10. Very British problems

English 
Listening Comprehension + vocabulary
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

English 
Listening Comprehension + vocabulary

Slide 1 - Tekstslide

Today's class...


  • Introduction (3 min)
  • Very British Problems (27 min)
  • Crossword puzzle (7 min)
  • Award ceremony 3 min)

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
--> Je bent voorbereid op de toets door te oefenen met een videodeel van de Kijk- en Luistertoets van Cito.

--> Je weet iets meer over de Britse cultuur (Very British Problems).

--> Je leert dat er verschillen zijn tussen Britse en Amerikaanse bewoordingen voor dingen.

Slide 3 - Tekstslide

Let's start!
--> Make groups of 3-4 people.

--> Go to LessonUp and enter the lesson as a group (so only 1 member of the group enters the lesson).

--> Watch the video and discuss the answers to the question before submitting your answers.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Wat vinden de Britten van hun eigen gedrag?
A
Ze begrijpen niet zo goed waarom ze zich zo gedragen.
B
Ze maken er zelf maar grapjes over zodat anderen dit niet meer hoeven te doen.
C
Ze schamen zich voor de reputatie die ze hebben opgebouwd.

Slide 6 - Quizvraag

Wat wordt hier gezegd over het openhouden van deuren?
A
Het is iets ongemakkelijks voor beide partijen.
B
Het wordt gezien als een ouderwetse gewoonte.
C
Mensen zijn zich er niet bewust van dat ze dit doen.

Slide 7 - Quizvraag

Wat zegt Jonathan Ross over Britten en hun verontschuldigen?
A
Dat doen Britten zodat de ander zich schuldig gaat voelen.
B
Dat geeft aan dat Britten erg bang zijn om anderen te beledigen.
C
Dat laat zien dat Britten verantwoordelijkheid nemen als er iets mis gaat.

Slide 8 - Quizvraag

Wat wordt er in dit fragment gezegd over het woordje 'sorry'?
A
Dit mag nooit gebruikt worden als het gaat over een ziekte.
B
Dit wordt soms gebruikt om een gevoel van afkeuring over te brengen.
C
Dit wordt zo vaak gebruikt dat het zijn betekenis heeft verloren.

Slide 9 - Quizvraag

Wat wordt er verteld over Britse automobilisten?
A
Ze maken eerder ongelukken dan dan weggebruikers van het vaste land.
B
Ze maken zich niet meer druk om hoe ze overkomen op andere weggebruikers.
C
Ze onderschatten vaak de reactie van andere weggebruikers.

Slide 10 - Quizvraag

Wat wordt er met dit fragment geïmpliceerd (wat probeert men hier duidelijk te maken) over de Britten?
A
Ze houden zich liever aan hun goede manieren dan aan de officiële regels.
B
Ze laten op elk vlak in hun leven zien dat ze goede manieren hebben.
C
Ze verwachten een beloning voor hun goede manieren.

Slide 11 - Quizvraag

Wat wordt hier gezegd over de Britse gewoonte om rijen te vormen?
A
Het laat zien dat men bang is voor conflicten met anderen.
B
Het wordt afgekeurd als je je hier niet aan houdt.
C
Het wordt tegenwoordig gezien als een ouderwetse etikettenregel.

Slide 12 - Quizvraag

Wat zegt Ruth Jones over kletsen met vreemden?
A
Ze haat het als vreemde mensen met haar willen kletsen.
B
Ze moet vaak zoeken naar woorden als vreemden met haar willen kletsen.
C
Ze negeert meestal vreemden die met haar willen kletsen.

Slide 13 - Quizvraag

Waarom vinden Britten het soms stressvol om naar de pub te gaan?
A
Ze kunnen hier niet ontkomen aan interactie met andere mensen.
B
Ze moeten zich er zelfverzekerd gedragen.
C
Ze vinden dat de sluitingstijden hun avondje uit verpesten.

