Taaldorp - Uitleg

Mondeling Engels - Taaldorp
Maandag 25 en dinsdag 26 maart
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Mondeling Engels - Taaldorp
Maandag 25 en dinsdag 26 maart

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

What can you expect?
What, who, how, when, duration

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Je SE4 cijfers is een mondeling in de vorm van een Taaldorp.

In dit Taaldorp zijn er een aantal situaties gebouwd:

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mondeling
Taaldorp 
  • Police
  • Customs (douane)
  • Hotel
  • First Aid (Eerste hulp)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe wordt dat dan getoetst?
In SOM/Zermelo zie je je mondeling Engels ingeroosterd staan. 20 min voor je mondeling moet je je melden bij de CKV-vleugel.

Je krijgt dan 4 situaties op papier, je hebt dan 20 min de tijd om met een woordenboek steekwoorden te noteren op je blaadje. Daarna voer je de 4 gesprekjes met de docenten Engels. 

In de les krijg je een boekje met OEFENsituaties. Soortgelijk maar dus niet de situaties van je echte mondeling. Deze situaties gebruiken we ter voorbereiding. Er kunnen dus wel dezelfde soort woorden/zinnen in voorkomen. Ga er bijvoorbeeld maar vanuit dat je iets wilt melden bij de politie, dat je een vraag hebt in het hotel of dat je bij de douane iets bij je hebt, wat je niet bij je mag hebben etc. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tips voor taaldorp!
  • In een 3 of 4 tal
  • 2 kaarten per persoon
  • Leg je kaart in het midden als je een tip weet
  • Alle kaarten in het midden? Dan mag iedereen weer 2 kaarten pakken en opnieuw beginnen 
  • 3 minuten 
timer
3:00

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

How do you prepare for the Language village?
You need to know the alphabet (to spell your name, etc)
You need to know some common words for the different situations.
You need to practice talking!
You need to know a few sentences for when you don't know what to say!

Slide 7 - Tekstslide

introduction slide for the YouTube video in the next slide
Let's start with the alphabet,
who dares to say it out loud?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Let's start with the alphabet!
The alphabet

Schrijf uit hoe je jouw volledige naam spelt! 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

alphabet
Verwarrende letters:

Nederlands
Engelse uitspraak
A
EE
E
IE
I
AAI
H
EETSJ
W
DUBBEL JOE
Y
WAAI

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dus, hoe doe je dat?
Je begint natuurlijk niet meteen met het spellen van je naam!!

Hi, my name is Jamie Boele. 
Would you like me to spell that for you?
So, that is Jamie - J-A-M-I-E.
And my surname is Boele - B-O-E-L-E. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet je kunnen spellen?
In ieder geval je voor en achternaam 
en je adres - dus straatnaam + plaatsnaam.

Oefen dit ook!

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Loop je vast in het gesprek?
Gebruik deze zinnen:

Could you repeat that, please?
I don't understand the word....
Could you explain the word ... to me, please?
What do you mean?

Slide 13 - Tekstslide

om de leerling extra gerust te stellen, kun je de tip benadrukken om de leerling zulke zinnetjes te laten leren. dat geeft ze tijd om na te denken
Tip 1
Als je het woord niet meer weet; beschrijf het. Leg het uit, beeld het uit! Maar ga niet in het Nederlands verder!
Je kunt wel zeggen: In Dutch it is called .... Let me try to explain it to you..

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tip 2
Tijdens gesprekken: Stel een vraag wanneer je niet meer weet wat je moet zeggen.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tip 3
Nogmaals! Ga nooit terug naar het Nederlands!

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tips to Improve Fluency
  • Think aloud
  • Start speaking, then think about what you are going to say
  • Fill silence
  • Send the turn back
  • Use words from your language, then explain them
  • Use vague language

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Think Aloud
  • I really don't know what to say...
  • I was following the question until....
  • I really don't know where to start
  • What part of the question should I answer first...?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Start speaking....then think
  • In my limited experience....
  • Off the top of my head...
  • The first thing that springs to mind....
  • From my point of view....

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fill the silence
  • uuuhm...
  • eeer....
  • That's a difficult/unusual/interesting question...

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Send the turn Back
  • I'm not sure what....means
  • Do you mean.....?
  • Just to double check....do you mean...?
  • Can you give me an example of what you mean?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Use Vague language
Just in case you do not know what to say, this could help. 
  • I suppose...
  • you could say....
  • thing.....stuff.... thingy.....whatsit.....whats-his-name

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Good luck!
Preparation is everything
Gebruik daar de oefensituaties voor! Oefen met klasgenoten/ouders/broers/zussen/neef/nicht/etc.

Slide 23 - Tekstslide

nog even veel succes wensen en benadrukken dat voorbereiding het halve werk is
You can do it!

Slide 24 - Tekstslide

laatste slide. Jullie kunnen het!