Paragraaf 5.2: voelen, ruiken en proeven 1B

Welkom allemaal!
Let op de volgende punten:
  • Pak je laptop erbij (lesson up app)
  • Met je eigen naam
  • Eventueel schrift en pen voor aantekeningen

Mooi! Dan gaan we beginnen!
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom allemaal!
Let op de volgende punten:
  • Pak je laptop erbij (lesson up app)
  • Met je eigen naam
  • Eventueel schrift en pen voor aantekeningen

Mooi! Dan gaan we beginnen!

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?

  • Herhaling Paragraaf 5.1: Je omgeving waarnemen

  • Paragraaf 5.2: voelen, ruiken en proeven

  • Zelfstandig werken




Slide 2 - Tekstslide

Wat reageert op een prikkel?
A
Hersenen
B
Impuls
C
Zenuwen
D
Zintuigcellen

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een prikkel?
A
Een seintje van je zintuig
B
Een verandering in de omgeving
C
Een speciaal orgaan
D
Een impuls

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een Impuls?
A
Een seintje van je zintuig
B
Een verandering in de omgeving
C
Een speciaal orgaan
D
Een prikkel

Slide 5 - Quizvraag

Hoe neem je waar?
A
Doordat een zintuig een prikkel opvangt
B
Doordat een zintuig een impuls doorstuurt
C
Doordat de hersenen de impulsen verwerken
D
Doordat de omgeving verandert

Slide 6 - Quizvraag

Vul in
worden opgevangen door
 bevatten
die hierop reageren door
door te geven. Deze gaan via de
naar de
. Hier worden de
impulsen verwerkt, waardoor je
.Deze
prikkels
zintuigen
zintuigcellen
impulsen
zenuwen
hersenen
waarneemt

Slide 7 - Sleepvraag

Match de prikkel met het juiste zintuig.
Druk-
zintuig
Evenwichts-
zintuig
Smaak-
zintuig
Gezichts-
zintuig
Tastzintuig
Druk
Licht
Zwaarte-
kracht
Smaak
Lichte aanraking

Slide 8 - Sleepvraag

Met welk zintuig neem je het volgende waar:
Een vlieg loopt over je wang
Koude handen in de winter
Je staat onder de warme douche
Een zware rugzak op je schouders
Tastzintuig
Koudezintuig
warmtezintuig
Drukzintuig

Slide 9 - Sleepvraag

Pijnpunten
  • Pijn neem je niet waar met een zintuig, maar met pijnpunten
  • Pijnpunten zijn de uiteindes van bepaalde zenuwen.
  • Pijnpunten komen op veel plekken in je lichaam voor. Zowel in de huid als in de dieper gelegen organen.

Slide 10 - Tekstslide

5.2: voelen, ruiken en proeven

Slide 11 - Tekstslide

Leerdoelen
3. Je kunt de bouw en functies van de huid beschrijven.

4. Je kunt benoemen hoe je verschillende geuren ruikt.

5. Je kunt benoemen hoe je verschillende smaken proeft

In de huid, je grootste orgaan, liggen verschillende zintuigen waarmee je kunt voelen. Ruiken en proeven doe je met zintuigen in je neus en je tong.

Slide 12 - Tekstslide

Huid
Bestaat uit 2 delen:

  • Opperhuid

  • Lederhuid

Slide 13 - Tekstslide

Opperhuid
De opperhuid bestaat uit twee lagen:

  • Hoornlaag

  • Kiemlaag

Slide 14 - Tekstslide

Hoornlaag
  • De hoornlaag is de buitenste laag van je huid. 
  • De hoornlaag bestaat uit dode cellen en beschermd je lichaam tegen beschadiging, uitdroging en ziekteverwekkers

Slide 15 - Tekstslide

Kiemlaag
  • De kiemlaag is een laag levende cellen vlak onder de hoornlaag.
  • Deze cellen zijn constant aan het delen.
  • De cellen in de kiemlaag gaan dood. De hoornlaag wordt continu aangevuld met deze dode cellen.

Slide 16 - Tekstslide

De lederhuid
In de lederhuid liggen:
  • De vier huidzintuigen
  • Haarzakjes, hieruit groeit een haar
  • Talgklieren, die maken talg. Dit is een vettige stof die de hoornlaag en haren soepel houdt.
  • Bloedvaten
  • Zweetklieren

Slide 17 - Tekstslide

Onderhuids bindweefsel
Vlak onder de huid ligt het onderhuids bindweefsel. Hierin zit vet opgeslagen. Dit vet is reservevoedsel en vormt een isolerende laag. Deze isolerende laag zorgt ervoor dat je geen warmte verliest.


