Mobiliteit

Mobiliteit
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Mobiliteit

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van het eerste deel van de les;
Kan je benoemen wat het belang is van ergonomisch werken
Kan je de mobiliteitsklassen benoemen 
Ben je op de hoogte van verschillende hulpmiddelen
 



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
inleveren : vrijdag 6 december

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is volgens jou mobiliteit?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Mobiliteit
Mobiliteit zegt iets over de bewegelijkheid van iemand. Dus hoe kan iemand lopen, zitten of bewegen.

De beperkingen van de bewoners hebben 
invloed op de lichamelijke belasting 
van jou als zorgverlener.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel procent van de zorgverleners heeft lichamelijke klachten?
A
15%
B
25%
C
40%
D
60%

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kun je lichamelijke klachten bij jezelf voorkomen?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ergonomisch werken

Ergonomisch werken wil zeggen dat je zorgt dat je geen lichamelijke en geestelijke klachten oploopt door je werk.
  • Lichaamshouding
  • Hulpmiddelen --> tillift, glijzijl, draaischijf 
  • Materialen in hoogte verstelbaar --> bureaustoel

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Richtlijnen
Praktijkrichtlijn Fysieke belasting;
Indeling in mobiliteitsklassen;
Transferprotocol

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Praktijkrichtlijn fysieke belasting

* maximaal 23 kg tillen
* maximaal 15 kg per hand duwen/trekken, twee handen 25 kg
* maximaal 5 kg bij trekken vanuit de vingers


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Juiste werkhouding
Let op juiste houding bij het aan- en uittrekken van steunkousen

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk hulpmiddel gebruik jij voor het aantrekken van steunkousen?
A
easy slide
B
doff 'n donner
C
rubberen handschoenen
D
niets

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Juiste werkhouding
Let op de juiste houding tijdens het verschonen of helpen van een zorgvrager op bed

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De cliënt heeft een hoog-laag bed. Je gaat haar samen met je veel langere collega verzorgen. Op welke hoogte staat het bed?
A
Op hoogte van de langste
B
Op hoogte van de kleinste
C
Ergens er tussen in
D
We passen de bedhoogte niet aan

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Juiste werkhouding
door je knieën, rechte rug
zo dicht mogelijk bij jezelf houden
draai met je voeten 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mobiliteitsklassen

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mobiliteitsklasse A,B en C
A               A = vrijwel zelfstandig in mobiliteit
                  B= Vrij zelfstandig maar hulp bij transfers en ADL;                                geven van aanwijzingen of richting bij opstaan. Kleine                      hulpmiddelen als papegaai of draaischijf
                  C= Kunnen niet zelfstandig opstaan, meestal rolstoel-                      gebonden, enige rompbalans, steunen op 1 been

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mobiliteitsklasse D en E


D= vrij passief in mobiliteit, 
onvoldoende rompbalans, 
geen steun op 1 
of beide benen. 



E= vrijwel volledig passief, bijna volledig bedlegerig, neiging tot stijfheid en contracturen

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Transferprotocol
Onderdeel van het zorgdossier
Geeft precies aan hoe de transfers moeten verlopen
Regelmatige herziening noodzakelijk

Kijk eens in het dossier

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke hulpmiddelen
gebruik al?

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Casus
Meneer Jansen woont al een aantal jaren in een verpleeghuis. Meneer kan niet meer lopen en heeft geen sta-functie meer. Meneer is rolstoelafhankelijk.
Welk hulpmiddel gebruik je om meneer uit bed te halen?

A
Een draaischijf
B
Een actieve tillift
C
Een passieve tillift
D
Geen van de drie

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dilemma; de cliënt wil niet dat je een passieve tillift gebruikt. Hij vind dit eng en met een beetje duw en trekwerk van jou kant gaat de transfer volgens hem nog prima. Gebruik je de tillift?
A
ja
B
nee

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De tillift
twee soorten liften:
  • de actieve lift  
  • de passieve lift

Hoe maak je de juiste keuze? 

Slide 24 - Tekstslide

Als een zorgvrager zich niet meer kan verplaatsen, wordt er een tillift gebruikt.
Er zijn twee soorten liften:
de actieve lift
de passieve lift
Om een keuze te maken tussen een actieve- of passieve lift, moet je weten wat een zorgvrager nog zelf kan. 

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen in het praktijklokaal
Actieve lift 
passieve lift.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Thieme : Persoonlijke basiszorg
module 6
hoofdstuk 2
2.2.3 en 2.2.4

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak: zorgpad Mobiliteit (VIG)
weektaak persoonlijke verzorging en ADL (HZW)

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
  • VIG: zorgpad mobiliteit                                                                           Lees de leerdoelen en kies er drie uit waar jij meer over wil   weten 
  • HZW: weektaak voor persoonlijke verzorging en ADL

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een zorgvrager loopt met rollator, waar let je op?

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De positie waarbij het bed van de zorgvrager aan het hoofdeinde licht naar boven wordt gezet, zodat het voeteneinde lager komt te liggen dan het hoofdeinde, heet:
A
Trendelenburgpositie
B
Anti-trendelenburgpositie

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen actief en passief bewegen?

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Valpreventie

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Door welke oorzaken kunnen ouderen vallen?

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vallen door:
  • verminderd evenwichtsgevoel
  • afnemende spierkracht
  • slechter zicht
  • andere manier/ houding van lopen
  • ziekte
  • niet gebruiken van hulpmiddelen
  • slechte verlichting
  • hindernissen (deurmat, drempels etc)
  • uitglijden
  • medicijnen of genotsmiddelen
  • duizeligheid

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verminderde mobiliteit; welke aandoening denk je aan?

Slide 38 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Je gaat lopen met een zorgvrager met Parkinson. Wat kun je verwachten?

Slide 40 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken van zorgvrager met parkinson bij lopen

stijfheid van armen en benen (rigiditeit)
trillen van armen en benen
traagheid
gemakkelijk vallen (houdingsinstabiliteit)
moeite met opstaan (terugvallen in de stoel)
moeite met omdraaien tijdens het lopen
verminderd optillen van de benen bij lopen en daardoor een sloffende gang
lopen met kleine pasjes
voorovergebogen houding met doorgezakte knieën
moeite met starten en stoppen van een beweging

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rol verzorgende
Vooraf uitleg geven
Korte duidelijke instructies
Eventueel houdingscorrectie
Goed schoeisel
Geen obstakels
Deuntje te neuriën of in zijn hoofd een liedje te zingen
Ondersteunen aan de sterkste kant zo nodig
Jouw arm door die hem van steken zo nodig



Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een ergotherapeut is er alleen voor de cliënt, niet voor de medewerkers
A
Waar
B
Niet waar

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies