openbaar vervoer naar school. 
Dat is 23% van alle leerlingen.
Hoeveel leerlingen zitten er op het Gauss College?

-> Vul de gegevens in die je weet. 


aantal leerlingen
             307
percentage %
             23%
                1%
               100%
: 23
: 23
x 100
x 100

Slide 14 - Tekstslide

In een zak snoep zitten 12 zuurtjes. Dit is 20% van alle snoepjes in de zak. Hoeveel snoepjes zitten in totaal in de zak?

Slide 15 - Open vraag

5. Begeleid inoefenen
Had je geen of 1 vraag goed bij de mini-check --> 
Dan maken we samen wat opdrachten.



 

Slide 16 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
Jij gaat zelfstandig aan de slag met opdracht 10 t/m 18 op blz. 197 t/m 206
--> Lees de theorie goed door




Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na. 
Daarna ga je in studiemeter werken.
Je gaat verder met de oefeningen bij verhoudingen. 
timer
12:00

Slide 17 - Tekstslide



 Aan het einde van deze les:
 - kun je uitrekenen welke hoeveelheid bij een percentage hoort. 
- kun je uitrekenen welk percentage er bij een deel van het totaal hoort.
- kun je totaal uitrekenen wanneer je een hoeveelheid en het bijbehorende percentage hiervan weet.
- kun je voor bovenstaande doelen een verhoudingstabel gebruiken
Leerdoelen van deze les
Hoeveel sterren geef je jezelf? 
Minimaal 1 ster, maximaal 5 sterren per doel. 
kun je uitrekenen welke hoeveelheid bij een percentage hoort?
kun je uitrekenen welk percentage er bij een deel van het totaal hoort?
kun je totaal uitrekenen wanneer je een hoeveelheid en het bijbehorende percentage hiervan weet?
 kun je voor bovenstaande doelen een verhoudingstabel gebruiken?

Slide 18 - Sleepvraag

Huiswerk & Toetsen
Huiswerk LJ1: 
Dinsdag 9 mei
Procenten opdracht 10 t/m 18 

Huiswerk LJ2: 
Dinsdag 9 mei
Procenten opdracht 10 t/m 18
Toetsen LJ1: 



Toetsen LJ2: 

Slide 19 - Tekstslide