Hoofdstuk 9 les 4 Aftrekken

Hoofdstuk 9 les 4
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 9 les 4

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
In deze les ga je leren (herhalen) hoe je rekent met negatieve getallen. 
We gebruiken de temperatuur van de heksenketel als voorbeeld.
-> blokjes erin en blokjes eruit

Slide 2 - Tekstslide

Herhalen 

  • Hoe gaat de temperatuur omhoog?
  • Hoe gaat de temperatuur naar beneden?

Slide 3 - Tekstslide

gebruik een getallenlijn of
thermometer als je het lastig vindt

Slide 4 - Tekstslide

theorie : 
rekenen met de heksenketel 


blokjes eruit halen
en
blokjes erin doen

Slide 5 - Tekstslide

wat gebeurt er met de temperatuur? 

De soep is 5 graden: 
als je er warme blokjes in doet, wordt het warmer
vb    5 + 4 =  9 

als je er koude blokjes in doet, wordt het kouder
vb    5 + -4 = 1

Slide 6 - Tekstslide

wat gebeurt er met de temperatuur? 

De soep is 5 graden: 
als je er warme blokjes uit haalt, wordt het kouder
vb    5 - 4 = 1 

als je er koude blokjes uithaalt wordt het warmer
vb    5 - -4 = 9

Slide 7 - Tekstslide

even wat oefenen


Maak de volgende sommen!

denk aan de thermometer
en/ of aan de heksenketel

Slide 8 - Tekstslide

- 7 is groter dan ...
A
8
B
-9
C
- 6,9
D
7,1

Slide 9 - Quizvraag

-1 is kleiner dan ...
A
1
B
- 1,5
C
0
D
-3

Slide 10 - Quizvraag

- 3,5 < ...
A
- 4
B
- 3,6
C
0
D
3

Slide 11 - Quizvraag

- 6,5 > ...
A
- 4
B
- 6
C
0
D
- 7

Slide 12 - Quizvraag

4 + - 7 = ...
A
- 11
B
- 3
C
11
D
3

Slide 13 - Quizvraag

- 2 + 4,5 = ...
A
- 6, 5
B
6,5
C
2,5
D
- 2,5

Slide 14 - Quizvraag

- 2 + - 4,5 = ...
A
- 6, 5
B
6,5
C
2,5
D
- 2,5

Slide 15 - Quizvraag

2 + - 4,5 = ...
A
- 6, 5
B
6,5
C
2,5
D
- 2,5

Slide 16 - Quizvraag

- 4,1 + 5 = ...
A
9,1
B
1,1
C
-1,1
D
0,9

Slide 17 - Quizvraag

- 5 + 3,4 = ...
A
1,4
B
- 1,4
C
-1,6
D
1,6

Slide 18 - Quizvraag

2,5 - - 3,5 = ...
A
-6
B
-1,5
C
6
D
- 1

Slide 19 - Quizvraag

2,5 - - 2,5 = ...
A
0
B
4,5
C
5
D
- 5

Slide 20 - Quizvraag

10 - 15 = ...
A
25
B
-10
C
5
D
- 5

Slide 21 - Quizvraag

250 - 175 = ...
A
125
B
75
C
-75
D
-125

Slide 22 - Quizvraag

25,5 + - 75 = ...
A
-50,5
B
-49,5
C
100,5
D
-100,5

Slide 23 - Quizvraag

3000 + - 2000 = ...
A
1000
B
- 5000
C
- 1000
D
5000

Slide 24 - Quizvraag

Kort samengevat
erbij warm blokje is warmer
+ (+) = +
erbij koud blokje is kouder
+ - = -
eruit warm blokje is kouder
- + = -
eruit koud blokje is warmer
- - = +

Slide 25 - Tekstslide

Tip
Maak in je schrift een getallenlijn, bijvoorbeeld naast je kantlijn,

dit rekent voor veel leerlingen makkelijker, vooral met kommagetallen.

Slide 26 - Tekstslide