Vrijheid en onvrijheid 5.1

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Hoe merk je in het dagelijks leven dat je in een rechtsstaat leeft? Geef een voorbeeld.

Slide 6 - Open vraag

Wat betekent vrijheid?
A
De mogelijkheid om te doen wat je wilt, zolang je anderen geen kwaad doet.
B
Dat je altijd moet doen wat anderen zeggen.
C
Dat je geen verantwoordelijkheden hebt.
D
Altijd vakantie hebben.

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

Kijkvraag: Wat denk je, wordt de agent
die schoot vervolgd of niet? En waarom wel of niet?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Welk recht of vrijheid vind jij het belangrijkste?

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Wat is een kenmerk van een onvrije samenleving?

A
Mensen hebben het recht om te stemmen.
B
Mensen mogen hun eigen leiders kiezen.
C
Mensen worden gedwongen te leven volgens strikte regels zonder inspraak.
D
Mensen mogen protesteren tegen de regering.

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Video

Kijkvraag: Mag je in een rechtsstaat (soms)
de rechten en vrijheden van mensen afnemen?

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Tekstslide

Aan het werk!
Hoofdstuk 5  (5.1) Rechtsstaat
maken opdracht 2, 4, 5, 6, 8, 9 en 10

Slide 18 - Tekstslide