H 5.3 Soorten bewegingen K2 les 3

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Hoofdstuk 5 Beweging

Welkom Kader 2

Benodigheden

- laptop

- Binas

- Rekenmachine 

Welkom Kader 2!

Ga zitten en start met het lezen van 5.3 Soorten Bewegingen 

Klaar? Ga verder met de opdrachten. 

Tassen op de grond

Jas over je stoel

Telefoons in de zakkie

We gaan starten!

                                                               Wachttijd:

§ Introductie

§ 5.1 Bewegingen vastleggen

§ 5.2 Gemiddelde snelheid

§ 5.3 Soorten bewegingen

§ 5.4 Remmen en botsen

Lesprogramma

1. Huiswerk controle 
2. Voorkennis/Terugblik
3. Leerdoelen
4. Instructie (uitleg)
5. Zelfstandig werken
6. Afsluiting
7. Huiswerk

Welke vraag/vragen 

vonden jullie lastig?

2. Voorkennis activeren

De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen. 

Leerdoelen behaald?

• 5.1.1 Je kunt uitleggen op welke manieren je een beweging vast kunt leggen. R
• 5.1.2 Je kunt uitleggen hoe je een stroboscopische foto maakt. R
• 5.1.3 Je kunt een afstand-tijdtabel maken van een beweging van een voorwerp. T1
• 5.1.4 Je kunt een afstand-tijddiagram tekenen van een afstand-tijdtabel. T1
• 5.1.5 Je kunt een afstand-tijddiagram aflezen. T1

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   

Wat voor soort foto zien we hier?

1. Bewerkte foto
2. Stroboscopische foto
3. Loboscopische foto
4. Stethoscopische foto

Hoeveel afstand heeft de bal afgelegd bij D?

I

1. 2,2 cm
2. 22 cm
3. 220 cm
4. 2,2 m

Leerdoelen behaald?

• 5.2.1 Je kunt de gemiddelde snelheid van een voorwerp berekenen. T1
• 5.2.2 Je kunt snelheid in m/s omrekenen naar km/h. T1
• 5.2.3 Je kunt de afstand berekenen die een voorwerp in een bepaalde tijd aflegt. T1

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   

Met welke eenheid kun je afstand aanduiden? (meer antwoorden zijn goed)

1. Kilometer
2. Lengte
3. Afstand
4. Meter

Met welke eenheid kun je tijd aanduiden? (meerdere antwoorden zijn goed)

1. Seconden
2. Uren
3. Minuten
4. Klok

Wat is de formule voor gemiddelde snelheid?

1. Snelheid = Afstand x Tijd
2. Snelheid = Afstand + Tijd
3. Snelheid = Afstand/Tijd
4. Snelheid = Afstand - Tijd

Ik fiets met 15 km/h naar school, daar doe ik een half uur over. Hoeveel km moet ik fietsen?

1. 5 km
2. 15 km
3. 7,5 km
4. 17,5 km

Leerdoelen

• 5.3.1 Je kunt uitleggen wat er gebeurt met de snelheid bij een beweging met constante snelheid, een versnelde beweging en een vertraagde beweging. R
• 5.3.2 Je kunt de snelheid op elk moment van de beweging berekenen bij een beweging met constante snelheid. T1
• 5.3.3 Je kunt aan de vorm van de grafiek een beweging met constante snelheid, een versnelde beweging en een vertraagde beweging herkennen. T1

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   

Sleutelwoorden

• versnelde beweging:
• beweging met constante snelheid: 
• vertraagde beweging:

Schrijf over

Hoofdstuk 5 bewegen

Paragraaf 3 versneld - eenparig - vertraagd

Versnelde beweging

Versnellen is het proces waarin jij jouw snelheid verhoogd.

Op een gegeven moment bereik je jouw maximum snelheid en stop je met versnellen.

Versnellen in een grafiek

Afstand-tijddiagram                      Snelheid-tijddiagram 

Eenparige beweging

Eenparig (ook wel gelijk) wilt dus zeggen dat er niets veranderd

Eenparige beweging houdt in dat je een constante snelheid hebt.

Eenparige beweging in een grafiek

 Afstand-tijddiagram                    Snelheid-tijddiagram 

Vertraagde beweging

In een vertraagde beweging neem je af van snelheid meestal tot stilstand

Vertraging in een grafiek

            Afstand-tijddiagram                         Snelheid-tijddiagram 

wat is versnellen?

Wat is vertragen?

Wat voor beweging zie je hier?

1. Eenparige beweging
2. stilstand
3. vertraagde beweging
4. versnelde beweging

Wat voor beweging zie je hier?

1. Stilstand
2. vertraagde beweging
3. versnelde beweging
4. eenparige beweging

Als je fietst naar school, hoe zorg jij ervoor dat je vooruit komt?

En wanneer je weer tot stilstand komt. wat gebruik je daarvoor?

Aan de slag!

Maak opdracht:  1 t/m 10  op blz 33.

Vind je dit makkelijk maak dan opdracht 11 t/m 13

rood = Iedereen is stil

oranje = Iedereen is stil, docent beantwoord wel vragen

groen = Je mag zachtjes overleggen met je buurman/buurvrouw

Aan de slag!

Maak de opdrachten van paragraaf 5.1

1 t/m 8

Je mag samenwerken!

Begrippen uit deze les:

Schrijf over

versnelde beweging: 
beweging waarvan de snelheid steeds groter wordt.
beweging met constante snelheid: 
beweging waarvan de snelheid niet verandert.
vertraagde beweging:
Beweging waarvan de snelheid steeds kleiner wordt.

Leerdoelen behaald?

• 5.3.1 Je kunt uitleggen wat er gebeurt met de snelheid bij een beweging met constante snelheid, een versnelde beweging en een vertraagde beweging. R
• 5.3.2 Je kunt de snelheid op elk moment van de beweging berekenen bij een beweging met constante snelheid. T1
• 5.3.3 Je kunt aan de vorm van de grafiek een beweging met constante snelheid, een versnelde beweging en een vertraagde beweging herkennen. T1

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   

Wat doet de fietser?
s,t-diagram

1. Staat stil
2. Beweegt eenparig
3. Beweegt versneld
4. Beweegt vertraagd

Wat doet de fietser?
s,t-diagram

1. Staat stil
2. Beweegt eenparig
3. Beweegt versneld
4. Beweegt vertraagd

Wat doet de fietser?
s,t-diagram

1. Staat stil
2. Beweegt eenparig
3. Beweegt versneld
4. Beweegt vertraagd

v,t-diagram:
Wat doet
de fietser
tussen 8-10 min

1. Staat stil
2. Beweegt eenparig
3. Beweegt versneld
4. Beweegt vertraagd

Welke lijn is wat?

Wat voor beweging is:

de rode lijn?

de groene?

de blauwe?

Aan het werk! NOVA

Wat? 5.3. Soorten bewegingen - opdrachten 1 t/m 12

Waar? In je NOVA- boek blz 33

Volgende week toets over H3 en H4

Hoe? Als het bord op rood staat werk je alleen en in stilte.

Als het bord op groen staat mag je fluisterend overleggen met je buurman. 

Heb je vragen? Steek je hand op en ik kom bij je. 

Klaar? Test Jezelf!