2.7 Vulkanisme

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vulkanisme 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na deze les kan ik .......
1. Uitleggen hoe vulkanen ontstaan
2. Drie soorten vulkanen benoemen en weet ik waar deze vulkanen voorkomen
3. Welke gevolgen vulkaanuitbarstingen wereldwijd hebben op mens en natuur 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

https://kaart.edugis.nl/v2/#configurl=maps/geology.json

Slide 4 - Tekstslide

Hoeveel vulkanen zijn er over de hele wereld? 1500 

Een actieve vulkaan is een vulkaan dat eenmaal in de 10.000 jaar uitbarst. 

Hoeveel vulkaanuitbarstingen zijn er per jaar? 52-90 uitbarstingen per jaar. Maar er zijn per dag zo'n 15 a 20 vulkanen actief

Slide 5 - Tekstslide

De korst van de aarde kun je vergelijken met het velletje wat om een perzik heen zit. Het is dun en breekbaar. Zo ook met de korst om de aarde. Die korst is gebroken, in de zin van dat we 7 platen hebben waardoor de aarde er zo uitziet, zoals het nu doet. 

Slide 6 - Tekstslide

Binenkern -> Vast 
Buitenkern -> vloeibaar 
Mantel -> Plastisch 

Explosief vulkanisme

Slide 7 - Tekstslide

Doordat er convectiestromen zijn, dus dat door de warmte van binnen in de aarde en komt het plastische deel komt omhoog wat vloeibaarder is bij de rest. Al de contintentale korst met de oceanische korst botst, gaat de oceanische korst onder de continentale korst, omdat de oceanische korst jonger is en lichter. Daarom duikt het onder de continentale korst. Daardoor krijg je seductie, dat de ene plaat onder de andere plaat duikt. Met die plaat, neemt ook water mee en dat verdampt met hitte, waardoor een deel van de mantel kan smelten. Door de warmte en convectiestromen strijgt het op, komt in de magmakamer terecht en als er voldoende druk is opgebouwd, dan barst de vulkaan uit en is dus explosief, als een champagnefles wat je opent 
Effusief vulkanisme 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

            1                                     2                                   3
       4                                      5                                     6

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontstaan van hotspots

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vulkanisme 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Lahar: Een lahar is een modderstroom van vulkanisch materiaal (vulkanische as, puimsteen en brokken gesmolten of gestolde lava). Lahars ontstaan doordat as en puimsteen, afkomstig van de vulkaanuitbarsting, vermengd met regenwater of smeltwater van sneeuw.

Pyroclastische stroom: Een pyroclastische stroom of gloedwolk is één van de meest verwoestende effecten van een vulkaanuitbarsting. Pyroclastische stromen bestaan uit vaste of halfvloeibare lava, gas, rotsen en as. Ze kunnen snelheden tot 150 km/u bereiken, en hebben temperaturen die liggen tussen 100 en 800°C.

Pyroclastische stromen ontstaan bij vulkaanuitbarstingen. Er onstaat dan een enorme zuil van as en gassen boven de krater, die tot wel 45 km hoogte de atmosfeer in geblazen kan worden. Wanneer zo'n eruptiezuil in elkaar stort, ontstaat een dodelijke aslawine van heet gas en pyroclastica, die met hoge snelheid van de helling afraast. In zo'n pyroclastische stroom worden de bestanddelen door de zwaartekracht op grootte gescheiden, waarbij de zwaarste bestanddelen zich onderop verzamelen. De vulkanische as en andere fijne deeltjes zijn lichter en geven de pyroclastische stroom zijn herkenbare aanblik.

Soms ontstaat een pyroclastische stroom wanneer er een explosie plaatsvindt onder de helling van een vulkaan.

Asregen: Door de explosie worden stenen en as meters hoog de lucht in geschoten. Doordat de as erg licht is, komt het vaak hoog in de stratosfeer terecht. Eenmaal in de stratosfeer wordt de as door de sterke luchtstroom die hier staat over grote afstanden door de atmosfeer verplaatst. Uiteindelijk zal het as weer naar het aardoppervlak terugkeren, dit gebeurt in de vorm van een asregen. ulkanische as is niet giftig, maar het inademen ervan kan problemen veroorzaken voor mensen met ademhalingsziekten, zoals astma. Als gevolg van asregens kunne oogsten tot in wijde omtrek worden vernietigd. Daarnaast worden akkers vaak enkele jaren onbruikbaar, omdat de as schadelijke stoffen als zwavel bevat.

