2.3 Sociaal gedrag

• Biologie / Verzorging
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 1

	Vak: Biologie Hoofdstuk: 2.3 Sociaal gedrag
1.	Lesopening
2.	Terugblik
3.	Lesdoel
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

Open je boek op bladzijde 29.

2. Terugblik

Gedrag ontstaat door prikkels. Wat is een prikkel?

1. Iets wat je ruikt, proeft, ziet of hoort
2. alles wat een mens doet
3. een handeling
4. een verandering van gedrag

Wat is de prikkel en de respons voor de buffel?

Respons

Prikkel

Prikkel

Respons

Een mep teruggeven

Iemand roept je naam

Je omdraaien

Lawaai

Stomp tegen je rug 

Vingers in je oren stoppen

Zonlicht

Zonnebril opzetten

Inwendige prikkel

Uitwendige prikkel

Je hebt honger

Je hoort een auto

Een aap wordt uitgedaagd voor een gevecht.

Je moet plassen

3. Lesdoel

Aan het einde van de les kun je de volgende begrippen uitleggen:

- Sociaal gedrag & solitair

- Territorium & territoriumgedrag

- Rangorde 

SOCIAAL GEDRAG

DEFINITIE

Sociaal gedrag:

Rekening houden met de anderen in je groep.

Dit geldt zowel voor mensen als dieren. 

Hoe leer je sociaal gedrag?

- Opvoeding door ouders

- spelen met anderen

Territoriumgedrag

Het verdedigen van je eigen leefgebied (territorium).

Ook wel iemand wel of niet toelaten in je persoonlijke ruimte (gebied waar mensen/dieren mogen komen die je vertrouwt).

Rangorde

Een groep met dominante en onderdanige 

Dieren die de baas zijn, zijn dominant

Dieren die de baas moeten gehoorzamen, zijn onderdanig

Een voorbeeld van een groep dieren met een rangorde is een roedel wolven.

Voordelen van een rangorde

Wat zouden voordelen van een rangorde kunnen zijn?

• weinig ruzie
• sterke, gezonde jongen

Solitair

1. Dieren die met andere dieren in een groep leven
2. Dieren die niet met andere dieren in een groep leven

Territorium

1. Een eigen leefgebied
2. Een gedeeld leefgebied

Territoriumgedrag = gedrag waarmee een dier zijn territorium verdedigt

1. Waar
2. Niet waar

Rangorde = de volgorde van dominant tot onderdanig

1. Waar
2. Niet waar

6. Zelfstandig werken

Je maakt zelfstandig opdracht 12 t/m 16 op blz 24/25.

Ben je klaar?

Dan kijk je je werk na

Daarna maak je een samenvatting van paragraaf 2.3

7. Evaluatie

Hoe ging de les?

Zijn er nog begrippen die je lastig vindt?

-  Wat is sociaal gedrag? En solitair?

- Wat is Territorium? En territoriumgedrag?

- Wat is rangorde?

Huiswerk

Maandag 22 november 

2.3 opdracht 12 t/m 16