Voorlezen - Smokey, opa en de opladers

Voorlezen - Smokey, opa en de opladers
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Brandweer, Veiligheid, BurgerschapskundeBasisschoolGroep 3,4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Introductie

In deze verhaalles gaan Smokey, Anne en Inge op bezoek bij opa. Je maakt kennis met verschillende apparaten die een batterij of accu hebben die moeten worden opgeladen als ze leeg zijn. Je leert hoe je veilig kunt opladen. Maar soms gaat het fout. Dan is het goed dat rookmelders je waarschuwen. Maar opa kan niet zo goed horen! Wat nu?

Instructies

Voorbereiding:
Deze docentenhandleiding geeft een uitgebreide toelichting op de les- en leerstof en lesideeën. Handig om van te voren door te nemen.

Instructies

Onderdelen in deze les

Voorlezen - Smokey, opa en de opladers

Slide 1 - Tekstslide

Introductie:
In dit verhaal gaan Anne, Inge en Smokey op bezoek bij opa. Hij heeft hen gevraagd of ze hem willen helpen met zijn nieuwe telefoon. Want die doet het niet meer.

Luisteren jullie mee?

Slide 2 - Tekstslide

Voorlezen:
Smokey, Anne en Inge gaan bij opa op bezoek.
Opa woont dichtbij, om de hoek.
Tring Tring, opa doet de deur open en lacht.
“Daar zijn jullie, ik had jullie al verwacht.
Mijn nieuwe telefoon doet het niet meer.
Ik probeer het keer op keer.”

Slide 3 - Tekstslide

Voorlezen:
“Wij helpen je wel opa. De batterij is leeg.
Waar ligt de oplader, die je bij de telefoon kreeg?”
Opa opent de kast en kijkt blij.
“Hier liggen opladers. Zes op een rij!”
Zoveel opladers. Maar welke past goed?
Hoe weet ik welke bij de telefoon moet?

Bespreek:
Met een oplader kun je ervoor zorgen dat een batterij weer vol wordt. Er zijn veel verschillende soorten opladers.

Kijk maar eens naar al deze opladers in de kast. Weet jij zo waar deze voor kunnen zijn?

Slide 4 - Tekstslide

Voorlezen:
“Dit snoer is kapot," zegt Inge. "Dat is niet goed.
Het is beter dat je die weg doet.
En dit is een oplader waar een elektrische tandenborstel op zit.
Gebruik je die nog wel opa? Je hebt toch een kunstgebit?”
“Ik zie niet waar deze oplader bij hoort,
en het stekkertje past ook niet in de telefoonpoort.”

Bespreken:
Opa heeft heel veel opladers. Maar welke hoort bij de telefoon?

Waarom moet opa de oplader met het kapotte snoer weg doen?
Als een snoer kapot is, en je doet de stekker in het stopcontact, dan is dat gevaarlijk. Je kunt een stroomschok krijgen of er kan zelfs brand ontstaan.

Zie je dat het stekkertje van de oplader niet in de telefoon past?
Dat is dan niet de goede oplader. Ze moeten nog even verder zoeken.

Slide 5 - Tekstslide

Voorlezen:
Smokey blaft en hij wijst naar de kast.
Daar ligt een oplader met een snoer eraan vast.
“Deze is draadloos" weet Anne, "je legt de telefoon er gewoon bovenop.”
Dan doe je de stekker van de lader in het stopcontact en de batterij laadt op.
Nog even geduld en de batterij van de telefoon is weer vol. Dat is fijn,
maar waar zouden de andere opladers voor zijn?"
Opa zegt: “Ik denk dat we op zolder moeten kijken. Daar is mijn kantoor.
Let niet te veel op de rommel hoor.”

Bespreken:
Dat is fijn, Smokey heeft de goede oplader gevonden voor de telefoon. Als de batterij weer vol is, kan opa hem weer gebruiken.

We gaan gauw verder kijken waar de andere opladers voor zijn.

Slide 6 - Tekstslide

Voorlezen:
De zolder ligt vol met allemaal apparaten.
Opa maakt en repareert van alles. Van robotten tot snoepjesautomaten.
Veel apparaten hebben een snoer met een stekker eraan.
“Daar zie ik een hoverboard met een batterij staan.”
"Hoera" lacht Anne. “Daar hoort mijn oplader bij.”
Op de plank ligt een boormachine. “Die past hierop,” zegt Inge blij.

Bespreken:
Op deze zolder zie je dat opa heel veel apparaten gebruikt en repareert. Deze apparaten gebruiken allemaal stroom. 

Welke apparaten hebben een stekker?
  • Het kacheltje
  • De lamp
  • De computer
  • Het lijmpistool

Maar in sommige apparaten zit een batterij die opgeladen moet worden. Dat doe je met een oplader. 
Anne en Inge hebben de oplader van het hoverboard en de boormachine al gevonden.

