Les 13: voorbereiding

Les 13: voorbereiding PVB theorie
Wat verwachten wij:
  • serieuze werkhouding
  • inzet

Consequentie:
  • na 1x waarschuwen -> word je de les uitgestuurd om in het opvanglokaal verder te werken + nakomen
timer
1:00
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Dienstverlening en ProductenMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Les 13: voorbereiding PVB theorie
Wat verwachten wij:
  • serieuze werkhouding
  • inzet

Consequentie:
  • na 1x waarschuwen -> word je de les uitgestuurd om in het opvanglokaal verder te werken + nakomen
timer
1:00

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
12.15 - 12.30: Binnenkomst + leren begrippenlijst
12.30 -12.45: Herhalen deel theorie boekjes 17 - 24
12.45 -13.30: Sketch Up (gebruik je oefenboekje)
13.30 -13.55: Tinkercad  (opdracht via LessonUp)
13.55 -14.00: pauze IN HET lokaal /bij akkoord naar het toilet
14.00 -14.45: afmaken opdracht Tinkercad/ klaar? leren voor de toets
14.45 -15.00: pauze
15.00 -15.30: doornemen planning komende weken

Slide 2 - Tekstslide

Ontwerpstappen

Slide 3 - Tekstslide

HET ONTWERPPROCES
Het ontwerpproces bestaat uit 5 stappen:

  1. eisen opstellen (PvE)
  2. oplossingen zoeken
  3. ontwerp kiezen
  4. prototype maken
  5. testen en aanpassen

Slide 4 - Tekstslide

Zet de vijf stappen van het ontwerpproces in de juiste volgorde.  Sleep de nummers 1 tot en met 5 naar de juiste omschrijving.


testen en aanpassen
ontwerp kiezen
omschrijven en eisen opstellen
het maken van een prototype
oplossingen zoeken
1
2
3
4
5

Slide 5 - Sleepvraag

Wat betekent de afkorting PvE?

Slide 6 - Open vraag

Wat moet je doen als je prototype niet goed is?
A
Blijven testen totdat het goed is...
B
Terug naar oplossingen zoeken en je ontwerp aanpassen...
C
Het ontwerp van je buurman of buurvrouw stelen...
D
je ontwerp in de vuilnisbak gooien en opgeven...

Slide 7 - Quizvraag

PVE = Programma van Eisen
In het programma van eisen kunnen verschillende soorten eisen staan, bijvoorbeeld eisen van de opdrachtgever, maar ook:

-eisen over de veiligheid
-eisen over het milieu
-eisen over de kosten
-eisen over wat het product moet kunnen.

1.Je begint het programma van eisen met de wensen die de klant heeft opgenoemd. 
2.Daarna vul je dit aan met jouw eigen eisen en voorwaarden. 
3.Zo krijg je een programma van eisen waar het ontwerp aan moet voldoen.  
Dit noem je de technische eisen

Slide 8 - Tekstslide

Aanzichten tekenen
  • Vooraanzicht
  • Zijaanzicht
  • Bovenaanzicht

Slide 9 - Tekstslide

Aanzichten tekenen

Slide 10 - Tekstslide

Op schaal tekenen
Op schaal tekenen wil zeggen dat de maten op de tekening worden veranderd, maar de verhoudingen gelijk blijven.

Bijvoorbeeld je tekent schaal 1:5
Dit betekent 1cm is in werkelijkheid 5 cm.
Als je iets opmeet en het is 25 cm.
25 delen door 5 = 5cm. Op je blaadje teken je dus 5cm

Je kan ook schaal 1:1 tekenen.
1 cm is dus ook werkelijk 1 cm.


Slide 11 - Tekstslide

Schaal
  • De schaal geeft aan hoeveel de werkelijkheid is verkleind.
  • Plattegronden en technische tekeningen teken je op schaal.
  • Wordt aangegeven in de legenda. 
  • Tekening uit bron 1 is getekend op schaal
 1:100 , dit spreek je uit als 1 op 100. 
Dus wat op papier 1 mm groot is, is in
werkelijkheid 100 mm. 

Slide 12 - Tekstslide

Schaal

Slide 13 - Tekstslide

Wat is werken op schaal?
Tekenen in verhouding.
Schaal 1:100 = 1 mm in tekening is 100mm in het echt
op de tekening is alles kleiner dan in het echt.

Schaal moet op de tekening staan.

Bij technisch tekenen dus bij Techniek zijn alle maten in millimeter mm

Slide 14 - Tekstslide

Tekenen op schaal
Als je iets op schaal tekent, dan deel je alle afmetingen in de werkelijkheid door de schaal die gaat tekenen.       
Voorbeeld
Mijn bureaublad  is 1600 mm lang en 900 mm breed.
Ik teken het blad na op schaal 1 : 200
De maten op de tekening zijn:
lengte = 1600 : 200 = 80 mm    en     breedte = 900 : 200 = 45 mm
Je tekent: 80 : 10 = 8 cm  en 45 : 10 = 4,5 cm

Slide 15 - Tekstslide

Schaal 1:50 wil zeggen dat 1 mm in de tekening in werkelijkheid 5 mm is.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Wat betekent de schaal 1 : 25
A
de maten zijn even groot
B
de maten op tekening zijn 25x zo klein
C
De maten op tekening zijn 25x zo groot

Slide 17 - Quizvraag

Maten in een technische tekening zijn altijd in .........?
A
kilometers
B
millimeters
C
centimeters
D
decimeters

Slide 18 - Quizvraag