Spelling H4: werkwoordspelling les 2

Spelling
Herhalen werkwoordspelling
Herhalen theorie spelling hoofdstuk 3 + 4
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Spelling
Herhalen werkwoordspelling
Herhalen theorie spelling hoofdstuk 3 + 4

Slide 1 - Tekstslide

Doel van de les 
  • Je weet hoe je de verschillende werkwoordsvormen kunt herkennen en je weet welke spellingregels hierbij horen.
  • Je hebt de stof van spelling hoofdstuk 3 + 4 herhaald voor de formatieve toets.

Slide 2 - Tekstslide

Formatieve toets spelling
Dinsdag 16 maart - iedereen
Toets is via Socrative. Zorg dat je - als je fysiek les hebt - een laptop of telefoon hebt waar je op kunt werken.

Spelling hoofdstuk 3 + hoofdstuk 4
(algemene spelling + werkwoordspelling)

Slide 3 - Tekstslide

Raadsel!
Wat is het antwoord?

Slide 4 - Tekstslide

Werkwoordspelling
  • Persoonsvorm tegenwoordige tijd
  • Persoonsvorm verleden tijd (sterke en zwakke werkwoorden)
  • Voltooid deelwoord
  • Onvoltooid deelwoord
  • Bijvoeglijk naamwoord
  • Infinitief
Wat weet je hier nog van? Hoe herken je het? Welke spellingregels horen hierbij?

Slide 5 - Tekstslide

Plaats hier de foto van huiswerk (opdracht 6 blz. 127). Als je in de les zit, leg je het huiswerk op de hoek van je tafel.

Slide 6 - Open vraag

Antwoorden opdracht 6 blz. 127
1 Lia heeft haar vriend vaak vd - bespied, omdat ze hem niet pvtt - vertrouwt / pvvt - vertrouwde.

2 Met bn - ontblote schouders pvvt - wachtte de gewonde militair zachtjes od - kreunend tot de arts zijn wond zou inf - hechten.

3 Met die vermomming probeer ik te inf - verhoeden, dat men mij pvtt - herkent.


Slide 7 - Tekstslide

Antwoorden opdracht 6 blz. 127
4 Na de brand keken de gedupeerden od - huilend naar hun bezittingen, terwijl familieleden hen pvvt - troostten, maar dat pvvt - verzachtte hun leed nauwelijks.

5 Een bn - beboete automobilist pvtt - ontbrandt vaak in woede jegens de agent die hem heeft vd - bekeurd.

6 Jitske pvtt - vermoedt nog steeds dat haar broers de erfenis pvtt - verkwisten.

Slide 8 - Tekstslide

Moeite met werkwoordspelling?
Vrijdag 12 maart - plusuur werkwoordspelling in lokaal 0.29

Slide 9 - Tekstslide

Formatieve toets spelling
  • Koppelteken en weglatingsstreepje (hoofdstuk 3, blz. 94-95)
  • Werkwoordspelling -d of -t (hoofdstuk 3, blz. 96-97)
  • Tussenletters in samenstellingen (hoofdstuk 4, blz. 124-125)
  • Werkwoordspelling (hoofdstuk 4, blz. 136-127)

Opdracht: lees de theorie op de aangegeven bladzijden nog een keer goed door. Straks wat oefeningen om de stof te herhalen. Je hebt 10 minuten.

Slide 10 - Tekstslide

Verenigde Staten
A
Met koppelteken
B
Zonder koppelteken

Slide 11 - Quizvraag

auto onderdeel
A
Met koppelteken
B
Zonder koppelteken (aan elkaar)

Slide 12 - Quizvraag

sms code
A
Met koppelteken
B
Zonder koppelteken (aan elkaar)

Slide 13 - Quizvraag

havo diploma
A
Met koppelteken
B
Zonder koppelteken (aan elkaar)

Slide 14 - Quizvraag

auto coureur
A
Met koppelteken
B
Zonder koppelteken (aan elkaar)

Slide 15 - Quizvraag

rij examen
A
Met koppelteken
B
Zonder koppelteken (aan elkaar)

Slide 16 - Quizvraag

hij vorm
A
Met koppelteken
B
Zonder koppelteken (aan elkaar)

Slide 17 - Quizvraag

Hoe is het weglatingsstreepje goed gebruikt?
A
waak- en zorgzaam
B
waakzaam en zorg-
C
waak en -zorgzaam

Slide 18 - Quizvraag

Waar is het weglatingsstreepje goed gebruikt?
A
im en -export
B
import- en ex
C
im- en export

Slide 19 - Quizvraag

Waar komt het weglatingsstreepje?

dinsdagavond en woensdagavond
A
dinsdag- en woensdagavond
B
dinsdagavond en woensdag-
C
-avond en woensdagavond
D
dinsdagavond en -avond

Slide 20 - Quizvraag


Waar wordt het weglatingsstreepje juist gebruikt?


A
carnavalsfeest en -optocht
B
hoofdstraten en zij-
C
-kast en boekenplank

Slide 21 - Quizvraag

Persoonsvorm 
Voltooid deelwoord
Onvoltooid deelwoord
Welk onderwerp hoort erbij? 
Verlengproef
Meervoud of enkelvoud?
Schrijf altijd een -d op het eind
Tegenwoordige tijd of verleden tijd?
't sexy fokschaap
Kun je van tijd veranderen.
Heeft altijd een hulpwerkwoord bij zich.
Is bezig naast de persoonsvorm

Slide 22 - Sleepvraag

Gewapend met de steun van tienduizenden mensen toog Arjen Lubach als Farao Arjen Hendrik I naar de Tweede Kamer om zijn burgerinitiatief in te dienen. De bejubelde programmamaker overhandigde de handtekeningen op een gouden usb-stick aan VVD-Kamerlid Helma Nepperus. Het moment werd live uitgezonden op Periscope. Lubach  wil  als Farao der Nederlanden als tweede nationale mascotte naast koning Willem-Alexander staan.
Persoonsvorm
Verander tijd of getal van de zin. De persoonsvorm verandert mee.

Voltooid deelwoord
Geeft aan dat iets is afgerond. 

Onvoltooid deelwoord
Geeft aan hoe iets of iemand iets doet. Is op dat moment nog bezig.

Infinitief
Een heel werkwoord, maar niet de persoonsvorm. Dit werkwoord verandert niet mee als je tijd of getal verandert.

Bijvoeglijk gebruikt werkwoord
Een werkwoord dat als een bijvoeglijk naamwoord wordt gebruikt.
persoonsvorm
voltooid deelwoord
infinitief
onvoltooid deelwoord
bijvoeglijk
gebruikt
werkwoord
bejubelde
Gewapend
toog
overhandigde
werd
wil
staan
uitgezonden
dienen

Slide 23 - Sleepvraag

maan + schijn

Slide 24 - Open vraag

gebaar + taal

Slide 25 - Open vraag

arm + lui

Slide 26 - Open vraag

liefde + spel

Slide 27 - Open vraag

Afsluiting
We hebben alles nu kort herhaald voor de formatieve toets.
In SOM vind je nog extra uitleg + oefeningen ter voorbereiding.


Succes!

Slide 28 - Tekstslide