CVA en Parkinson

CVA en Parkinson
oorzaken, verschijnselen en behandeling
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

CVA en Parkinson
oorzaken, verschijnselen en behandeling

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les kan je of weet je:
  • Wat de oorzaken,  verschijnselen en behandeling is bij een zorgvrager met een CVA.
  • Wat de oorzaken, verschijnselen en behandeling is bij een zorgvrager met de ziekte van Parkinson.
  • Het gaat dus om ziektes van het zenuwstelsel

Slide 2 - Tekstslide

wat is in grote lijnen de functie van de hersenstam, de kleine hersenen en de grote hersenen.

Slide 3 - Open vraag

Wat is geen mogelijke oorzaak van een CVA
A
Stress
B
Een hoge bloeddruk
C
overmatig alcohol gebruik
D
Roken

Slide 4 - Quizvraag

Wanneer doe je de FAST test
A
Om te kijken of iemand een CVA heeft
B
In de revalidatie fase
C
In de acute fase
D
In de chronische fase

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een behandeling bij een CVA veroorzaakt door een embolie?
A
antibiotica
B
diuretica
C
antistolling
D
sedatie

Slide 6 - Quizvraag

Een zorgvrager met een CVA in de linkerhersenhelft heeft vaak moeite met revalideren. Hoe komt dat?
A
omdat de bloeding in de linkerhersenhelft vaak groter is en dus meer schade geeft.
B
Omdat links het taalcentrum zit en de zorgvrager de taal niet meer begrijpt.
C
Omdat links het motivatiecentrum ligt.
D
Er is helemaal geen verschil met revalideren tussen links en rechts

Slide 7 - Quizvraag

wat is een hemiplegie
A
de helft niet kunnen zien
B
niet goed meer kunnen praten
C
voor de helft verlamd zijn
D
de taal niet meer begrijpen

Slide 8 - Quizvraag

wat moet je doen als iemand last heeft van agnosie?
A
duidelijk zeggen wat voor voorwerp het is en waar het voor is
B
het bord omdraaien als het voor de helft leeg is
C
de kleren in de goede volgorde klaar leggen
D
pictogrammen gebruiken

Slide 9 - Quizvraag

waar heeft een zorgvrager last van als hij apraxie heeft
A
moeite met het bewaren van het evenwicht
B
Zien maar de helft
C
Moeite met de volgorde van de handelingen
D
hebben moeite met het korte termijn geheugen

Slide 10 - Quizvraag

waar heeft iemand last van die niet goed kan articuleren?
A
dysfagie
B
ataxie
C
dysartrie
D
afasie

Slide 11 - Quizvraag

aan welke kant benader je een zorgvrager die een CVA heeft gehad in de rechter hersenhelft?
A
Aan de rechterkant
B
Maakt niet uit
C
Aan de linkerkant

Slide 12 - Quizvraag

Parkinson

Slide 13 - Tekstslide

Oorzaak van Parkinson
Gebrek aan dopamine
Dopmanine is een neurotransmitter
Een neurotransmitter zorgt voor een goede overdracht van de prikkel van de zenuwcel naar de spieren

Slide 14 - Tekstslide

Symptomen
traagheid, stijfheid, tremoren,
speekselvloed, verminderd zicht
moeite met starten van de beweging
verminderde balans, slapeloosheid, depressie, obstipatie

Slide 15 - Tekstslide

Dus waar hebben mensen met Parkinson last van?

Slide 16 - Open vraag

Welke stof ontbreekt bij de ziekte van Parkinson

Slide 17 - Open vraag

Wat is het verschil tussen de ziekte van Parkinson en parkinsonisme

Slide 18 - Open vraag

Dit waren de lesdoelen
hoe je een gehoorapparaat verzorgt en inbrengt
hoe je een zorgvrager met gehoorproblemen het beste kan benaderen
welke verschijnselen een zorgvrager met een CVA kan hebben en welke zorg je dan kan leveren (herhaling)
wat de oorzaak van de ziekte van Parkinson is, welke klachten iemand heeft en hoe je deze zorgvrager het beste kan verzorgen (nieuw)

Slide 19 - Tekstslide

wat is de oorzaak van de ziekte van Parkinson

Slide 20 - Open vraag

noem 3 verschijnselen die horen bij de ziekte van Parkinson

Slide 21 - Open vraag

wat vond je van de manier van lesgeven, denk aan: sfeer, lessonup, heb je genoeg/te weinig geleerd enz

Slide 22 - Open vraag


Slide 23 - Open vraag