Les 5 Gedrag, verrijking etc

Dier Huisvesting Les 5
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
DierverzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Dier Huisvesting Les 5

Slide 1 - Tekstslide

Natuurlijk gedrag
Afwijkend gedrag
Stereotype gedrag
Gestoord gedrag
Conflict gedrag
Omgericht gedrag
Ander gedrag dan normaal, ontstaat bij te weinig prikkels
Ontstaat bij teveel prikkels en past niet bij de situatie (oren krabben bij mensen)
Wordt niet gericht op het dier/voorwerp waarvoor het bedoeld is (agressie van hond op eigenaar)
Het herhaald uitvoeren van afwijkend gedrag
Gericht op het overleven (vlucht-, eetgedrag)
Ontstaan wanneer stereotype gedrag lang duurt (kaal plukken, ijsberen)

Slide 2 - Sleepvraag

Wat is verrijking?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Video

Welke vormen van verrijking zijn er?

Slide 5 - Woordweb

Verrijking
- voedsel over de bodem strooien
- huisvesting opdelen in meerdere compartimenten
- partner erbij plaatsen
- ander diersoort bijplaatsen (interactie)
- voedsel verstoppen
- inrichting regelmatig veranderen (1 keer in de 14 dagen)
- het bieden van bezigheidsvoer (kleine deeltjes, noten, meelwormen in een pijp)

Slide 6 - Tekstslide

Typen stallen

Slide 7 - Tekstslide

1

Slide 8 - Video

03:25
Wat voor type stal zie je hier?
A
Grupstal
B
Potstal
C
Roosterstal
D
Open stal

Slide 9 - Quizvraag

Grupstal
De dieren staan op een stand waarbij hun mest altijd in een goot (de grup) achter het dier valt.

Voordelen:
- Alleen mest in de grup


Nadelen:
- Weinig bewegingsvrijheid
- De locatie van de urineopening bij mannelijke dieren
- Persoonlijke veiligheid bij het wegscheppen van de mest  dieren kunnen meppen
- Werkhouding tijdens het wegscheppen

Slide 10 - Tekstslide

1

Slide 11 - Video

02:05
Wat voor type stal zie je hier?
A
Grupstal
B
Potstal
C
Roosterstal
D
Open stal

Slide 12 - Quizvraag

Potstal
De dieren staan op een dikke laag strooisel die mest en urine kan absorberen. Wanneer het strooisel vervuild raakt wordt er een nieuwe laag opgestrooid.
Veel gebruikt op kinderboerderijen en dierentuinen


Voordelen:
- Dikke laag strooisel geeft warmte voor de dieren


Nadelen:
- Kost veel strooisel
- Klauwen / hoeven slijten nauwelijks en mogelijke klauwproblemen
- Veel en zwaar werk wanneer dierenverblijf
 leeg moet worden gehaald

Slide 13 - Tekstslide

Roostervloer
De vloer is een rooster. Hierdoor vallen urine en ontlasting direct in de mestput.
 

Voordelen:
- Bespaart werk


Nadelen:
- Niet bevorderlijk voor de gezondheid van hoeven/klauwen/voetzolen
- Het werkt vooral goed bij een dichte bezetting
- Verstopping van roosters bij gebruik van grof strooisel
- Mengsel van mest en gier veroorzaakt meer stank bij verwerking.

Slide 14 - Tekstslide

Natuurlijke zindelijkheid
In de huisvesting gebruik maken van de natuurlijke zindelijkheid
 

Voordelen:
- Alleen de mestplek iedere dag verschonen


Nadelen:
- Niet bij elk dier mogelijk
- Kan arbeidsintensief zijn (hond uitlaten)

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Wat is het verschil tussen reinigen en ontsmetten?

Slide 17 - Open vraag

Nadelen reinigen/ontsmetten
- Goede schoonmaak is duur.
- Het kost tijd, water, energie en schoonmaak- /ontsmettingsmiddelen
- Dierverblijf wordt nat en koud
- Ontsmettingsmiddelen kunnen schadelijk zijn voor het milieu, dier en mens
- Ook goede bacteriën gaan dood

Slide 18 - Tekstslide

Waar moet je aan denken als je een dierverblijf gaat reinigen?

Slide 19 - Woordweb