§8.4 + herhaling (6 juni)

§8.4 toonhoogte
Lesplanning:
  1. Herhaling §8.3 + demo oscilloscoop
  2. Opgave 44 maken
  3. Uitleg §8.4
  4. Opgaven §8.4 maken
  5. Filmpje: pauze
  6. Klassikale ophave herhaling H7
  7. Zoek het juiste woord

1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

§8.4 toonhoogte
Lesplanning:
  1. Herhaling §8.3 + demo oscilloscoop
  2. Opgave 44 maken
  3. Uitleg §8.4
  4. Opgaven §8.4 maken
  5. Filmpje: pauze
  6. Klassikale ophave herhaling H7
  7. Zoek het juiste woord

Slide 1 - Tekstslide

§8.4 Lesdoelen
Aan het einde van de les
kan je ...
  • uitleggen hoe je de toonhoogte van een instrument kan veranderen;
  • trillingstijd aflezen in het beeld van een oscilloscoop.


Slide 2 - Tekstslide

Geluid is...
  • een trilling;
  • heeft altijd een bron nodig, iets dat de trilling veroorzaakt;
  • heeft iets nodig om doorheen te reizen;
  • verplaatst zich als een golf.

Slide 3 - Tekstslide

Stemvork

Slide 4 - Tekstslide

Oscilloscoop

Slide 5 - Tekstslide


Wat wordt met de rode
pijl aangegeven?
A
De Amplitude A
B
De Trillingstijd T
C
De frequentie f
D
De uitwijking u

Slide 6 - Quizvraag


Wat wordt met de rode
pijl aangegeven?
A
De Amplitude A
B
De Trillingstijd T
C
De frequentie f
D
De uitwijking u

Slide 7 - Quizvraag

Grootheid
Symbool
Eenheid
Symbool
f
m
Frequentie
Hertz
Hz
T
seconde
s
Trillingstijd
Golflengte
λ
meter

Slide 8 - Sleepvraag

Voorbeeld 
Het beeld van de oscilloscoop is zo ingesteld dat 1 hokje 2 ms breed is. 
Bepaal de frequente van de toon. 

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag
§8.3 opgave 44
timer
6:00

Slide 10 - Tekstslide

Hoe kan men hogere tonen spelen op een blaasinstrument?

Slide 11 - Tekstslide

Hoe kan men hogere tonen spelen op een blaasinstrument?

Slide 12 - Open vraag

§8.4 Toonhoogte

Slide 13 - Tekstslide

Zacht
Hard
Laag
Hoog

Slide 14 - Sleepvraag

Toonhoogte

  • De lengte van de buis
  • Buis langer maken door kleppen te sluiten



blaasinstrumenten

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

De toonhoogte van een 
snaarinstrument kan je 
verhogen door...

Slide 17 - Tekstslide

De toonhoogte van een
snaarinstrument kan je
verhogen door...

Slide 18 - Woordweb

Toonhoogte

  • Lengte
  • Dikte
  • Spankracht 



snaarinstrumenten

Slide 19 - Tekstslide

Klankkleur

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag
§8.4 opgave 49 t/m 56
timer
15:00

Slide 21 - Tekstslide

§8.4 Lesdoelen
Aan het einde van de les
kan je ...
  • uitleggen hoe je de toonhoogte van een instrument kan veranderen;
  • trillingstijd aflezen in het beeld van een oscilloscoop.


Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Een fles met minder water heeft een ...
A
hogere toon
B
lagere toon

Slide 24 - Quizvraag

Herhaling H7
Klassikale oefenopgave
Tweetallen: zoek het juiste woord

Slide 25 - Tekstslide

Voorbeeldopgave
Aan een veer hangt een blokje met een massa van 180 g. 
A. Schets de situatie en teken hierin de
     veerkracht en de zwaartekracht.

Slide 26 - Tekstslide

Voorbeeldopgave
Aan een veer hangt een blokje met een massa van 180 g. 
A. Schets de situatie en teken hierin de
     veerkracht en de zwaartekracht.

De veer heeft een beginlengte van 5,0 cm en een veerconstante van 0,5 N/cm. 
B. Bereken de lengte die de veer krijgt als het
     blokje aan de veer hangt.

Slide 27 - Tekstslide

Voorbeeldopgave
Aan een veer hangt een blokje met een massa van 180 g. 
A. Schets de situatie en teken hierin de
     veerkracht en de zwaartekracht.

De veer heeft een beginlengte van 5,0 cm en een veerconstante van 0,5 N/cm. 
B. Bereken de lengte die de veer krijgt als het
     blokje aan de veer hangt.

C. Bereken hoever de veer uitrekt wanneer je
     op Mars (g = 3,74 N/kg) het blokje aan de
     veer hangt? 

Slide 28 - Tekstslide

Zoek het juiste antwoord.
  • De mogelijke antwoorden liggen verspreid door het lokaal. 
  • Boeken en chromebooks in de tas, tas onder je tafel.
  • Je werkt in twee- of drietallen.
timer
12:00

Slide 29 - Tekstslide

Herhaling H7 kracht

Slide 30 - Tekstslide

Krachten kan je niet zien maar wel het effect.

Krachten kunnen een voorwerp...
  • vervormen
  • van snelheid veranderen
  • van richting veranderen

Slide 31 - Tekstslide

Plastische en elastische vervorming

Slide 32 - Tekstslide

En welke krachten werken er als je fietst?

Slide 33 - Open vraag

Krachten tekenen
  • grootte 
     krachtenschaal
  • richting
  • aangrijppunt

Slide 34 - Tekstslide

Fz(N)=m(kg)g
gaarde=9,81

Slide 35 - Tekstslide


De veerkracht



Als een voorwerp stil hangt dan geldt:
         
Fveer=Fz
Fveer=Cu

Slide 36 - Tekstslide

Oefenopgave 1
Een veer in het zadel van je fiets heeft als er niemand op zit een lengte van 5,0 cm. Als een persoon met een massa van 55 kg op het zadel gaat zitten wordt de lengte van de veer verkleint tot 4,2 cm. 

A. Hoe groot is de zwaartekracht die op een persoon
     van 55 kg werkt?
B. Hoe groot is de veerconstante van de veer?
timer
3:00

Slide 37 - Tekstslide

Oefenopgave 2
A. Hoe groot is de veerconstante van veer 1?

André Kuipers neemt veer 1 mee naar de
maan en hangt een voorwerp met een massa
van 4,9 kg aan de veer.
De zwaartekrachtsconstante op de maan is
1,63 N/kg.  
B.  Hoe groot is de zwaartekracht op de maan
      op het voorwerp?
C. Hoe groot is de uitrekking van de veer of de maan?

timer
4:00

Slide 38 - Tekstslide

Voorbereiden CP
  • Stap 1     Zeer korte samenvatting maken

  • Stap 2     Lastige opgaven uit je boek nogmaals maken.
                          Stel vragen! Probeer het te begrijpen. 

  • Stap 3    Oefentoets maken en evt. nog wat extra oefening.

Slide 39 - Tekstslide