Slide 18 - Tekstslide

Zet de lagen van de huid op de juiste plek
Opperhuid
Het onderhuidse bindweefsel
Lederhuid

Slide 19 - Sleepvraag

In welk deel van de huid liggen de huidzintuigen?
A
Hoornlaag
B
Kiemlaag
C
Lederhuid
D
Onderhuids bindweefsel

Slide 20 - Quizvraag

Hoe heet het gedeelte van de huid dat bestaat uit dode huidcellen?
A
kiemlaag
B
lederhuid
C
hoornlaag
D
onderhuidsbindweefsel

Slide 21 - Quizvraag

Brandwonden
  • Beschadiging van de huid. 
  • Veroorzaakt door: warmte, een chemische stof of elektriciteit
  • Bij erge brandwonden:
  • Pijnpunten en kiemlaag beschadigt
  • Op de beschadigde plek kan je geen pijn meer voelen. 
  • De beschadigde plek kan niet meer herstellen.

Slide 22 - Tekstslide

Proeven
  • Op de oppervlakte van de tong bevindt zich het smaakzintuig --> smaakpapillen.
  • In de groeven van de smaakpapillen zitten smaakknopjes
  • In deze smaakknopjes zit verschillende typen smaakzintuigcellen
  • Er zijn vijf typen smaakzintuigcellen. Iedere type reageert op een andere smaak: bitter, zout, zoet, zuur en umami (hartig). 
  • Andere smaken proef je met behulp van je neus
smaakpapil
smaakknopje

Slide 23 - Tekstslide

Ruiken
  • Het reukzintuig --> neusholte
  • De reukzintuigcellen --> het neusslijmvlies
  • Er zijn verschillende type reukzintuigcellen. Elk type reageert op een andere geurstof . 
  • De reukzintuigcellen sturen impulsen naar de hersenen. 
  • De combinatie van impulsen worden in de hersenen vertaald waardoor je weet wat je ruikt.

Slide 24 - Tekstslide

In welke huidlaag bevinden zich delende huidcellen?
A
Hoornlaag
B
Kiemlaag
C
Lederhuid
D
Onderhuids bindweefsel

Slide 25 - Quizvraag

Wat hoort waar bij?
Opperhuid
Hoornlaag
Kiemlaag
Lederhuid
Talg
Onderhuids
bindweefsel
Bovenste laag vd huid
Bestaat uit dode cellen
Maakt nieuwe huidcellen
Middelste laag
Maakt soepel
Zit vet in

Slide 26 - Sleepvraag

Waardoor kunnen brandwonden ontstaan?
A
Chemische stoffen en vuur
B
Vuur, elektriciteit en warmte
C
Chemische stoffen en elektriciteit
D
Chemische stoffen, elektriciteit en warmte

Slide 27 - Quizvraag

Je reukzintuig is een onderdeel van ...
A
Neusslijmvlies
B
Neusholte

Slide 28 - Quizvraag

Wat is de prikkel voor
het reukzintuig?
A
Neusslijmvlies
B
Reukzintuigcellen
C
Smaakstoffen
D
Geurstoffen

Slide 29 - Quizvraag

Er komt een geurstof in je neus.
Je reukzintuig wordt geprikkeld.
Wat gebeurt er nu met je reukzintuig?

A
Het reukzintuig maakt impulsen en stuurt die naar de hersenen.
B
Het reukzintuig ontvangt impulsen en reageert hierop.
C
Het reukzintuig maakt prikkels en stuurt die naar de hersenen
D
Het reukzintuig neemt een geur waar.

Slide 30 - Quizvraag

Bij proeven werken geur- en smaakzintuigen samen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 31 - Quizvraag

Aan de slag!


Paragraaf 5.2: Opdracht 1 t/m 8

Klaar? Oefenen op Biologiepagina.nl









Slide 32 - Tekstslide

Nabespreking:
  • Zijn er nog vragen?
  • Wat vonden jullie van deze les?
  • Herkansing Thema 3: 17 april of 24 april (THIM- moment)?

Slide 33 - Tekstslide

Tot slot:
Schuif je stoel aan
en
Ruim je afval op


Tot de volgende les!

Slide 34 - Tekstslide