BK1 Unit 4 Media reading + words

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Hello 

Everyone! 

-Book

-Notebook

-Pen

on the table

Today's planning:

Today:

- Play your game!

- Reading

- Check your understanding

- Homework: Reading exercises

- Leerdoel 1: Aan het eind van deze les kun je in eigen woorden vertellen waar de leestekst op p.10 over gaat en er vragen over beantwoorden

-Leerdoel 2: Ook kun je noemen welke leesstrategie je hebt geleerd en hoe deze werkt.

Today's planning:

T5) What did we do last lesson?

Play your Words game! 

Today's planning:

O5) 

Reading text p.10

(words 4.1 + present simple)

Do you read advertisements online?

Where? In English?

I'm going to read the text

You're going to ask each other questions about the text.

Today's planning:

U5) 

Ik ga de tekst voorlezen 

Onderstreep onbekende woorden 

-Daarna bespreken we

Waar gaan de teksten over?

Wat doen we met de onbekende woorden?  

(Tip: leesstrategie onbekende woorden raden p.12)

-Daarna zelf aan de slag (werk in duo's)

--Elkaar vragen stellen door een dobbelsteen te gooien. Bij elk cijfer op de dobbelsteen hoort een vraag.

-Deze vraag stel je aan de ander

(Vragen staan op bord)

Beurt 1 (speler 1)

1 = Is de hond lief en trouw?

2 = Wat heeft de hond nodig?

3 = wat krijg je nog meer als je een skateboard koopt ?

4= Is de roze gitaar nieuw?

5 = Is de camera voor iedereen?

6 = Wordt de camera gratis verstuurd?

Beurt 2 (speler 2)

1 = Hoe oud is de hond?

2 = Wat doet de hond nooit?

3 = Wat krijg je als je 3 skateboards koopt?

4=Wat heeft de gitaar?

5= wat kun je met de camera?

6 = Waarom wordt de camera niet gebruikt?

Today's planning:

BI : Zelf aan de slag in Duo's

 -Elkaar vragen stellen door een dobbelsteen te gooien. Bij elk cijfer op de dobbelsteen hoort een vraag. 

- Je speelt om de beurt

- Vragen staan op bord

Jullie krijgen hiervoor 10 minuten de tijd

Klaar? Maak dan opdracht 3, 4, 5

WE GAAN EERST EVEN OEFENEN>>>>

Vragen? 

Today's planning:

ZV10: Zelf aan de slag in Duo's

 -Speler 1 gooit, stelt vraag van linker-rijtje

- Daarna gooit speler 2, vraag rechter-rijtje

- Vragen staan op bord

- Check samen het antwoord!

Jullie krijgen hiervoor 10 minuten de tijd

Klaar? Maak dan opdracht 3, 5

Today's planning:

- Leerdoel 1: Aan het eind van deze les kun je in eigen woorden vertellen waar de leestekst op p.10 over gaat en er vragen over beantwoorden

-Leerdoel 2: Ook kun je noemen welke leesstrategie je hebt geleerd en hoe deze werkt.

Wat ging goed?

Waarmee moeite?

Wat volgende keer anders?

Volgende les >>>>

Words

Words

Words

Translate Challenge:

Translate as many words as you can in 30 seconds!

There are Dutch and English words.

Translate Dutch to English

and 

English to Dutch

(Alles wat je niet weet, schrijf je op in je schrift om extra te leren)

Helm 

Advertentie

Aanbieding

Alleen

Bright

Sportkleding

Veilig

Jacket

Scarf

Trousers

Quality

Helm=helmet 

Advertentie=ad

Aanbieding=offer

Alleen=only

Bright=fel

Sportkleding=sportswear

Veilig=safe

Jacket=jasje

Scarf=sjaal

Trousers=broek

Quality=kwaliteit

DO:  exercise 6 and 7 on NEW INTERFACE ONLINE

Meervoud

Singular = enkelvoud

Plural = meervoud

Regel voor meervoud = woord + s

               1 dog - 3 dogs

    1 dog

   3 dogs

1. mouthees
2. mouth's
3. mouthens
4. mouths

Meervoud

Meervoud

Meervoud

Bij woorden die eindigen op een f of fe

                            

                     f/fe verdwijnt en wordt - ves

                 

     1 leaf                           4 leaves

Thief

1. thiefs
2. thiefes
3. thiefies
4. thieves

Bij woorden die eindigen op een medeklinker + y

                            

                     -y verdwijnt en wordt - ies

                 

  1 bunny                            4 bunnies

strawberry

1. strawberries
2. strawberrys
3. strawberrys
4. strawberryes

1. faces
2. face's
3. facies
4. facces

1. ponys
2. ponies
3. pony's
4. ponie's

1. monky's
2. monkies
3. monkie's
4. monkys

1. modelles
2. modells
3. models
4. modelens

1. leaves
2. leafes
3. leafs
4. leaf's

Uniform

1. uniformes
2. uniform's
3. uniforms
4. uniformies

1. cooky's
2. cookies
3. cookys
4. cookyes

1. elfs
2. elves
3. elfes
4. elf's

1. Butterflies
2. butterflys
3. butterflie's
4. butterfly's

1. first laddies
2. first ladys
3. first ladies
4. first lady's

1. baby's
2. babys
3. babie's
4. babies

https:

Today's planning:

Do: Exercise 8 and 9, New Interface Online

Today's planning:

Homework:

• Make sentences with all 3.1 words
• Learn: Grammar Plurals
• Finish: Exercise 8 and 9,new Interface online