Biomoleculen 1

Waar denk je aan bij de
term biomoleculen
1 / 24
volgende
Slide 1: Woordweb
BiologieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Waar denk je aan bij de
term biomoleculen

Slide 1 - Woordweb

Slide 2 - Video

Wat zijn de 4 groepen biomoleculen?

Slide 3 - Open vraag

Uit welk element komt voor in elk biomolecuul?
A
fosfaat
B
koolstof
C
stikstof
D
zwavel

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Hoe heten de bouwstenen van biomoleculen?
A
Eiwitten
B
Monomeren
C
Polymeren
D
Koolwaterstoffen

Slide 19 - Quizvraag

Bij welk proces wordt een polymeer afgebroken door opname van water?
A
Condensatie
B
Hydrolysatie

Slide 20 - Quizvraag

Hoe heet het proces waarbij losse monomeren een polymeer vormen?
A
hydrolysatie
B
condensatie

Slide 21 - Quizvraag

Huiswerk
Maken vragen
1, 2, 4 - 9, 13, 16 - 17

Slide 22 - Tekstslide

Samenvattend
Biomoleculen

- Koolhydraten, vetten, eiwitten, nucleïnezuren
- Ieder biomolecuul bestaat uit monomeren
- Koolhydraten bestaan uit monosachariden
- Monosachariden kunnen aan elkaar en losgekoppeld worden door condensatie en hydrolyse
- Monosachariden zijn 1 molecuul, Disachariden zijn 2 moleculen en polysachariden zijn veel

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide