H3.4 deel 1: De handel groeit weer + PO ME krant

3.4 De handel groeit weer
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

3.4 De handel groeit weer

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Lesdoelen
  • Uitleg 
  • Huiswerk noteren
  • Werken aan middeleeuwse krant in groepjes

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je kan uitleggen wat de twee redenen zijn voor het stijgen van de landbouwproductie
  • Je kan uitleggen waardoor de handel en steden groeiden
  • Je kan de volgende begrippen in eigen woorden omschrijven: drieslagstelsel, ontginning, hanze, geldeconomie

Slide 3 - Tekstslide

Steden en handel
  • Tussen 500 - 1000 vrijwel iedereen boer in West-Europa
  • Rond jaar 1000 --> steden begonnen weer te groeien
  • Reden daarvoor = stijging landbouwproductie 


Slide 4 - Tekstslide

Hoe kon de landbouwopbrengststijgen? 

Slide 5 - Tekstslide

Drieslagstelsel
Ontginnen woeste gronden

Slide 6 - Tekstslide

Steden en handel
  • Door drieslagstelsel + ontginnen kon de oogst stijgen
  • Er was meer voedsel --> bevolking stijgen + meer voedsel over om te ruilen
  • Voedsel ruilen --> kruispunten wegen + rivieren 
  • Ook bij kloosters en kastelen 
  • Daar onstonden dorpjes met handelaren + ambachtslieden
  • Sommige groeiden uit tot steden 

Slide 7 - Tekstslide

Steden en handel
  • Steden handelde met omliggende gebied
  • Maar ook met gebieden verder weg --> Andere delen van Europa
  • Handelaren uit verschillende steden in Noord-Europa werkte samen --> Noem je een Hanze 
  • Door toenemende handel ook meer vraag naar geld, zo ontstond er weer een geldeconomie 

Slide 8 - Tekstslide

Controle vragen 
  • wat zijn de twee oorzaken voor de groei van de landbouwopbrengst?
  • Hoe konden de steden groeien?
  • Hoe kon de handel groeien?
  • Wat wordt er bedoelt met Hanze?

Slide 9 - Tekstslide

Huiswerk
woensdag 22 januari 
3.4 De handel groeit weer
Opdracht 1 t/m 13

Slide 10 - Tekstslide

Middeleeuwse krant maken
  • Ga in je groepje bij elkaar zitten
  • bedenk wat je deze 30 minuten wil gaan doen voor de opdracht
  • Ga daarmee aan de slag 
  • Steek je vinger op als je vragen hebt
  • Je blijft op je plek zitten
  • Ik zal rondlopen om te vragen wat iedereen gaat doen
timer
30:00

Slide 11 - Tekstslide