maandag 12 februari 2024

Goedemorgen! 
Fijn dat je er bent.

- Lever je mobiel bij binnenkomst in in de rode bak. 
- Pak je Chromebook uit de kast en log vast in op LessonUp.

1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Goedemorgen! 
Fijn dat je er bent.

- Lever je mobiel bij binnenkomst in in de rode bak. 
- Pak je Chromebook uit de kast en log vast in op LessonUp.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

1e lesuur:
Gym

Slide 5 - Tekstslide

2e lesuur:

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 8 - Tekstslide

Pauze
timer
15:00

Slide 9 - Tekstslide

3e lesuur:

Slide 10 - Tekstslide

Wat is urbanisatie?
(terugblik)

Slide 11 - Open vraag

Leerdoel
Ik weet wat een megastad, een hoofdstad en een wereldstad zijn.

Ik kan het verschil uitleggen tussen een krottenwijk, een voorstad en het zakencentrum.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

wereldstad



hoofdstad



megastad
Je bent niet de enige hier. Je bent hier met meer dan 10 miljoen anderen!
Er wordt veel Engels gesproken want er werken mensen uit verschillende landen.
Als je een minister wilt tegenkomen, is de kans hier het grootst.

Slide 14 - Sleepvraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Zodra mensen meer geld gaan verdienen, gaan ze hier weg.
A
krottenwijk
B
voorstad
C
zakencentrum

Slide 20 - Quizvraag

De grondprijs is er enorm hoog.
A
krottenwijk
B
voorstad
C
zakencentrum

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 23 - Tekstslide

4e lesuur:

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Link

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 26 - Tekstslide

Pauze
timer
20:00

Slide 27 - Tekstslide

Lezen
timer
10:00

Slide 28 - Tekstslide

5e lesuur:

Slide 29 - Tekstslide

leerdoel
5.1.1 Je kent de redenen waarom mensen sporten.
5.1.2 Je kunt individuele en teamsporten onderscheiden.
5.1.3 Je kunt de voordelen van sporten noemen.
5.1.4 Je kent lichamelijke en karaktereigenschappen die belangrijk zijn bij het kiezen van een sport.
5.1.5 Je kunt verschillende redenen noemen die een rol spelen bij het maken van keuzen.

Er zijn veel verschillende sporten. Sommige sporten doe je alleen, andere doe je in teamverband. Welke sport je kiest, hangt af van wat goed bij jou past. Of van wat jouw redenen zijn om te sporten.

Slide 30 - Tekstslide

Redenen om te sporten
Mensen hebben allerlei redenen om aan sport te doen. Ze doen het als hobby of om te ontspannen. Ze vinden het gezellig om met anderen te sporten. Andere mensen sporten omdat ze een gezond lichaam willen. Weer anderen maken van hun sport hun beroep.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Welke sport beoefen jij?

Slide 33 - Woordweb

Wat zijn voordelen van sporten?

Slide 34 - Woordweb

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 38 - Tekstslide

6e lesuur:

Slide 39 - Tekstslide

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 40 - Tekstslide

Afsluiting

Slide 41 - Tekstslide