Zorg en welzijn bed opmaken

Zorg en Welzijn les 3 
Bed opmaken
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Zorg en Welzijn les 3 
Bed opmaken

Slide 1 - Tekstslide

Aan het eind van deze les:
Weet je hoe je een bed op moet maken.
Wat je nodig hebt om een bed op te maken. 
Wat de gevolgen zijn als je een bed niet goed opmaakt.

Slide 2 - Tekstslide

Wat heb je nodig om een bed op te maken?

Slide 3 - Woordweb

Wat doe je in de was?

Slide 4 - Tekstslide

Wat betekent 'ergonomisch werken'?
A
Cliënt met u aanspreken
B
10 minuten eerder aanwezig zijn op het werk
C
Goede lichaamshouding
D
Verzorgen van een cliënt

Slide 5 - Quizvraag

Waar let je EXTRA goed op bij het opmaken van een bed?
A
Dat de dekbedovertrek en de kussensloop hetzelfde zijn
B
Onderlaken moet strak liggen, geen plooien
C
Dat je het dekbed aan beide kanten goed instopt
D
Dat er geen gaatjes in de dekbedovertrek zitten

Slide 6 - Quizvraag

Wat betekent 'doorliggen' of 'decubitus'?
A
De cliënt wil graag de hele dag in bed liggen
B
Decubitus is een andere naam voor een medicijn tegen huidirritatie
C
Beschadiging van de huid door plooien in het onderlaken.
D
De manier hoe de cliënt wil eten

Slide 7 - Quizvraag

Bed opmaken
- Je werkt volgens een protocol.
- Zorg voor een goede voorbereiding 

Slide 8 - Tekstslide

Soorten bedden  
  • Waterbed: het matras is gevuld met water 
  • Seniorenbed: dit bed is hoger, ouderen kunnen er makkelijk in - en uit stappen 
  •  Hoog-laagbed: dit bed kun je in hoogte verstellen, verrijden en op de juiste werkhoogte instellen als je het gaat verschonen.

Slide 9 - Tekstslide

Soorten matrassen 
  • Drukverlagende matrassen (Tempur-matrassen) zijn hard, doorlichaamswarmte zacht. Vormt naar je lichaam.
  • Antidecubitusmatrassen: als je op deze matras ligt, is er minder druk op de wond. 
  • Luchtmatrassen: bij ernstige decubitus. 

Slide 10 - Tekstslide

Hygiëne bij bed opmaken
  •  Was altijd je handen voor en na het opmaken van het bed.
  • Doe sieraden af.
  • Handschoenen (besmettelijke ziekte of vervuld bed)
  •  Verrijdbare waszak of wasmand meenemen. Doe het vuile beddengoed er meteen in (geen natwasgoed, vanwege schimmelvlekken)

Slide 11 - Tekstslide

Bij het opmaken van het bed houd je rekening met de wensen van de cliënten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Als je het bed opmaakt, zet je altijd een raam open.


A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Als je het bed opmaakt, verschoon je de molton altijd.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Als je het bed verschoont, leg je de kussens en het dekbed altijd buiten om te luchten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Huiswerk bed opmaken 
Docent noteert op het bord. 

Slide 16 - Tekstslide

Afronding 
 Ik weet hoe ik een bed op moet maken

 Ik weet wat ik nodig heb om een bed op te maken 

   Ik weet wat de gevolgen zijn als ik een bed niet opmaak volgens protocol. 

Slide 17 - Tekstslide