6.2

leren rekenen met een verhoudingstabel. Wat je boven doet, moet je onder ook doen!
Wat heb ik de vorige les geleerd?
1 / 16
volgende
Slide 1: Woordweb
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

leren rekenen met een verhoudingstabel. Wat je boven doet, moet je onder ook doen!
Wat heb ik de vorige les geleerd?

Slide 1 - Woordweb

Doel van deze les:


Je leert rekenen via 1 in een verhoudingstabel

Slide 2 - Tekstslide

Vier wafels kosten 3 euro.
Hoeveel kosten 3 wafels?


Wat moet er op de
plek van het vraagteken staan?
A
3
B
30
C
300
D
Dat weet je nog niet.

Slide 3 - Quizvraag

Wat is het probleem en
hoe kunnen we het
oplossen?

Slide 4 - Open vraag

Hoe kunnen we uitrekenen
wat onder de 3 moet staan?
A
300:3x4=400
B
300:4x3=225

Slide 5 - Quizvraag





Onthouden:

- gebruik 1 als tussenstap

- het getal boven of onder de 1 vul je niet in

- vermeld duidelijk het antwoord

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Wat is in een verhoudingstabel het makkelijkst om naar te rekenen?

A
Via 10
B
Via 1
C
Via 5
D
Maakt niet uit

Slide 11 - Quizvraag

Welke tabel is een verhoudingstabel?
A
Inkomsten Maud
B
Inkomsten Rolf
C
Beide
D
Geen van beide

Slide 12 - Quizvraag

Verhoudingstabellen
Geen Verhoudingstabellen

Slide 13 - Sleepvraag

Vul de verhoudingstabel in. Sleep het juiste antwoord naar de twee juiste plekken in de tabel
€ 0,20
x 7
€ 30
€ 1,40
x 25
: 25

Slide 14 - Sleepvraag

Lesdoelen:
Ik begrijp hoe je in een verhoudingstabel naar 1 moet rekenen

Slide 15 - Sleepvraag

Huiswerk
6.2 Rekenen via 1 blz 190 t/m 192 opdracht 9 t/m 17

Slide 16 - Tekstslide