Schrijven (1)

Schrijven (1)
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Schrijven (1)

Slide 1 - Tekstslide

Doel
Aan het einde van de les: 
  • heb je vier korte teksten geschreven
  • heb je een aantal teksten van ander leerlingen gecorrigeerd (en daarmee kritisch leren kijken naar die teksten)

Slide 2 - Tekstslide

Tekst 1
Een social media-post over een weekendtrip

Situatie:
Je deelt op een Duits platform (bv Instagram) een bericht over je weekend.
Instructie: Vertel wat je hebt gedaan, met wie je was en voeg een oproep toe: Was habt ihr am Wochenende gemacht?




Tekst 2
Een beschrijving van je droomhuis


Situatie:
Je beschrijft aan een makelaar in Duitsland hoe jouw droomhuis eruitziet.
Instructie: Vertel waar het huis ligt, hoe groot het is, wat er in zit en waarom je daar wilt wonen.
timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Geef je teksten aan je 
buurman of buurvrouw! 














Slide 4 - Tekstslide

Controleer: haben en zijn
Buurman/buurvrouw kijkt nu naar het volgende punt en corrigeert dat wanneer dit fout is. 
Zijn "haben" en "sein" juist vervoegd? 














timer
1:00

Slide 5 - Tekstslide

Controleer: zwakke werkwoorden
Buurman/buurvrouw kijkt nu naar het volgende punt en corrigeert dat wanneer dit fout is. 
Zijn de zwakke werkwoorden juist vervoegd? 
FEESTTENTEN














timer
1:00

Slide 6 - Tekstslide

Controleer: hoofdletters
Buurman/buurvrouw kijkt nu naar het volgende punt en corrigeert dat wanneer dit fout is. 
Zijn er overaal hoofdletters bij zelfstandige naamwoorden en begin van zinnen? 














timer
1:00

Slide 7 - Tekstslide

Controleer: interpunctie
Buurman/buurvrouw kijkt nu naar het volgende punt en corrigeert dat wanneer dit fout is. 
Zijn de punten, komma’s en 
vraagtekens goed gebruikt? 














timer
1:00

Slide 8 - Tekstslide

Controleer: zinsopbouw
Buurman/buurvrouw kijkt nu naar het volgende punt en corrigeert dat wanneer dit fout is. 
Is de volgorde van de woorden logisch en zoals we in het Nederlands geleerd hebben? 














timer
1:00

Slide 9 - Tekstslide

Controleer: woordgebuik
Buurman/buurvrouw kijkt nu naar het volgende punt en corrigeert dat wanneer dit fout is. 
Zijn de woorden die gebruikt zijn logisch en passend voor het onderwerp? 














timer
1:00

Slide 10 - Tekstslide

Geef je teksten terug aan je buurman of buurvrouw! 
En bespreek je teksten














timer
2:00

Slide 11 - Tekstslide

Tekst 3
Een boodschappenlijst voor een Duits recept 
Situatie: Je gaat koken met je vriend(in) uit Duitsland en schrijft een lijstje van wat je nodig hebt.
Instructie: Vertel wat je gaat maken, welke ingrediënten je nodig hebt en vraag of ze iets mee willen nemen.
Taalgebruik: Gebruik woorden zoals brauchen, kaufen, müssen en wees concreet in je beschrijving. 




Tekst 4
Een brief aan een gastgezin
Situatie: Je gaat op uitwisseling naar Duitsland en schrijft een brief aan je gastgezin.
Instructie: Stel jezelf kort voor, vertel iets over je hobby's en wat je hoopt te doen in Duitsland.
Taalgebruik: Gebruik persoonlijke voornaamwoorden en eenvoudige beschrijvingen zoals ich heiße, ich wohne in, ich mag. 

timer
10:00

Slide 12 - Tekstslide

Feedback Carrousel
Je loopt door de klas tot het moment dat ik "stop" zeg. 
Op dat moment geef je feedback op de tekst waar je bij staat.
Er zijn drie stations, drie verschillende punten van feedback. 

Slide 13 - Tekstslide

Station 1: werkwoordgebruik

timer
2:00

Slide 14 - Tekstslide

Station 2: hoofdletters en interpunctie
timer
2:00

Slide 15 - Tekstslide

Station 3: zinsopbouw

timer
1:00

Slide 16 - Tekstslide

Je mag weer gaan zitten














Slide 17 - Tekstslide

Doel
Aan het einde van de les: 
  • heb je twee teksten geschreven
  • heb je een aantal teksten van ander leerlingen gecorrigeerd (en daarmee kritisch leren kijken naar die teksten)

Slide 18 - Tekstslide