4A-Leesvaardigheid

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

00:29

Dit gaat over fractievoorzitter Klaas Dijkhoff (VVD)

Hij kwam in 2019 in opspraak door een ten onrechte ontvangen reiskostenvergoeding van 4900 euro per jaar. 

00:45

02:56

Woordenschat

Algemene ontwikkeling

Terugblik 

Vandaag 

Hoofdgedachte

Inleiding & slot

Tekststructuur & -doel

Alinea's &  kernzinnen

Signaal- & functiewoorden

Afmaken opdr. 1 ( blz.19)

Zelf aan de slag

Wat is de kernzin?

Alhoewel de verblijven in dierentuinen de afgelopen twintig jaar wat groter en wat natuurlijker zijn geworden, blijven ze toch een slap aftrekstel van de natuurlijke leefomgeving van dieren. Denk maar niet dat een gorilla het verschil niet merkt tussen het Afrikaanse regenwoud en de dierentuin van Rotterdam. Zelf naar voedsel zoeken bijvoorbeeld of zelf een partner uitkiezen, kilometers rondtrekken en interactie met andere wilde dieren: het is allemaal onmogelijk in een dierentuin. En de hele dag aangestaard worden door hordes mensen, zonder je terug te kunnen trekken, lijkt ook bepaald geen pretje.

1. 1e zin is kernzin
2. Tweede zin is kernzin
3. Er is geen kernzin
4. Laatste zin is kernzin

De Volkspartij voor Vrijheid& Democratie heeft de verkiezingen met vlag en wimpel gewonnen, ondanks een fors verlies in de peilingen. 

1. Doel-middel
2. Tegenstelling
3. Oorzakelijk verband
4. Opsommend

Ik probeerde mijn vriend ervan te overtuigen dat hij Democraten66 gaan stemmen. Ten eerste wordt het tijd voor een vrouw aan het roer. Daarnaast heeft D66 veel aandacht voor onderwijs, milieu en zorg. Ten slotte is het tijd voor een nieuw leiderschap!

1. Opsommend verband
2. Samenvattend verband
3. Chronologisch verband
4. Toelichtend verband

"Gelukkig heb ik geen klachten", schrijft hij op Twitter. "Ik ga in quarantaine en werk door vanuit huis. Zaterdag zal ik een test doen (of eerder als ik toch klachten krijg)." Mits die test negatief is, lijkt het dus geen consequenties te hebben voor de coronapersconferentie van aanstaande dinsdag.

1. Toegevend verband
2. Tegenstellend verband
3. Voorwaardelijk verband
4. Toelichtend verband

Om nog op tijd te kunnen stemmen (doel), moest ik toch maar met de fiets naar het stembureau in plaats van met de benenwagen. 

1. Redengevend verband
2. Toelichtend verband
3. Vergelijkend verband
4. Doel-middel verband

Opdracht 1 (NN, blz. 19)

3. Bij welke alinea begint het tweede deelonderwerp 'Invloed op de eerste taal'? 

4. Bij welke alinea begint het derde deelonderwerp 'Verband met alzheimer'?

5. Bij welke alinea begint het vierde deelonderwerp 'Cognitief vaardiger'? 

Zelf aan de slag 

Huiswerk voor dinsdag: 

§3 Lezen (blz. 58), opdr. 1  

§4 Lezen (blz. 58) GOED DOORLEZEN (eventueel maken: 1,2) 

§5 Lezen (blz. 79), opdr. 2 

Terug om 11.38 uur