Leefstijl en gezondheid

Leefstijl en gezondheid
Vitaal burgerschap
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leefstijl en gezondheid
Vitaal burgerschap

Slide 1 - Tekstslide

Oriëntatie
Kies je voor fastfood of een salade? 
Drink je regelmatig een biertje of houd je het bij fris? 
En sport je fanatiek of hang je liever op de bank? 
In het dagelijks leven maak je allerlei keuzes die invloed hebben op je gezondheid. 
Welke keuzes zijn dat en hoe zorg je ervoor dat je gezond blijft?

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
In deze taak leer je:
- wat een gezond voedings- en beweegpatroon is;
- wat de risico’s van genotmiddelen zijn;
- hoe je met mentale problemen kunt omgaan;
- wat veilige seks is;
- waarom het belangrijk is om iemands seksuele grenzen te respecteren.

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht 1
Maak opdracht 1 in je werkboek

Slide 4 - Tekstslide

Leefstijl
Een gezonde leefstijl helpt je om je fit te voelen en verkleint de kans op gezondheidsproblemen. 
Bij een gezonde leefstijl horen onder andere gezonde voeding en regelmatig bewegen.

Slide 5 - Tekstslide

Voeding
Je voedingspatroon is een belangrijk onderdeel van je leefstijl. Via je eten en drinken krijg je namelijk voedingsstoffen binnen die je lichaam nodig heeft om te kunnen functioneren. 
Daarom is het belangrijk dat je regelmatig en afwisselend eet, genoeg water drinkt en niet te veel vet en suiker binnenkrijgt.

Slide 6 - Tekstslide

Maak opdracht 2

Slide 7 - Tekstslide

Beweging
Naast voeding heeft je beweegpatroon effect op je gezondheid. Als je regelmatig sport, heb je meer energie en een beter uithoudingsvermogen dan wanneer je dat niet doet.

Maak opdracht 3

Slide 8 - Tekstslide

Hoe gezond vind jij jouw voedingspatroon?
0= helemaal niet 5= heel erg gezond
05

Slide 9 - Poll

Genotmiddelen
Drink jij regelmatig koffie, rook je tijdens het uitgaan weleens een sigaret of drink je soms een biertje met je vrienden? 
Dan gebruik je genotmiddelen: middelen die een rustgevende of stimulerende werking hebben.

Slide 10 - Tekstslide

Risico's
Als je genotmiddelen gebruikt, kan dat je gezondheid schaden. 
Veel en vaak alcohol drinken is bijvoorbeeld schadelijk voor je hersenen en roken kan je longen aantasten. Daarnaast zijn veel genotmiddelen verslavend. 
Je spreekt van een verslaving als je niet meer zonder een bepaald middel kunt. Verslaving heeft vaak nare gevolgen.
Verslaafde mensen kunnen soms niet meer goed functioneren zonder het genotmiddel. Ze kunnen hierdoor geld- en relatieproblemen krijgen.


Slide 11 - Tekstslide

Risico's
Om het gebruik van genotmiddelen te beperken, heeft de overheid bepaalde regels opgesteld. 
Zo moet je minimaal 18 jaar zijn om alcohol te mogen kopen. Verder zijn bepaalde genotmiddelen, zoals harddrugs, helemaal verboden.

Slide 12 - Tekstslide

Filmpje genotmiddelen
en maak opdracht 4 en 5

Slide 13 - Tekstslide

Mentale gezondheid
Gezond zijn gaat niet alleen over je lichaam, maar ook over je geest: je mentale gezondheid.
Je leefstijl kan invloed hebben op je mentale gezondheid. Door regelmatig te ontspannen, voldoende te slapen en gezond te eten en drinken kun je de kans op mentale problemen verkleinen.

Slide 14 - Tekstslide

Mentale gezondheid
Je mentale gezondheid wordt echter ook beïnvloed door dingen waar je weinig aan kunt doen.
Erfelijkheid speelt bijvoorbeeld bij veel mentale problemen een rol.
Ook kunnen nare ervaringen uit je verleden een mentaal probleem veroorzaken.
Als je vroeger bijvoorbeeld veel gepest bent, kun je gevoeliger zijn voor een depressie.
Daarnaast kunnen persoonlijke eigenschappen een rol spelen.

Slide 15 - Tekstslide

Hulp zoeken
Als je mentale problemen ervaart, kan het opluchten om erover te praten met iemand die je vertrouwt. Als je je lange tijd slecht voelt, kan het verstandig zijn om professionele hulp te zoeken. Dat kan bijvoorbeeld bij je huisarts of een psycholoog.

Maak opdracht 6 en 7

Slide 16 - Tekstslide

Seksuele gezondheid
Bij een gezonde leefstijl horen ook verstandige keuzes op seksueel gebied. 
Denk bijvoorbeeld aan het hebben van veilige seks en het respecteren van elkaars seksuele grenzen.

Slide 17 - Tekstslide

Veilige seks
Door veilige seks te hebben, voorkom je dat je een soa (seksueel overdraagbare aandoening) oploopt of verspreidt. 
Gebruik daarom een condoom of doe van tevoren met je bedpartner een soa-test. 
Een ongewenste zwangerschap voorkom je door een voorbehoedmiddel te gebruiken, zoals de anticonceptiepil, een spiraaltje of een condoom.

Slide 18 - Tekstslide

Seksuele grenzen
Waar iemand zich op seksueel gebied prettig bij voelt, verschilt per persoon. Het is dus belangrijk om van elkaar te weten wat je wel en niet wilt. 
Als je geen rekening houdt met andermans grenzen, kan dat namelijk vervelende gevolgen hebben. Iemand kan hierdoor seks als iets vervelends gaan zien of zelfs getraumatiseerd raken.

Gedrag waarbij iemand andermans seksuele grenzen overschrijdt, noem je seksueel grensoverschrijdend gedrag. Dit gedrag is in veel gevallen strafbaar.

Slide 19 - Tekstslide

Maak opdracht 8

Slide 20 - Tekstslide

Filmpje
Bekijk het filmpje seksuele grenzen
en maak opdracht 9

Slide 21 - Tekstslide

Welk cijfer zou jij de lessen seksuele vorming die jij op de middelbare school hebt gehad?
010

Slide 22 - Poll

Maak opdracht 10

Slide 23 - Tekstslide