Slide 14 - Quizvraag

Welk sociaal taboe wordt hier besproken?
A
Grapjes maken over vrienden met minder geld.
B
Veel meer drinken dan je vrienden.
C
Wachten tot vrienden aanbieden om drankjes te kopen.

Slide 15 - Quizvraag

Wat wordt hier duidelijk over Britse werknemers?
A
Ze hebben geen uitstapjes nodig om hun collega's te waarderen.
B
Ze zijn betere teamspelers geworden sinds de introductie van uitstapjes met werk.
C
Ze zijn niet geïnteresseerd in hun collega's.

Slide 16 - Quizvraag

Wat vindt Grace Dent over de 'tea-making habits' in kantoren?
A
Ze is het niet eens met de sociale verplichting om voor iedereen thee te zetten.
B
Ze vindt dat iedere collega om de beurt thee moet zetten voor iedereen.
C
Ze wil alleen thee zetten voor de collega's die ze aardig vindt.

Slide 17 - Quizvraag

Wat vertelt Grace Dent over het zetten van thee op het werk?
A
Het is een activiteit die ontzettend veel tijd kost.
B
Het is een goede manier om zeker te zijn dat je je baan kunt behouden.
C
Het is een welverdiend recht van de werknemer.

Slide 18 - Quizvraag

5

Slide 19 - Video

03:35
Welke stelling over vriendschappen is NIET waar?
A
Amerikanen makken makkelijker vrienden dan Britten.
B
Britten hebben gemiddeld gezien twee echt goede vrienden.
C
Kinderen weten nog niet wat een hechte vriendschap betekent.

Slide 20 - Quizvraag

04:24
Britse mannen...
A
...beledigen elkaar om aan te geven hoeveel ze om elkaar geven.
B
...gaan graag samen naar het toilet om te plassen.
C
...kunnen alleen in een codetaal met elkaar communiceren.

Slide 21 - Quizvraag

05:10
Waarom vinden Britten het moeilijk om hun vrienden te vertellen wat ze voor hen voelen?
A
Het is onvoorspelbaar hoe hun vrienden zouden reageren.
B
Het is verboden door Queen Victoria.
C
Uit angst om emotie te uiten.

Slide 22 - Quizvraag

08:32
Wat wordt hier gezegd over verschillende vriendengroepen?
A
Die moet je nooit samen laten komen.
B
Het is alleen een goed idee om ze samen uit te nodigen als er iemand jarig is.
C
Hoe meer mensen, des te gezelliger het feestje.

Slide 23 - Quizvraag

09:34
Welke uitleg wordt er gegeven waarom je vriendengroepen niet mengt?
A
Ze zijn bang dat de vriendengroepen ruzie zullen maken met elkaar.
B
Ze zijn bang om alleen en zonder vrienden achter te blijven.
C
Ze zijn bang om hun ware ik te laten zien.

Slide 24 - Quizvraag

1

Slide 25 - Video

00:50
Wat doen Britten als ze hun gesprekspartner niet hebben verstaan?
A
Doen alsof ze het wel hebben verstaan.
B
Hun gesprekspartner uitlachen.
C
Vragen om herhaling.

Slide 26 - Quizvraag

Crossword puzzle
American English words vs. British English words.

--> Find the British words and fill out the crossword puzzle.
--> Find the sollution by filling out 'a, b, c, d, f, g, h, i' below
--> 1st place = +5p, 2nd place = +4p, 3rd place = +3p, etc.

Slide 27 - Tekstslide

Award ceremony

Slide 28 - Tekstslide

Lesdoel
--> Je bent voorbereid op de toets door te oefenen met een videodeel van de Kijk- en Luistertoets van Cito.

--> Je weet iets meer over de Britse cultuur (Very British Problems).

--> Je leert dat er verschillen zijn tussen Britse en Amerikaanse bewoordingen voor dingen.

Slide 29 - Tekstslide