In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
vinderverband aanleggen
wat te doen bij een heupfractuur
Slide 1 - Tekstslide
Planning/doel van vandaag
Wat is EHBO?
Woordweb EHBO afkortingen
Uitleg van de 5 basisregels van EHBO
Carroussel van de EHBO handelingen
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Waar staat de afkorting E.H.B.O. voor?
Slide 4 - Woordweb
Waar staat EHBO voor?
A
Eerste hulp bij overvallen
B
Eten halen bij opa
C
Eerste hulp bij ongelukken
D
Het heet gewoon EHBO
Slide 5 - Quizvraag
Hoeveel belangrijke punten zijn er bij EHBO?
A
6
B
5
C
4
D
3
Slide 6 - Quizvraag
Vijf belangrijke punten
Let op gevaar!
Ga na wat er gebeurd is en daarna wat iemand makeert
Stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting
Zorg voor professionele hulp
Help het slachtoffer op de plaats waar hij ligt of zit
Slide 7 - Tekstslide
Casus:
Je bent aan het aardappels schillen voor het avond eten, opeens hoor je naast je ‘AUW’!!! Ze grijpt naar wijsvinger. Je ziet een snijwond en een klein beetje bloed langs haar wijsvinger lopen.
a) Wat is er aan de hand?
b) Wat is het doel van de eerste hulp in deze situatie?
c) Welke eerste hulp verleen je?
d) Voer de eerste hulp uit.
Slide 8 - Tekstslide
Denk ook aan de 5 EHBO regels
Slide 9 - Tekstslide
Hoe kun je besmetting van wonden beperken?
Slide 10 - Open vraag
Wanneer maak je gebruik van zwaluwstaartjes of hechtstrips?
A
Splinterverwonding
B
Bloedende schaafwond
C
Brandwond met blaren
D
Snijwond met wijkende wondranden
Slide 11 - Quizvraag
Moeten sieraden verwijderd worden bij arm of been letsel?
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quizvraag
| Bijtwonden kunnen geen aanleiding geven tot tetanus. || Iedere wond kan leiden tot tetanus, dus ook bijtwonden.
A
Alleen stelling 1 is juist
B
Alleen stelling 2 is juist
C
Beide stellingen zijn juist
D
Beide stellingen zijn onjuist
Slide 13 - Quizvraag
Casus:
Je zit met een vriend/vriendin in een restaurant te eten. Een tafel naast je hoor je paniek ontstaan omdat één van beide zich heeft verslikt in een stuk vlees. Zijn partner weet niet wat ze moet doen. Het slachtoffer grijpt naar zijn keel. Hij is duidelijk benauwd en kan geen woord uitbrengen. Haar ogen puilen uit en de angst is van haar gezicht af te lezen.
a) Wat is er aan de hand?
b) Wat is het doel van de eerste hulp in deze situatie?
c) Welke eerste hulp verleen je?
d) Voer de eerste hulp uit.
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Noem 6 maatregelen die je moet nemen als het slachtoffer het bewustzijn verliest als gevolg van zuurstof gebrek?
Slide 16 - Open vraag
Brandwonden
1e graads:
Geen wond, rood/roze huid
2e graads:
Blaren, nat, pijnlijk
3e graads:
Pijnloos, diepe wond, wit, beige of bruin van kleur
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Behandeling brandwond
Slide 19 - Tekstslide
Wat doe je als eerst als je een ongeluk ziet?
A
Meteen naar het slachtoffer rennen
B
112 bellen
C
Kijken of je veilig er naar toe kan gaan
D
AED regelen
Slide 20 - Quizvraag
Een tweedegraads verbranding ....?
A
Heeft blaren, nat, pijnlijk
B
Geen wond, rood/roze huid
C
is pijnloos, diepe wond, wit, beige of bruin van kleur
D
Zowel A,B en C
Slide 21 - Quizvraag
Wat is de reden om het slachtoffer in een stabiele zijligging te leggen?
A
Om rug en nekklachten te verhelpen
B
Om de luchtwegen vrij te houden
Slide 22 - Quizvraag
Is deze brandwond
A
1e graads
B
2e graads
C
3e graads
Slide 23 - Quizvraag
Een brandwond koel je....
A
minimaal 30 minuten met lauw water.
B
minimaal 10 minuten met koud water .
C
minimaal 10 minuten met lauw water.
D
minimaal 30 minuten met koud water.
Slide 24 - Quizvraag
Welke graad brandwond is dit?
A
1e graads
B
2e graads
C
3e graads
D
4e graads
Slide 25 - Quizvraag
Slide 26 - Video
Meten
Het is belangrijk om te weten hoeveel procent van het
lichaam ongeveer verbrand is, omdat dit gevraagd zal