Hst 1 par. 1.2 Groei en ontwikkeling

thema 1 Planten en dieren
1.2 Groei en ontwikkeling
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

thema 1 Planten en dieren
1.2 Groei en ontwikkeling

Slide 1 - Tekstslide

wat gaan we vandaag doen
herhalen 1.1 Organismen
leerdoelen vandaag
nieuwe theorie: 1.2 Groei en ontwikkeling
practicum bruine boon

Slide 2 - Tekstslide

leerdoelen vandaag (1.2)
Aan het einde van de les:
- kan je omschrijven wat groei en wat ontwikkeling is
- kan je delen van een zaad noemen met hun functie
- kan je de ontwikkeling van een zaadplant beschrijven

Slide 3 - Tekstslide

Inleiding
Uit een zaad ontstaat een klein plantje.
Het plantje wordt steeds groter.

Ook de vorm van een plant verandert.

Slide 4 - Tekstslide

1.2 Groei en ontwikkeling
Alle organismen groeien.
Dat betekent dat ze groter en zwaarder worden.

Zelf ben je ook groter en zwaarder dan toen je een baby was.


Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

1.2 Groei en ontwikkeling
In het vorige filmpje heb je gezien hoe uit een bruine boon een plant groeit.

Een bruine boon is een zaad. Uit een zaad kan een nieuw plantje groeien.
Op de volgende bladzijde zie je een foto van een bruine boon.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

1.2 Groei en ontwikkeling
In een zaad zit een kiem.
De kiem is het begin van een nieuwe plant.
De kiem bestaat uit een klein worteltje en blaadjes.

Slide 10 - Tekstslide

1.2 Groei en ontwikkeling
De kiem is heel klein.
Om te groeien heeft de kiem water en voedsel nodig.

Water haalt de kiem uit de grond.
Voedsel haalt de kiem uit de zaadlobben.
Een bruine boon heeft 2 zaadlobben.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

1.2 Groei en ontwikkeling
Uit een kiem groeit een kiemplantje (een jong plantje).

De zaadlobben komen als eerste boven de grond.

Slide 13 - Tekstslide

1.2 Groei en ontwikkeling
Een bruine boon is een zaad.
In een tomaat zitten ook zaden. Dit zijn de pitjes.

Uit een tomatenzaadje kan een nieuwe plant groeien.
Hoe dat gaat, zie je op de volgende bladzijde.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

1.2 Groei en ontwikkeling
Tijdens de groei verandert de plant.
Aan het worteltje komen zijwortels.
De plant krijgt bladeren en bloemen.

Deze veranderingen noem je ontwikkeling.
Bij ontwikkeling verandert de bouw van een organisme.

Slide 16 - Tekstslide

1.2 Groei en ontwikkeling
Ook bij dieren vindt ontwikkeling plaats.

Bijvoorbeeld bij een pinguin.
Een pinguin komt uit een ei.
Het jong wordt groter en zwaarder. Dat noem je groei.
Tijdens de groei veranderen zijn veren. Dat is ontwikkeling.



Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

VRAGEN??

Slide 19 - Tekstslide

Practicum De bruine boon

Slide 20 - Tekstslide

Practicum bruine boon
1. Maak een natuurgetrouwe tekening van het buitenaanzicht van een bruine boon, 2 x vergroot
namen erbij: hartvormig bultje, navel, poortje en zaadhuid

2. Maak een natuurgetrouwe tekening van het binnenaanzicht van een bruine boon, 2 x vergroot
namen erbij: worteltje, zaadlob en eventueel blaadje

Slide 21 - Tekstslide

buitenaazicht bruine boon
binnenaanzicht bruine boon

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

herhalen leerdoelen
Aan het einde van de les:
- kan je omschrijven wat groei en wat ontwikkeling is
- kan je delen van een zaad noemen met hun functie
- kan je de ontwikkeling van een zaadplant beschrijven

Slide 33 - Tekstslide