30-08-2022 introductie past simple

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

HOLIDAY TIMES

Leerdoelen:

- ik weet hoe ik de verleden tijd moet maken.

Wanneer gebruik je de 'past simple'?

Wat gebeurt er met het werkwoord in het Engels in de verleden tijd?

Past simple

• Wordt gebruikt als iets in het verleden is gebeurd en ook is afgelopen.
• Je maakt de 'past simple' door de uitgang -ed achter het werkwoord te plaatsen.

NOW GO TO GRAMMAR SURVEY 6 ON PAGE 213 AND READ ALONG

the Past Simple

Hoe weet je wanneer je de past simple moet gebruiken?

• L    - (last)
• A    - (ago)
• D    - (date in the past)
• Y     - (yesterday)

the Past Simple

Complete the following verbs in your notebook:

1.  I walk  -
2.  You watch  -
3.  He stops  -
4.  We cook  -
5.  You cry  -

the Past Simple

Complete the following verbs in your notebook:

1.  I walk  -  I walked
2.  You watch  - you watched
3.  He stops  -  he stopped
4.  We cook  - we cooked
5.  You cry  - you cried

Homework

• Repeat words A and TW travelling, and packing your suitcase, on page 74. 
• Learn words C on page 75
• Do exercises 3, 4  on page 37 and exercise 16 on page 43