The-A-An

English today
- Grammar: the, a, an 
- Practice
- Blooket
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

English today
- Grammar: the, a, an 
- Practice
- Blooket

Slide 1 - Tekstslide

A / an = een
The = de/het

Slide 2 - Tekstslide

The 
Je gebruikt the als het duidelijk is over welke persoon of over welk dier of ding het gaat.

The president gave a speech.
The book is on the table.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

AN / a
an gebruik je voor woorden die beginnen met: een klinker KLANK (a, e, u, i, o, au, ai)

an ear            an investigation         an hour
an apple            an honest Englishman          an answer
 

Slide 5 - Tekstslide

 A / an
a gebruik je voor woorden die beginnen met
alle andere KLANKEN (b, c, d, n, m, p, t, enzovoorts....)
a pet               a teacher           a bycicle
a unique car                  a door               a university
 

Slide 6 - Tekstslide

Dus luister naar de klank!

Als je het even niet weten, denk aan
an apple and a peer

Slide 7 - Tekstslide

a of an?
..... dog
A
a
B
an

Slide 8 - Quizvraag

a of an?
.... artwork
A
a
B
an

Slide 9 - Quizvraag

a of an?
.... apple
A
a
B
an

Slide 10 - Quizvraag

a of an?
.... work of art
A
a
B
an

Slide 11 - Quizvraag

a of an?
.... uniform
A
a
B
an

Slide 12 - Quizvraag

A
AN
table
house
egg
chicken
island
phone
orange

Slide 13 - Sleepvraag

Dus....
The gebruik je als ..... ?
An gebruik je voor .....?
A gebruik je voor .....?

Slide 14 - Tekstslide

Tijd over?
play.blooket.com

Slide 15 - Tekstslide