Zie je op deze zolder nog meer aparaten met een batterij?
  • De robot
  • De rookmelder
  • De laptop

Slide 7 - Tekstslide

Voorlezen:
"WOEF WOEF" zegt Smokey. “Ik zie gevaar. In de stoel ligt een tablet in de zon te bakken.
Die wordt zo veel te heet. We moeten hem gauw wegpakken.”
Anne pakt de tablet en zegt. “Deze oplader en de tablet horen bij elkaar.
Ze hebben allebei hetzelfde merk. Kijk maar.”
Opa vraagt zich af: Waar hoort deze oplader dan toch bij?
Misschien van die rookmelder? Wijst hij.


Bespreken:
Ook in een tablet zit een batterij. Die kun je beter niet in de zon neerleggen. Gelukkig heeft Anne de tablet snel weggepakt. De oplader van de tablet heeft Anne in haar hand. 

Hoe zie je dat deze oplader bij de tablet hoort? 
Antwoord: Beiden hebben ze dezelfde kleur/merk en je ziet dat het stekkertje van de lader precies in de tablet past. 

Maar zou de oplader die opa in zijn hand heeft bij de rookmelder horen?

Slide 8 - Tekstslide

Voorlezen:
Is het de rookmelder die bij de oplader van opa past?
“Ik zal kijken” zegt Anne. Inge houdt het trapje stevig vast.
Anne klimt erop en klapt de rookmelder open.
"Nee, deze batterij kun je niet opladen. Als die leeg is moet je een nieuwe kopen.
Zal ik op de testknop drukken. Dan weten we of de rookmelder het goed doet.
Of dat er misschien een nieuwe batterij in moet.”

Bespreken:
Deze rookmelder heeft ook een batterij. Maar deze batterij kun je niet opladen.

En als de batterij leeg is? Dan koop je een nieuwe batterij óf een nieuwe rookmelder.

Weet jij waarom er een rookmelder aan het plafond hangt?
Antwoord: Als er brand is, dan is er ook rook. Rook is niet goed voor je. De rook gaat omhoog en komt in de rookmelder. De rookmelder gaat heel hard piepen.  

De rookmelder waarschuwt je dat er gevaar is en dat je snel weg moet gaan. 

Zie je het spinnetje naast de rookmelder hangen?
Als het spinnetje in de rookmelder kruipt, dan gaat de rookmelder ook piepen. Dan is er natuurlijk géén gevaar. Hou spinnetjes weg bij rookmelders. Goed schoonhouden dus. 


Slide 9 - Tekstslide

Voorlezen:
"Testen is een goed plan," zegt opa. “Ik luister of ik het alarm hoor in de gang.
Inge en Smokey, luisteren jullie in mijn slaapkamer? 
En hoor je het alarm, wees dan niet bang.”
Anne drukt op de testknop en ineens begint het kussen te trillen en klinkt er een hoop kabaal.
"Opaaaa! Wat is dit allemaal?"

Bespreken:
In de slaapkamer van opa hangt wel een heel bijzondere rookmelder. Je ziet allemaal lichtflitsen, je hoort een hele harde toeter en het kussen begint te trillen.

Kijk en luister maar in de volgende slide.



Slide 10 - Video

Animatie
Anne test de rookmelders in huis. Als Anne op de testknop drukt, hoor je het alarm van alle rookmelders in het huis.

Waarom zou opa van die bijzondere rookmelders hebben?
Lees verder in de volgende slide.

Slide 11 - Tekstslide

Voorlezen:
Opa zegt: “Ik doe ’s nachts mijn gehoorapparaat uit mijn oren.
Dan kan ik een gewone rookmelder niet goed horen.
Ik weet zeker dat ik nu wakker word als het alarm gaat.
En kan dan snel naar buiten en bel de brandweer vanaf een veilige plek op straat.”

Bespreken:
Opa kan niet meer zo goed horen. Daarom heeft hij een gehoorapparaat. Maar die doet hij 's nachts uit zijn oren. Als een rookmelder begint te piepen, dan moet opa natuurlijk wel wakker worden.

Voorlezen:
De rookmelders werken gelukkig erg goed.
Maar we weten nog steeds niet welk apparaat bij opa's oplader moet.
“Ik stel voor om de schuur te checken.”
“Wie weet kunnen we daar het juiste apparaat ontdekken.”

Bespreken:
Top dat alle rookmelders in het huis van opa goed werken. Hij weet dan ook dat als er écht gevaar is, dat hij naar buiten moet gaan en de brandweer bellen.

Weet jij het nummer van de brandweer?
Antwoord: 112

Laten we verder op zoek gaan naar het apparaat dat hoort bij de oplader die opa bij zich heeft. 

