Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Quiz past participle
Health
1 / 23
volgende
Slide 1:
Woordweb
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
In deze les zitten
23 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Health
Slide 1 - Woordweb
Slide 2 - Tekstslide
What is the past participle of 'to have'?
A
had
B
hat
C
haved
D
hadded
Slide 3 - Quizvraag
What is the past participle of 'to go'?
A
went
B
goed
C
gone
D
to go
Slide 4 - Quizvraag
What is the past participle of 'to eat'?
A
ate
B
ated
C
eat
D
eaten
Slide 5 - Quizvraag
What is the past participle of 'to say'?
A
sait
B
saided
C
said
D
sayed
Slide 6 - Quizvraag
What is the past participle of 'to sleep'?
A
sleeped
B
slept
C
slepd
D
sleped
Slide 7 - Quizvraag
What is the past participle of 'to hurt'?
A
hurd
B
hurted
C
hurt
D
hurts
Slide 8 - Quizvraag
What is the past participle of 'to drink'?
A
drank
B
drinked
C
drink
D
drunk
Slide 9 - Quizvraag
What is the past participle of 'to begin'?
A
begun
B
began
C
beginned
D
begant
Slide 10 - Quizvraag
What is the past participle of 'to drive'?
A
driven
B
drave
C
drived
D
drove
Slide 11 - Quizvraag
What is the past participle of 'to spend'?
A
spend
B
spended
C
spent
D
spented
Slide 12 - Quizvraag
Theme words
Slide 13 - Tekstslide
What is the English translation of 'tandarts'?
A
disease
B
dentist
C
toothdoctor
D
examinator
Slide 14 - Quizvraag
What is the English translation of 'ziek zijn'?
A
to be worse
B
to be ill
C
to be sick
D
to be noisy
Slide 15 - Quizvraag
What is the English translation of 'verbeteren'?
A
to impose
B
to prevent
C
to better
D
to improve
Slide 16 - Quizvraag
What is the English translation of 'hoofdpijn'?
A
headpain
B
facepain
C
headache
D
faceache
Slide 17 - Quizvraag
What is the English translation of 'jeuken'?
A
to itch
B
to pain
C
to scratch
D
to tickle
Slide 18 - Quizvraag
What is the Dutch translation of 'plaster'?
A
verband
B
stoten
C
pleister
D
hoesten
Slide 19 - Quizvraag
What is the Dutch translation of 'to recover'?
A
genezen
B
ophouden/stoppen met
C
een pauze nemen
D
herstellen/erbovenop komen
Slide 20 - Quizvraag
What is the Dutch translation of 'to bruise'?
A
kneuzen
B
butsen
C
pijn doen
D
vallen
Slide 21 - Quizvraag
What is the Dutch translation of 'infection'?
A
verstuiken
B
schaafwond
C
infectie
D
loopneus
Slide 22 - Quizvraag
What is the Dutch translation of 'to feel dizzy'?
A
verward zijn
B
duizelig zijn
C
vallen
D
verdoofd zijn
Slide 23 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Chapter 2, Stones 4 and 5
December 2021
- Les met
12 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Brainiac
Februari 2021
- Les met
37 slides
Engels
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1
voorkennis proefwerk 3
April 2023
- Les met
51 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
D. Speaking & Stones
29 dagen geleden
- Les met
17 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Irregular Verbs in English
November 2023
- Les met
10 slides
week 4.0
Augustus 2022
- Les met
35 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Revision 2A&2B
Januari 2022
- Les met
16 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Irregular verbs - theme 4 - leerjaar 2
September 2022
- Les met
21 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2