Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Signaalwoorden
signaalwoorden en tekstverbanden
1 / 25
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
25 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
signaalwoorden en tekstverbanden
Slide 1 - Tekstslide
signaalwoorden
Slide 2 - Tekstslide
Hoe noem je woorden die een verband aangeven in een tekst?
A
trefwoorden
B
synoniemen
C
signaalwoorden
D
uitdrukkingen
Slide 3 - Quizvraag
Hoe mag je signaalwoorden ook noemen?
A
verbindingswoorden
B
verwijswoorden
C
synoniemen
D
werkwoorden
Slide 4 - Quizvraag
Op welk tekstverband wijzen de
signaalwoorden
maar
,
toch
en
echter
?
A
opsomming
B
tegenstelling
C
reden
D
conclusie
Slide 5 - Quizvraag
Op welk tekstverband wijzen de
signaalwoorden
want
en
omdat
?
A
opsomming
B
conclusie
C
tegenstelling
D
reden
Slide 6 - Quizvraag
In welke zin wijzen de signaalwoorden
op een volgorde in tijd?
A
Ik wil langskomen. Ik heb echter geen tijd.
B
Eerst ga ik sporten, daarna kom ik langs.
C
Ik heb tijd om langs te komen en ook veel zin.
D
Ik kom langs, omdat ik daar veel zin in heb.
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Opdracht 1
: lees de tekst en beantwoord daarna vragen
Slide 9 - Tekstslide
Welke twee signaalwoorden zitten er in zin 2?
A
ze - aan
B
aan - met
C
toen - haal
D
eerst - toen
Slide 10 - Quizvraag
Om welk tekstverband gaat het in zin 2?
A
volgorde in tijd
B
opsomming
C
reden
D
conclusie
Slide 11 - Quizvraag
Opdracht 2
: lees de tekst en beantwoord daarna vragen
Slide 12 - Tekstslide
Welk rood signaalwoord in de tekst wijst op een tegenstelling?
Slide 13 - Open vraag
Op welk tekstverband dat begint met een R wijst het signaalwoord omdat?
Slide 14 - Open vraag
Opdracht 3
Slide 15 - Tekstslide
Welk signaalwoord dat
eindigt op een S hoort op
het laatste stippellijntje?
Slide 16 - Open vraag
Op welk tekstverband wijst
het signaalwoord dus?
A
opsomming
B
oorzaak-gevolg
C
conclusie
D
tegenstelling
Slide 17 - Quizvraag
Opdracht 4
Slide 18 - Tekstslide
Tekstverband = uitleg
Tekstverband = opsomming
Tekstverband = tegenstelling
ook
bijvoorbeeld
zo
maar
Slide 19 - Sleepvraag
Opdracht 5
Slide 20 - Tekstslide
Welk signaalwoord dat wijst o
p
het tekstverband oorzaak-gevolg
staat in zowel zin 4 als 7?
Slide 21 - Open vraag
“Wanneer het volle maan is
en de maan het dichtst bij
de aarde staat ...” Van welk
tekstverband is hier sprake?
A
volgorde in tijd
B
tegenstelling
C
oorzaak-gevolg
D
opsomming
Slide 22 - Quizvraag
signaalwoorden
Slide 23 - Tekstslide
Hoe tevreden ben je over de les?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 24 - Poll
Maken deze les:
Huiswerk:
Slide 25 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Tekstverbanden/signaalwoorden
November 2021
- Les met
25 slides
Nederlands
MBO
Tekstverbanden en signaalwoorden
November 2023
- Les met
31 slides
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 2
Tekstverbanden en signaalwoorden
Februari 2020
- Les met
34 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Signaalwoorden/tekstverbanden OEFENEN
September 2023
- Les met
30 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
leesvaardigheid 2MAVO/HAVO tekstverbanden en signaalwoorden
April 2021
- Les met
33 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
H5 tekstverbanden en signaalwoorden
April 2019
- Les met
41 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
BB/KB jaar 4 Lezen: tekstverbanden oefenen
Maart 2024
- Les met
30 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 4
k3 voorbereiding toets lezen h3 en h4
November 2022
- Les met
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k, g
Leerjaar 3