Slide 12 - Tekstslide

Voorlezen:
Opa neemt Anne, Inge en Smokey mee naar de schuur achter het huis.
Hij doet de deur open en ze zien Roets de muis.
“WOEF” zegt Smokey. “Wat doe jij hier op deze plek?”
“Dit snoer lijkt mij erg lekker. Ik heb enorme trek.”
“Snoeren zijn voor stroom en niet om op te eten.
Roets, dat moet jij toch weten.
Als jij een hap neemt wanneer de stekker van het snoer in het stopcontact zit,
krijg je een schok en moet je misschien ook een kunstgebit.”
“Kijk,” zegt opa, “hier heb je een stukje kaas, dat is beter voor een muis.
En ook veel veiliger voor alle snoeren in de schuur en in huis.”

Bespreken:
Muisjes knagen soms ook aan snoeren. Dan gaan de snoeren kapot. Kun je ze dan nog gebruiken? Nee hè! Je kunt dan een stroomschok krijgen.

Slide 13 - Tekstslide

Voorlezen:
“Opa, ik zie dat jouw fiets nog aan de oplader staat.
De batterij is vol. Het is beter dat de stekker eruit gaat.
Dat zegt mama altijd wanneer we onze step opladen.
Als het fout gaat en er komt brand, heb je heel veel schade.
Brand is heet en maakt alles stuk. Dat is niet goed.
Gelukkig is mama een échte brandweermama en weet ze precies wat je doen moet:

Als er een brand ontstaat, 
doe je de deuren achter je dicht en zorg je dat je snel naar buiten gaat.
Bel de brandweer met het noodnummer 112.
De brandweer komt blussen. En mijn mama helpt mee.”

Bespreken:
De mama van Anne, Inge en Smokey is een echte brandweermama. Ze heeft al een paar keer een brand moeten blussen omdat het fout is gegaan bij het opladen van een batterij. 
Het is natuurlijk veel beter als er géén brand komt. Daarom zegt mama dat de stekker uit het stopcontact moet worden gehaald als een batterij vol is. Dan krijg je niet zo gauw brand.

Maar als er tóch brand is en de rookmelder piept, dan moet je natuurlijk wel weten wat je moet doen.

Lesidee:
Oefen het vluchtplan met de leerlingen in de klas. 
  • Laat het alarm van de rookmelder horen (activeer het geluidsicoon). 
  • De kinderen gaan kruipend de klas uit. Ze kruipen zogenaamd onder de rook door. 
  • De laatste leerling doet de deur achter zich dicht. Nu staan ze veilig 'buiten'.
  • Vraag aan de leerlingen welk nummer ze moeten bellen om de brandweer te waarschuwen. (112).

Slide 14 - Tekstslide

Voorlezen:
“Laten we dan nu maar weer snel het huis ingaan,
want ik heb de telefoon nog op de lader staan.”
De batterij is al vol en opa haalt de stekker van de oplader uit het stopcontact in de muur.
"Batterij vol, stekker eruit. We willen hier géén vuur.”
Opa zet de telefoon aan. “Hoera, hij doet het weer, wat fijn.
Iemand heeft een berichtje gestuurd. Van wie zal dat zijn?”

Slide 15 - Tekstslide

Voorlezen:
“Het is van de winkel van de apparaten in mijn oren.
Ze vragen of alles werkt en of ik alles goed kan horen."
Opa haalt één apparaatje uit zijn oor en Smokey blaft blij.
“WOEF WOEF Dáár hoort opa’s oplader bij!”.”

Bespreken:
Opa's gehoorapparaat heeft dus óók een batterij die moet worden opgeladen. 
Gelukkig hebben ze nu ook deze oplader gevonden.

Zie je dat de kaars óók een batterij heeft?
Als die batterij leeg is, dan moet er een nieuwe in. Die kan niet worden opgeladen. Een kaarsje met een batterij is veiliger dan een kaarsje met echt vuur. 

Slide 16 - Tekstslide

Voorlezen:
Onze speurtocht naar goede opladers was erg leuk om te doen.
Daarom krijgt opa van iedereen een knuffel en een zoen.

Weet jij het nog?
Welke oplader hoort bij welk apparaat?

Slide 17 - Sleepvraag

Welke oplader hoort bij welk apparaat?

Sleep de juiste opladers naar het juiste apparaat.

Welke opladers blijven over?
  • De oplader van de tandenborstel
  • De oplader met het kapotte snoer
De kapotte oplader kun je niet meer gebruiken.
Wat vond je van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

Vraag welke smiley de kinderen geven voor deze les.

Tips voor het aanpassen of verbeteren van de les kunnen worden gemaild naar:
brandweeropschool@brandweer.nl.