Tsunami: Een tsunami kan worden veroorzaakt door een onderzeese vulkaanuitbarsting, als er door de vulkaanuitbarsting enorme aardverschuivingen langs de vulkaanhelling plaatsvindt. Ook kan een tsunami ontstaat, wanneer een deel van een vulkaan op het land in zee stort. Tsunami's kunnen echter ook ontstaan zonder dat er vulkanen bij betrokken zijn.

Klimaat: Grote vulkaanuitbarstingen hebben ook gevolgen op het klimaat. Dit kan verklaard worden doordat grote hoeveelheden vulkanisch materiaal bij een grote explosie kilometers ver de lucht in wordt geworpen. Het zijn met name de gassen (waterdamp, koolstofdioxide en zwaveldioxide) en fijne stofdeeltjes die gevolgen hebben op het klimaat. Uit het zwaveldioxide ontstaan kleine zwaveldeeltjes die gedurende lange periode in de atmosfeer aanwezig kunnen blijven. Het is bekend dat deze zwaveldioxidedruppeltjes het zonlicht weerkaatsen en gedeeltelijk absorberen, waardoor maar een deel van de zonnestralen de aarde bereikt. Gevolg is dan een tijdelijke daling van de temperatuur op aarde

Het is heel moeilijk om de precieze gevolgen van een vulkaanuitbarsting op het klimaat aan te tonen, omdat veel factoren van invloed zijn op het klimaat. Toch wijkt de temperatuur na grote vulkanische erupties af van wat verwacht zou worden wanneer er geen vulkaanuitbarsting had plaatsgevonden.

Waar kijken we naar bij het classificeren van een vulkaan:
•Samenstelling magma (dikke of dunne magma)

•Vorm vulkaan (steil of heel breed)

•Ontgassing (druk dat wordt opgebouwd en gas dat vrijkomt tijdens uitbarsting)

•Kraterpijp (smal of breed)

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vulkanisme door ?

Slide 16 - Tekstslide

Caldera. Als er bij een eruptie zoveel materiaal uit de magmakamer wordt gestoten, valt de vulkaankegel uit elkaar, waardoor er een enorme komvormige krater komt
           Krater                                               Caldera 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

        Basalt  - Schildvulkaan               Puimsteen - Stratovulkaan

Slide 18 - Tekstslide

Omdat bij een schildvulkaan de magma heel vloeibaar is, koelt het snel af en ontstaat een gesteente dat dicht is -> stollingsgesteente en waar weinig grote kristallen in zijn gevormd. 

Puimsteen is heel poreus en is het heel licht. Als je er mee op het water gooit, stuitert het een aantal keer op het water. Vloeibaar lava koelt zo snel af, dat de gas bubbeltjes niet de tijd krijgen om uit het lava te gaan, zodat het stolt, met holtes erin. Dit komt omdat de lava taai en stroperig is. 
Aan de slag......
Maak van paragraaf 2.7 alle opdrachten

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk kenmerken hoort bij welke afbeelding?  
Stratovulkaan, Schildvulkaan, Effusief vulkanisme, Explosief vulkanisme, Stollingsgesteente, lava, magma, hotspots, caldera, puimsteen, basalt, gloedwolk, subductie, convectie, vulkanische modderstromen

Slide 20 - Tekstslide

Stratovulkaan 
-> explosief vulkanisme 
-> Taaie lava 
-> Hoog en kegelvorming 
-> Puimsteen

Schildvulkaan 
-> effusief vulkanisme 
-> Vloeibare lava
-> Vlakke helling (schildvormig)
-> Basalt
Zou er bij onderstaande afbeelding een vulkaan kunnen ontstaan? Ja/Nee en leg je antwoord uit

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Is er bij Nederland in de buurt ook een vulkaan te vinden?
A
Ja
B
Nee

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Om over na te denken.......
- Wat vond je goed gaan (qua gedrag, houding, lesstof, leren, opdrachten maken. Noteer minimaal 1 ding 

- Wat kan de volgende keer beter (qua gedrag, houding, lesstof, leren, opdrachten maken. Noteer minimaal 1 ding

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies