Duits woordjes 141
1 / 27
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat betekent:
anrufen?
anrufen?
timer
0:10
Slide 2 - Open vraag
Wat betekent:
die Freundschaft?
die Freundschaft?
timer
0:10
Slide 3 - Open vraag
Wat betekent:
die Note?
die Note?
timer
0:10
Slide 4 - Open vraag
Wat betekent:
das Bundesland?
das Bundesland?
timer
0:10
Slide 5 - Open vraag
Wat betekent:
die Stunde?
die Stunde?
timer
0:10
Slide 6 - Open vraag
Wat betekent:
das Einzelkind?
das Einzelkind?
timer
0:10
Slide 7 - Open vraag
Wat betekent:
dauern?
dauern?
timer
0:10
Slide 8 - Open vraag
Wat betekent:
der Wald?
der Wald?
timer
0:10
Slide 9 - Open vraag
Wat betekent:
der Spaß?
der Spaß?
timer
0:10
Slide 10 - Open vraag
Wat betekent:
die Woche?
die Woche?
timer
0:10
Slide 11 - Open vraag
Wat betekent:
wichtig?
wichtig?
timer
0:10
Slide 12 - Open vraag
Wat betekent:
gratulieren?
gratulieren?
timer
0:10
Slide 13 - Open vraag
Wat betekent:
leider?
leider?
timer
0:10
Slide 14 - Open vraag
Wat betekent:
slapen?
slapen?
timer
0:10
Slide 15 - Open vraag
Wat betekent:
tussen?
tussen?
timer
0:10
Slide 16 - Open vraag
Wat betekent:
de vakantie?
de vakantie?
timer
0:10
Slide 17 - Open vraag
Wat betekent:
de rivier?
de rivier?
timer
0:10
Slide 18 - Open vraag
Wat betekent:
saai?
saai?
timer
0:10
Slide 19 - Open vraag
Wat betekent:
altijd?
altijd?
timer
0:10
Slide 20 - Open vraag
Wat betekent:
er is / er zijn?
er is / er zijn?
timer
0:10
Slide 21 - Open vraag
Wat betekent:
soms?
soms?
timer
0:10
Slide 22 - Open vraag
Wat betekent:
nodig hebben?
nodig hebben?
timer
0:10
Slide 23 - Open vraag
Wat betekent:
de tuin?
de tuin?
timer
0:10
Slide 24 - Open vraag
Wat betekent:
makkelijk?
makkelijk?
timer
0:10
Slide 25 - Open vraag
Wat betekent:
nieuw?
nieuw?
timer
0:10
Slide 26 - Open vraag
Wat betekent:
vandaag?
vandaag?
timer
0:10
