(Week 50 Geel) 't Kofschip - verleden tijd (ten/den)

Welkom
  1. Huiswerk bespreken
  2. Werkstuk: tekst schrijven
  3. Spelling: de verleden tijd
  4. Zelfstandig werken
  5. Terugkijken
  6. Nieuwsbegrip


1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welkom
  1. Huiswerk bespreken
  2. Werkstuk: tekst schrijven
  3. Spelling: de verleden tijd
  4. Zelfstandig werken
  5. Terugkijken
  6. Nieuwsbegrip


Slide 1 - Tekstslide

Werkstuk
  • Dit heb je al gedaan: onderwerp kiezen, inleiding schrijven, onderzoeksvragen bedenken,  informatie verzamelen, informatie selecteren
  • Deze week: tekst schrijven 

  • Sla alles op in de Google Drive map !!!!!


>> 21 december inleveren <<

Slide 2 - Tekstslide

Tekst schrijven
  • Je hebt allerlei informatie gevonden over jouw onderwerp. 
  • Je hebt deze informatie geselecteerd, wat is bruikbaar en wat niet
  • Nu ga je schrijven! Het overschrijven van teksten uit boeken of het kopiëren van teksten van het internet moet je niet doen. 
  • Normale taal, eigen woorden. Doe net alsof jij tegen een medeleerling praat. Geen moeilijke woorden!

  • Sla alles op in de Google Drive map

>> 21 december inleveren <<

Slide 3 - Tekstslide

Hele werkwoord
en de stam

  • Het hele werkwoord eindigt meestal op -en. Je gebruikt het bij WIJ. > Wij lopen, wij fietsen, wij bakken

  • De stam van het werkwoord is -en eraf halen. Je gebruikt de stam bij IK. > Ik loop, ik fiets, ik bak

Slide 4 - Tekstslide

Het hele werkwoord eindigt op

Slide 5 - Open vraag

De STAM van een werkwoord

De stam van een werkwoord vind je door van het hele werkwoord -en af te halen; wat je overhoudt, is de stam.




Bijvoorbeeld:

geloven - en = gelov

verhuizen - en = verhuiz

bakken -en = bakk


Slide 6 - Tekstslide

De stam van een werkwoord maak je door...

Slide 7 - Open vraag



  • VERHUIZEN
  • PLAGEN
  • MAKEN
  • GROEIEN
  • VEGEN
  • PASSEN
  • GELOVEN


  • VERHUISDEN / VERHUISTEN ?
  • PLAAGDEN / PLAAGTEN ? 
  • MAAKTEN / MAAKDEN ?
  • GROEIDEN / GROEITEN ?
  • VEEGDEN  / VEEGTEN ?
  • PASDEN / PASTEN?
  • GELOOFDEN / GELOOFTEN ?
De VERLEDEN TIJD van een werkwoord

Slide 8 - Tekstslide



  • VERHUIZEN > VERHUIZ
  • PLAGEN > PLAG
  • MAKEN > MAK
  • GROEIEN > GROEI
  • VEGEN > VEG
  • PASSEN > PASS
  • GELOVEN > GELOV


  • VERHUISDEN
  • PLAAGDEN 
  • MAAKTEN
  • GROEIDEN
  • VEEGDEN
  • PASTEN
  • GELOOFDEN
T KoFSCHiP CHECK

Slide 9 - Tekstslide

Wat is de verleden tijd van
krabben. (Wij...)

Slide 10 - Open vraag

Wat is de verleden tijd van
suizen. (Wij...)

Slide 11 - Open vraag

Wat is de verleden tijd van
kanoën. (Wij...)

Slide 12 - Open vraag

Wat is de verleden tijd van
vloeien. (Wij...)

Slide 13 - Open vraag

Wat is de verleden tijd van
likken. (Wij...)

Slide 14 - Open vraag

Wat is de verleden tijd van
gapen. (Wij...)

Slide 15 - Open vraag

Wat is de verleden tijd van
leven. (Wij...)

Slide 16 - Open vraag

Wat is de verleden tijd van
grazen. (Wij...)

Slide 17 - Open vraag

Wat is de verleden tijd van
verraden. (Wij...)

Slide 18 - Open vraag

Half vijf terug.
Tot straks, succes!

Slide 19 - Tekstslide

Capsule met gruis uit de ruimte geland


Het is de Japanse ruimtevaartorganisatie JAXA gelukt om ruimtegruis naar de aarde te krijgen. Een capsule met gruis is in Australië geland. Het gaat om stukjes van planetoïde Ryugu, zo'n 300 miljoen kilometer van de aarde vandaan. Wetenschappers hopen met hulp van het ruimtegruis meer te leren over het ontstaan van ons zonnestelsel.

Slide 20 - Tekstslide

Dit heb ik geleerd vandaag:

Slide 21 - Open vraag

huiswerk week 50
  1. Werkstuk: tekst schrijven
  2. Junior Einstein afmaken
  3. Nieuwsbegrip

Slide 22 - Tekstslide