Methodieken zijn gestructureerde manieren van werken die kunnen helpen om de doelen van cliënten te behalen. De stappen die je neemt zijn van tevoren bedacht.
Methodieken zijn te vergelijken met:
Slide 7 - Tekstslide
Begeleidingstechnieken
Begeleidingstechnieken zijn vaardigheden die je als begeleider kunt inzetten binnen je gekozen methodiek
Begeleidingstechnieken zijn te vergelijken met:
Slide 8 - Tekstslide
Voorbeelden van begeleidingstechnieken
Begeleidingstechnieken zijn dus vaardigheden die je in kunt zetten ter ondersteuning van je gekozen methodiek. Voorbeelden van begeleidingstechnieken zijn:
Gesprekstechnieken
Observatietechnieken
Feedbacktechnieken
Slide 9 - Tekstslide
Oplossingsgerichte gespreksvoering
Oplossingsgerichte gespreksvoering is een methodiek waarbij je in gesprek met de cliënt onderzoekt welke vaardigheden de cliënt eerder heeft gebruikt om zijn huidige probleem op te lossen. Technieken die je hierbij kunt inzetten zijn bijvoorbeeld:
het stellen van open vragen
het stellen van de 'droomvraag'
Cijfers geven (cliënten geven cijfer aan hoe erg hun probleem is)
Geven van complimenten
Methodiek
Techniek
Slide 10 - Tekstslide
Begeleidingsstijlen
Naast begeleidingstechnieken moet je ook rekening houden met de te kiezen begeleidingsstijl. Een begeleidingsstijl is de manier waarop de begeleider de begeleiding uitvoert. Er zijn veel verschillende stijlen. De meest voorkomende zijn:
Autoritaire begeleidingsstijl: taakgerichte manier van begeleiden waarbij de begeleider het begeleidingsplan bepaalt, zorgt voor de uitvoering en verwacht dat de cliënt precies datgene doet wat de begeleider vraagt
Democratische begeleidingsstijl: op de mens gerichte begeleidingsstijl gericht op de mens en niet de taak zelf, vooral gericht op motivatie en welbevinden
Laissez-faire: stijl van begeleiden waarbij de cliënt een grote vrijheid heeft en veel eigen inbreng en waarbij de begeleider nauwelijks persoonlijke invloed uitoefent. De begeleider stuurt niet of nauwelijks.
Slide 11 - Tekstslide
Opdracht
Voer de onderstaande opdracht in twee- of drietallen uit:
Bedenk minimaal 3 voordelen en 3 nadelen per begeleidingsstijl (tip: je kunt bijvoorbeeld iets bedenken vanuit de positie van de cliënt, de begeleider en de organisatie)
Bespreek met elkaar of je vindt dat je als (persoonlijk) begeleider alle drie de begeleidingsstijlen moet beheersen. Noem argumenten voor en tegen
Duur: ongeveer 15 minuten
Nabespreking: Gezamenlijk in de klas
Slide 12 - Tekstslide
Bedenken van activiteiten
Activiteiten kun je gebruiken om de cliënt te helpen om de opgestelde doelen uit het OSP te halen. Het bedenken van activiteiten gebeurt op basis van een aantal stappen:
Bepaal je doelgroep: is de activiteit voor de een groep of voor een individuele client?
Bedenk een gebied waarop je de activiteit wilt organiseren: vrijetijdsbesteding, zelfzorgactiviteiten (ADL, HDL, ADML), arbeidsmatige activiteiten, vorming/educatie (sport, cultuur, kunst) of ontwikkelingsgerichte activiteiten (snoezelen)
Bedenk een passende begeleidingsvorm (autoritair/laissez-faire/democratisch)
Maak een planning van de activiteit waarin je in ieder geval uitlegt Waarom, Wie, Wat, Waar, Wanneer
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Aan de slag: Aan welk onderdeel van het OSP moet jij nu gaan werken?
A
Ik moet de beginsituatie uitwerken
B
Ik moet SMART-doelen opstellen
C
Ik moet een methodiek kiezen
D
Ik moet de activiteiten opstellen / ik ben al verder
Slide 15 - Quizvraag
Aan de slag
Bedenk of je individueel met je OSP verder wil gaan of dat je dit samen met iemand anders wilt doen. Mocht je samen willen werken: zoek iemand op die met dezelfde stap als jij bezig is!
Werk verder aan je OSP zodat je aan het einde van de les je OSP af hebt tot en met de activiteiten die je gaat uitvoeren
Slide 16 - Tekstslide
Huiswerk voor de volgende les
Maak je ondersteuningsplan verder af. Zorg dat je de onderdelen hebt aangevuld die we tot nu toe in de lessen behandeld hebben.
Volgende week gaan we het hebben over het verwerken van een evaluatie in een ondersteuningsplan
Slide 17 - Tekstslide
Lesdoel bereikt?
De lesdoelen waren:
De student kan het verschil tussen begeleidingsmethodieken en begeleidingstechnieken uitleggen
De student kan verantwoorden welke begeleidingsstijl passend is bij de doelen uit het ondersteuningsplan
De student kan passende activiteiten bedenken bij de doelen uit het ondersteuningsplan
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.