H3 par. 3.4 Napoleon verovert Europa

Tijd van pruiken en revoluties
Politieke revoluties
Par. 3.4 Napoleon verovert Europa
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Tijd van pruiken en revoluties
Politieke revoluties
Par. 3.4 Napoleon verovert Europa

Slide 1 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten H3
27. De Verlichting
28. Het ancien régime en verlicht absolutisme
30. De democratische revoluties

Slide 2 - Tekstslide

Invalshoeken
  • Economisch: 
  • wat zijn de middelen van bestaan? 
  • Denk hierbij bijvoorbeeld jagen en verzamelen, landbouw, industrie. 
  • Hoe komen mensen aan hun inkomsten?
 

Slide 3 - Tekstslide

Invalshoeken
  • Politiek-bestuurlijk: 
  • hoe wordt de samenleving bestuurd? 
  • Wie is de baas? 
  • Welke regels en wetten zijn er?
  • Wie controleert de wetten en wie voert ze uit?
 

Slide 4 - Tekstslide

Invalshoeken
  • sociaal: 
  • dit gaat bijvoorbeeld over de leefomstandigheden van mensen en de verschillende sociale lagen. 
  • Zijn er grote verschillen tussen mannen/vrouwen en arm/rijk? 
  • Leven de mensen in de stad of op het platteland?

Slide 5 - Tekstslide

Invalshoeken
  • cultureel: wat denken en voelen de mensen en hoe uitten ze dit?
  • bijvoorbeeld in hun gewoontes en regels, 
  • geloof, 
  • kunst en 
  • wetenschap. 

Slide 6 - Tekstslide

Continuïteit en verandering
  • Continuïteit: dingen blijven (langere tijd) hetzelfde.

  • Verandering: wanneer dingen anders worden.

Slide 7 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt enkele belangrijke eigenschappen noemen van het bestuur door Napoleon.
  • Je kunt beschrijven hoe Napoleon een Europees rijk veroverde en dat ook weer verloor.
  • Je kunt uitleggen welke gevolgen Napoleons bestuur voor Nederland had.
  • Je kent de begrippen en jaartallen uit deze paragraaf.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Napoleon komt aan de macht
  • In 1794 kwam er een einde aan het schrikbewind: Robespierre werd opgepakt en zelf onthoofd. 

Slide 10 - Tekstslide

Napoleon komt aan de macht
  • Er kwam een ander, gematigder bestuur: alleen de rijke burgerij heeft nu inspraak. 
  • Ellende nog niet voorbij!
  • Oorlog met Oostenrijk, Pruisen, Spanje en Groot-Brittannië.
  • Hoge voedselprijzen.
  • Hoge belastingen.
  • Politieke strijd: sommige burgers vonden dat het volk te weinig macht had, anderen wilden weer een koning.

Slide 11 - Tekstslide

Met welke gebeurtenis komt er een einde aan het schrikbewind in Frankrijk?
A
Bestorming Bastille
B
Machtsgreep Napoleon
C
Onthoofding Robespierre

Slide 12 - Quizvraag

Wat voor soort bestuur kwam er in Frankrijk na de periode van Terreur?
A
Een gematigd bestuur
B
Een radicaal bestuur

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de juiste omschrijving bij een gematigd bestuur?
A
Bestuur wat snelle en grote veranderingen wilt.
B
Bestuur wat de samenleving geleidelijk wilt veranderen.

Slide 14 - Quizvraag

Napoleon komt aan de macht
  • Napoleon was een succesvol generaal in het leger.
  • Populair door de vele overwinningen.
  • Grijpt in 1799 de macht: einde Franse Revolutie!

Slide 15 - Tekstslide

Napoleon komt aan de macht 
  • Hij maakt een nieuwe grondwet: burgers hebben inspraak.
  • In werkelijkheid is Napoleon een dictator
  • Hij maakt zelf de wetten en beslist over oorlog & vrede.
  • Napoleon blijft toch populair door de vele overwinningen en hij zorgde voor orde & rust.

Slide 16 - Tekstslide

Napoleon komt aan de macht
  • In 1804 kroonde Napoleon zichzelf tot keizer.

Slide 17 - Tekstslide

Napoleon komt aan de macht 
  • Een aantal resultaten van de Franse revolutie liet Napoleon bestaan, namelijk:
  • Privileges bleven afgeschaft: standensamenleving voorbij!
  • Dezelfde wetten  & grondrechten voor iedereen.


Slide 18 - Tekstslide

Napoleon komt aan de macht
Napoleon voerde ook een wetboek in: Code Napoléon
Was geldig was voor iedereen: eerlijkere rechtsspraak! 

Slide 19 - Tekstslide

Goed of fout?
De Franse Revolutie eindigt met de machtsgreep van Napoleon.
A
Goed
B
Fout

Slide 20 - Quizvraag

Waarom eindigt de Franse Revolutie met de machtsgreep van Napoleon?

Slide 21 - Open vraag

Noem 2 resultaten van de Franse Revolutie die Napoleon liet bestaan.

