7-10-2020

Lesson 3 afgerond + spreekoefeningen
Ik ken een deel van de woorden en zinnen van lesson 2+3 
How was your weekend?
Engels
7-12-2020
Oefenen via LessonUp. 
Hoe ging het?
vrijdag 11 december: S.O. woorden + zinnen lesson 2+3 van Unit 2
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lesson 3 afgerond + spreekoefeningen
Ik ken een deel van de woorden en zinnen van lesson 2+3 
How was your weekend?
Engels
7-12-2020
Oefenen via LessonUp. 
Hoe ging het?
vrijdag 11 december: S.O. woorden + zinnen lesson 2+3 van Unit 2

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

boot =
A
laarzen
B
laars

Slide 3 - Quizvraag

umbrella=
A
paraplu
B
regenjas

Slide 4 - Quizvraag

clothes=
A
schoenen
B
kleren

Slide 5 - Quizvraag

tie=
A
strikken
B
stropdas

Slide 6 - Quizvraag

to put on=
A
aandoen
B
passen

Slide 7 - Quizvraag

Geef het meervoud van:
lady

Slide 8 - Open vraag

Geef het meervoud van:
dress

Slide 9 - Open vraag

Geef het meervoud van:
scarf

Slide 10 - Open vraag

Geef het meervoud van:
tomato

Slide 11 - Open vraag

Geef het meervoud van:
person

Slide 12 - Open vraag

Geef het meervoud van:
foot

Slide 13 - Open vraag

Geef het meervoud van:
child

Slide 14 - Open vraag

eeuw=
A
century
B
forever

Slide 15 - Quizvraag

vaak=
A
often
B
sometimes

Slide 16 - Quizvraag

vandaag =
A
tonight
B
today

Slide 17 - Quizvraag

horloge
A
watch
B
clock

Slide 18 - Quizvraag

Geef de juiste vertaling:
Bedankt voor het bellen, dag.

Slide 19 - Open vraag

Geef de juiste vertaling:
Het is een soort instrument.

Slide 20 - Open vraag

Geef de juiste vertaling:
Het begint om kwart voor zeven.

Slide 21 - Open vraag

Geef de juiste vertaling:
Ik bel om iets te vragen over het festival.

Slide 22 - Open vraag

Geef de juiste vertaling:
Het wordt gebruikt om muziek mee te maken.

Slide 23 - Open vraag

Geef de juiste vertaling:
Het is open van 9 tot 5.

Slide 24 - Open vraag

Geef de juiste vertaling:
Hoeveel kosten ze?

Slide 25 - Open vraag

Geef de juiste vertaling:
Het is op zaterdag de 25e.

Slide 26 - Open vraag

Geef de juiste vertaling:
Kunt u me vertellen wat het is?

Slide 27 - Open vraag

Geef de juiste vertaling:
Hoe laat is het? Het is half vijf.

Slide 28 - Open vraag