3.4 Stambomen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Thema ERFELIJKHEID - Stambomen

 Dominant & recessief

Intermediar 

3.5: Stambomen

       Na deze les:  

- Kun je uit een stamboom de genotypes afleiden van ouders/nakomelingen

- Kun je uit een stamboom afleiden welk allel dominant en recessief is

maar eerst even herhalen:

Huh? 

Allel? 

Genotype? 

Recessief? 

Dominant 

Dominant = deze eigenschap is altijd zichtbaar!

Recessief = deze eigenschap is pas zichtbaar bij twee recessieve allelen.

Kruisingsschema

Kruisingsschema

Hoe groot is de kans op een kind met een bepaalde eigenschap? 

Stambomen

Stambomen

Wie heeft welk genotype? 

Stambomen

Wie heeft welk genotype? 

Waarom is dit interessant? 

Bijvoorbeeld: komen bepaalde ziektes voor in de familie? 

We weten nu alleen hoe ze eruit zien (fenotypes)

Notatie

P: ouders 

F₁: Eerste generatie nakomelingen

F_{2: Tweede generatie nakomelingen}

P

F1

bb

bb

.b

.b

bb

Bb

Bb

bb

Bb

Bb

B?

B? 

bb

Bb

Bb

B?

B? 

Homozygoot recessief

Heterozygoot

Heterozygoot

Heterozygoot of homozygoot dominant

Maak nu de opdrachten van 3.4
Over 10 minuten bespreken wij de eerste antwoorden!

Evaluatie en huiswerk

Kun jij nu de volgende vragen beantwoorden?

Maak paragraaf  af.

Wat is een stamboom?

1. Een diagram dat de geschiedenis van een familie laat zien
2. Een diagram van de structuur van een cel
3. Een overzicht van de levenscyclus van een organisme
4. Een grafiek van iemands DNA

Wie zijn mannen in deze stamboom?

1. Alle personen weergegeven met een vierkant.
2. Alle personen weergegeven met een rondje.
3. Het kunnen personen weergegeven met een rondje of met een vierkantje zijn.

Stambomen

Welk kind is ziek?

1. Kind 6
2. Kind 12
3. Kind 14
4. Kind 17

Bedankt voor jouw aandacht!

Zijn er nog vragen?

Oefen thuis verder met deze les.

Stambomen.. nog een beetje lastig?

Bekijk het filmpje op de volgende dia.

www.google.nl