Slide 22 - Open vraag

In welk jaar kroont Napoleon zichzelf tot keizer?
A
1789
B
1799
C
1804
D
1810

Slide 23 - Quizvraag

Het Europese rijk van Napoleon
Napoleon bleef oorlog voeren:
  • meer macht voor Frankrijk.
  • ideeën van de Franse Revolutie verder verspreidden.

  • Napoleon zei dat hij de mensen in Europa wilde bevrijden van hun onderdrukkers en hun gelijke rechten wilde geven.

Slide 24 - Tekstslide

Het Europese rijk van Napoleon
  • Napoleon veroverde en groot deel van Europa.
  • Groot-Brittannië lukte niet.
  • Om GB te dwarsbomen voerde Napoleon het Continentale Stelsel in.
  • Napoleon verbood daarmee alle handel met Groot-Brittannië. 

Slide 25 - Tekstslide

Het Europese rijk van Napoleon
  • Russen weigerden hieraan mee te werken.
  • Daarom viel Napoleon in 1812 Rusland aan.
  • Begin van zijn ondergang... 

Slide 26 - Tekstslide

Het Europese rijk van Napoleon
  • De Russen trokken zich terug, vochten niet en lokten Napoleons leger steeds dieper Rusland in.
  • Toen brak de winter aan en stierven veel soldaten aan honger, kou en ziektes.

Slide 27 - Tekstslide

Het Europese rijk van Napoleon
  • Nadat Napoleon zich uit Rusland had teruggetrokken, ging Rusland in de tegenaanval.
  • Ook Groot-Brittannië, Oostenrijk en Pruisen wilde een einde maken aan het bewind van Napoleon en de ideeën van de Franse Revolutie.
  • In 1813 versloegen ze Napoleon tijdens een grote veldslag in Duitsland.

Slide 28 - Tekstslide

Het Europese rijk van Napoleon
  • Napoleon werd verbannen naar Elba, maar hij ontsnapte en keerde terug naar Frankrijk waar hij een nieuw leger opbouwde. 

Slide 29 - Tekstslide

Het Europese rijk van Napoleon
  • In 1815 werd Napoleon bij Waterloo definitief verslagen en werd hij verbannen naar Sint Helena, waar hij in 1821 stierf.

Slide 30 - Tekstslide

Waarom viel Napoleon Rusland aan?

Slide 31 - Open vraag

Hoe versloegen de Russen Napoleon?
A
Russen trokken zich steeds terug en vernielden oogsten, schuilplaatsen.
B
De winter brak aan in Rusland, waar het Franse leger niet op voorbereid was.
C
Russen vielen kleine groepjes Franse soldaten aan.
D
Alle antwoorden zijn juist.

Slide 32 - Quizvraag

In welk jaar werd Napoleon definitief verslagen?
A
1804
B
1810
C
1813
D
1815

Slide 33 - Quizvraag

Naar welk eiland werd Napoleon verbannen in 1813
A
Elba
B
Sint Helena

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Video

Napoleon in Nederland
  • Na 1800 waren de Fransen al de baas in de Bataafse Republiek (Nederland).
  • In 1806 werd dat helemaal duidelijk: Napoleon maakte zijn broer Lodewijk koning van het Koninkrijk Holland.

Slide 36 - Tekstslide

Napoleon in Nederland
  • Napoleon vond dat zijn broer te weinig hielp in zijn strijd tegen Groot-Brittannië.  
  • Napoleon had de handel met Engeland verboden, maar Lodewijk trad nauwelijks op tegen de smokkelhandel vanuit Nederland naar Groot-Brittannië.

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Video

Napoleon in Nederland
  • In 1810 moest Lodewijk afstand doen van de troon.
  • Nederland werd een Franse provincie.
  • Franse wetten golden nu ook in Nederland:
  • Achternamen werden ingevoerd
  • Burgerlijke stand
  • Franse les op scholen
  • Nederlanders moesten verplicht in Franse leger

Slide 39 - Tekstslide

Napoleon in Nederland
Steeds meer verzet tegen de maatregelen van Napoleon:
  • Bijvoorbeeld door de hoge belastingen en het verbod op de handel met Groot-Brittannië.

In 1813 (nadat Napoleon van Rusland en Duitsland had verloren), kwamen de Nederlanders in opstand.

Slide 40 - Tekstslide

Napoleon in Nederland
De zoon van de stadhouder Willem V keerde terug als koning Willem I van het koninkrijk der Nederlanden.

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Video

Hoe heette de eerste koning van Holland?
A
Willem I
B
Willem V
C
Lodewijk Napoleon
D
Napoleon

Slide 43 - Quizvraag

In welk jaar werd Lodewijk Napoleon koning van het koninkrijk Holland?
A
1800
B
1806
C
1810
D
1813

Slide 44 - Quizvraag

Waarom moest Lodewijk Napoleon aftreden als koning van Holland?

Slide 45 - Open vraag

Waarom verbood Napoleon eigenlijk de handel met Groot-Brittannië denken jullie?

Slide 46 - Open vraag

Noem 2 veranderingen die werden ingevoerd toen Nederland een Franse provincie werd.

Slide 47 - Open vraag