Woordvolgorde

Woordvolgorde - verdieping
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Woordvolgorde - verdieping

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Welke zin is correct?
A
She goes to the cinema on Tuesday.
B
She goes on Tuesday to the cinema.
C
She to the cinema goes on Tuesday.
D
goes she to the cinema on Thursday.

Slide 4 - Quizvraag

Welke zin is correct?
A
We next weekend go to the beach.
B
We go next weekend to the beach.
C
We to the beach go next weekend.
D
We go to the beach next weekend.

Slide 5 - Quizvraag

Welke zin is correct met nadruk?
A
This morning I saw a dog.
B
This morning, I saw a dog.
C
I saw a dog this morning.
D
I saw this morning a dog.

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

1
2
3
4
5
in town
met
yesterday
her
I

Slide 8 - Sleepvraag

1
2
3
4
5
6
were born
my sister
in England
me
in 1991
and

Slide 9 - Sleepvraag

Vertaal: Ik praatte gisteren in Burgum met haar.

Slide 10 - Open vraag

Vertaal met nadruk: wij zijn in een restaurant in Burgum vandaag.

Slide 11 - Open vraag

Ik kan woordvolgorde (verdieping) correct toepassen
A
Ja
B
Nee
C
Ik snap er niks van
D
Ik begrijp het wel maar kan het nog niet toepassen

Slide 12 - Quizvraag

To do
3.2 Opdrachten 2 en 7
Leren: words 3.2

Slide 13 - Tekstslide