frequentie bepalen

Geluid 
Frequentie bepalen
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Geluid 
Frequentie bepalen

Slide 1 - Tekstslide

Bepaal de frequentie van deze toon 1?
(uitleg)
  • Je ziet hier
  • 5 trillingen in 0,1 sec.
  • Dat houd in dat je
  • 50 trillingen hebt in 1 seconde
  • De frequentie is dus 50hz

Slide 2 - Tekstslide

De oscilloscoop
  • zet geluid om in een plaatje
  • kan alleen als je een microfoon gebruikt

Slide 3 - Tekstslide

Een trilling heeft altijd een berg en een dal.
Je ziet hier dus 1 trilling

Slide 4 - Tekstslide

De oscilloscoop
  • De oscilloscoop vangt het geluid op en laat het geluid zien als een trilling.

Slide 5 - Tekstslide

Een oscilloscoop...
A
Kan geluid omzetten in een elektrisch signaal
B
Kan een elektrisch signaal omzetten in geluid
C
Werkt als een microfoon

Slide 6 - Quizvraag

Hoeveel trillingen
zie je hier?
(klik plaatje om te bekijken)
A
1
B
2

Slide 7 - Quizvraag

Hoeveel trillingen
zie je hier?
(klik plaatje om te bekijken)
A
1
B
2
C
4

Slide 8 - Quizvraag

Welke toon is het hoogst

(klik plaatje om te bekijken)
A
plaatje A
B
Plaatje B

Slide 9 - Quizvraag

Bepaal de frequentie van deze toon 1?
(uitleg)
  • Je ziet hier
  • 5 trillingen in 0,1 sec.
  • Dat houd in dat je
  • 50 trillingen hebt in 1 seconde
  • De frequentie is dus 50hz

Slide 10 - Tekstslide

Bepaal de frequentie van deze toon 2?
(uitleg)
  • Je ziet hier
  • 4 trillingen in 0,01 sec.
  • Dat houd in dat je
  • 40 trillingen hebt in 0,1 seconde
  • 400 trillingen hebt in 1 seconde
  • De frequentie is dus 400hz

Slide 11 - Tekstslide

Bepaal de frequentie van deze toon 3?
(uitleg)
  • Je ziet hier
  • 10 trillingen in 0,001 sec.
  • Dat houd in dat je
  • 100 trillingen hebt in 0,01 sec
  • 1000 trillingen hebt in 0,1 sec
  • 10.000 trillingen hebt in 1 sec
  • De frequentie is dus 10.000hz

Slide 12 - Tekstslide

Op de oscilloscoop is een toon afgebeeld. De tijd van het volledige beeld is 0,01 s.
Bepaal de frequentie van deze toon.
A
4 Hz
B
10 Hz
C
40 Hz
D
400 Hz

Slide 13 - Quizvraag

Op de oscilloscoop is een toon afgebeeld. De tijd van het volledige beeld is 0,02 s.
Bepaal de frequentie van deze toon.
A
0,5 Hz
B
1,5 Hz
C
5 Hz
D
50 Hz

Slide 14 - Quizvraag

Op de oscilloscoop is een toon afgebeeld. De tijd van het volledige beeld is 0,01 s.
Bepaal de frequentie van deze toon.
A
4 Hz
B
10 Hz
C
40 Hz
D
400 Hz

Slide 15 - Quizvraag