Ch.0, On y va herhaling havo2 2425

BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et 
bienvenue!!
et bienvenue à la classe h2 !
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et 
bienvenue!!
et bienvenue à la classe h2 !

Slide 1 - Tekstslide

Aujourd'hui
  • vooral herhalen van kennis van klas 1
  • Chapitre 0, onderdeel A-B-C-D
  • Au travail!

Slide 2 - Tekstslide

Les couleurs & les nombres
La répétition

Slide 3 - Tekstslide

Les couleurs

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Tekstslide

vert
brun / marron
jaune
blanc / blanche
rouge
bleu
gris
noir

Slide 6 - Sleepvraag

Quelle est cette couleur ?
A
rose
B
rouge
C
blanc
D
violet

Slide 7 - Quizvraag

Quelle est cette couleur ?
A
bleu
B
blanc
C
beige
D
noir

Slide 8 - Quizvraag

La couleur de la banane est:

Slide 9 - Open vraag

Les nombres
Hoe zat het ook alweer? We herhalen eerst de tientallen.
Schrijf deze NU op in je SCHRIFT.
Je mag je BOEK ook gebruiken om op te zoeken.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

De tientallen
10 = dix                 20 = vingt
30 = trente          40 = quarante
50 = cinquante
60 = soixante 

Slide 12 - Tekstslide

De tientallen boven de 60
70 = soixante - dix
80 = quatre-vingts
90 = quatre-vingt-dix
100 = cent
1000 = mille

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Zoek de juiste vertaling van de dagen van de week. 
Sleep blauw naar rood!
maandag
dinsdag
donderdag
woensdag
vrijdag
zaterdag
zondag
vendredi
mercredi
lundi
mardi
jeudi
samedi
dimanche

Slide 15 - Sleepvraag

les frites
les toilettes
la tente
la terrasse
la guitare
la caravane
le foot
le camping
la salade

Slide 16 - Sleepvraag

Een Franse zin bestaat uit:
- onderwerp
-werkwoorden
- overige woorden (lv/mw)

Slide 17 - Tekstslide

Onderwerp=...?

Slide 18 - Tekstslide

Jij=
A
Je
B
Tu
C
Il
D
Elle

Slide 19 - Quizvraag

Jullie=
A
Tu
B
Nous
C
Vous
D
Ils

Slide 20 - Quizvraag

Zij= (m.mv)
A
Il
B
Elle
C
Ils
D
Elles

Slide 21 - Quizvraag

Le verbe français

Slide 22 - Tekstslide

Welke Frans werkwoorden ken je nog van jaar 1?

Slide 23 - Woordweb

Les verbes réguliers
  • werkwoorden op -er
Les verbes irréguliers
  • être
  • avoir
  • aller
  • faire

Slide 24 - Tekstslide

AVOIR ( = hebben)
Jullie hebben al geleerd: de vervoeging van de werkwoorden avoir + être met vertaling.

Deze hebben jullie immers vorige week in je schrift opgeschreven!

Nu controleren of je ze ook kent?!

Slide 25 - Tekstslide

J'
Tu
Il/elle/on
Nous
Vous
Ils/elles
a
avons
ai
avez
as
ont

Slide 26 - Sleepvraag

A. optreden

B. ontdekt worden

C. zin hebben om te 

A. zij  heeft
B. zij hebben
C.  men heeft
D.  jullie hebben
E. jij / je hebt
F. wij hebben
1.  nous  avons
2.  tu  as
3.  ils  ont
4.  on  a
5.  vous avez
6.  elle  a

Slide 27 - Sleepvraag

Slide 28 - Tekstslide

timer
1:30
avoir
être
ont
es
avons
ai
sommes
avez
suis
a
as
sont
êtes
est

Slide 29 - Sleepvraag

Het is
A
est
B
c'est
C
c'es
D
ce sont

Slide 30 - Quizvraag

Ww op -er
Bepaal het hele werkwoord.
Deze groep van werkwoorden herken je 
aan -er aan het eind van het woord
Voorbeelden:

Aimer, trouver, adorer, parler, donner
En nu moeten ze vervoegd worden:


Slide 31 - Tekstslide

Regarder = kijken
Je regarde             
Tu regardes
Il/elle/on regarde
nous regardons
vous regardez
ils/elles regardent

Slide 32 - Tekstslide

Sleep het juiste antwoord naar de juiste vorm
parles
parlons
parle
je (parler)
Nous (parler)
tu (parler)

Slide 33 - Sleepvraag

Sleep het juiste antwoord naar de juiste vorm
parlent
parle
parlez
vous (parler)
il/elle (parler)
ils/elles (parler)

Slide 34 - Sleepvraag

   chanter
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
tu
je/j'
               chantent
                    chante
               chantons
                  chantez
                   chante
                 chantes

Slide 35 - Sleepvraag

alors, on continue!
Ce sont qui,
Les deux sur la photo?

Slide 36 - Tekstslide

Les devoirs
- Schrijf in je schrift de werkwoordrijtjes van: FAIRE- ALLER -DONNER. In het Frans + vertaling ernaast
-Maak in je boek oef. 9 en 12 b
- herhaal en leer AVOIR/ÊTRE/dagen vd week/tientallen

Slide 37 - Tekstslide