les 6: thema en motieven

Welkom

Ga zitten. Pak NN Literatuur en een pen. 
           Nederlands havo 4
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Ga zitten. Pak NN Literatuur en een pen. 
           Nederlands havo 4

Slide 1 - Tekstslide

Voor we beginnen....

  • 500 - 800 woorden
  • correctiemodel er niet bij 
  •  bronvermelding alleen ín de tekst
  • meerdere oefenopdrachten in Magister

  • Andere vragen?

Slide 2 - Tekstslide

Verhaalanalyse

  • Ik weet wat de begrippen: onderwerp, thema, motieven inhouden.

  • Ik kan deze aspecten herkennen en  benoemen binnen een verhaal.


Slide 3 - Tekstslide

Onderwerp en thema
  • Onderwerp: in een paar woorden waarover het verhaal gaat

  • Thema: de hoofdgedachte van het verhaal in een volledige zin. Je vindt deze door na te gaan wat de titel is, welke motieven er zijn, wie de belangrijkste personages zijn, wat ze met elkaar te maken hebben.

Slide 4 - Tekstslide

Motieven
Motieven zijn elementen uit het verhaal die steeds terugkeren in de tekst:
  • Leidmotief: concreet iets kleins wat steeds weer in dezelfde woorden terugkeert (een voorwerp/kleur/zinnetje enz.)
  • Verhaalmotief: abstract een gebeurtenis, beschrijving of gevoel dat steeds weer terugkeert in de tekst

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht
  • We lezen  het verhaal 'Een bord spaghetti' (Nieuw Nederlands) en passen de theorie van personages, perspectief, setting, tijd, open plekken,  onderwerp, thema en motieven toe.

  • Daarnaast bespreken we natuurlijk waar het over gaat en andere opvallende dingen. 

  • Maak aantekeningen!

Slide 6 - Tekstslide

timer
15:00

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Een bord vol spaghetti
Muller gaat eten bij een wegrestaurant. Neemt altijd de vaste hap. Dit keer is dat spaghetti. Hij zet zijn bord neer en is dromerig, verward. Ziet dan dat een zwarte man zijn bord leeg eet. Hij eet met hem mee van het bord. Drinkt koffie met hem. Kook ondertussen van binnen. Op het eind loopt de zwarte man weg en hij kijkt om zich heen om zijn koffertje te zoeken. Ziet vervolgens zijn bord spaghetti staan: hij had zich in de plek vergist en de zwarte man was juist heel aardig zijn eten met hem te delen, hij was de onbeschofte.

Slide 9 - Tekstslide

Een bord vol spaghetti
  • Hoofdpersoon: Muller, netjes, houdt van spaghetti, vaste gewoonten, racistisch, niet zo gedurfd, hecht aan mening anderen
  • Neger: lijkt eerst onbeschoft (perspectief!) maar is juist heel netjes, goed gekleed, gul, beleefd
  • Perspectief: personaal perspectief vanuit Muller, heeft als effect dat de lezer ook de neger beschuldigt, je leeft mee

Slide 10 - Tekstslide

Een bord vol spaghetti
  • Tijd: chronologisch, wel terugverwijzing (altijd hier eten, hoe hij over zwarte mensen praatte tegenover klanten), weinig vertraging of versnelling of tijdsprongen
  • Ruimte: de vaste plek, koffertje zijn belangrijk, een maandag- of donderdagavond tussen zeven en acht voor de kerst in een wegrestaurant ver van de grote stad.

Slide 11 - Tekstslide

Een bord vol spaghetti
  • Open plekken: waarom heet het verhaal zo? Waarom hecht Muller aan wat anderen denken? Hoe komt het dat de neger zijn bord spaghetti opeet? Hoe komt het dat Muller zo racistisch reageert? Hoe loopt het af? etc. etc.
  • Vraag: waarom heeft Muller vooroordelen?
  • Thema: Vooroordelen kloppen vaak niet
  • Leidmotieven: bord spaghetti, netheid, vooroordelen, kleur wit, beschaafdheid
  • Verhaalmotieven: bang zijn, onberispelijk zijn, kalm blijven

Slide 12 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een leidmotief en een verhaalmotief?

Slide 13 - Open vraag