Unité 1 - Lire

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Begin schooljaar les 1
Aujourd'hui (Lundi 4 novembre) nous allons:
  • Parler: de tes vacances et comment tu te sens?
  • Lire: Discuter ensemble des exercices "Lire"
  • Vocabulaire: s'entrainer avec les mots/phrases dans StudyGo
Les objectifs:
  • Ik kan een tekst lezen en begrijpen door o.a. inzetten van leesstrategieen. 
  • Ik ken nieuwe woorden waardoor ik een tekst beter kan begrijpen.

Slide 2 - Tekstslide

Waarover zou de bijbehorende tekst over kunnen gaan?
titel: La maladie des hamburgers.
Maak de zin af: Ik denk dat het tekstje gaat over ..................
- iemand die teveel hamburgers eet.
ziek van buik pijn hebben.
- te veel hamburgers gegeten.
- ziek zijn van de hamburgers.
- hamburgers.
- Iemand waarvan zijn buik wordt gemeten.
- de boosaardigheid van hamburgers.
- hij heeft buikpijn.
  • Want in de titel staat hamburger en op het plaatje zie je duidelijk iemand die bij een arts is vanwege te veel gewicht. Je moet dus beide aspecten benoemen.
- ziek/ dik van de hamburgers.
- dat mensen te dik worden van hamburgers.
- eten en gewicht.

Slide 3 - Tekstslide

Waarover zou de bijbehorende tekst over kunnen gaan?
titel: La fumée, ça pue et ça tue.
  • de rook stinkt en het kan doden.
  • dat roken slecht voor je is en stinkt.



Slide 4 - Tekstslide

Waarover zou de bijbehorende tekst over kunnen gaan?
titel: Combien de temps passez-vous à jouer?Maak de zin af: Ik denk dat het tekstje gaat over ..................
  • hoeveel tijd iemand besteed aan games spelen.
  • hoelang iemand gamed.
  • het aantal uren dat je per dag besteedt aan gamen.



Slide 5 - Tekstslide

- Voordat je gaat lezen, kun je zien waar een tekst over gaat. 
- Gebruik de foto's, de titel, woorden die je kent/herkent om het onderwerp van een tekst te voorspellen. NIET of/of maar en/en
- Een titel is een korte samenvatting van de tekst. Een tussenkopje is een korte samenvatting van een alinea
- Een voetnoot helpt jou om moeilijke woorden te begrijpen.
  • Titel, foto's, tussenkopjes, bekende woorden (ook uit andere talen) en voetnoten zijn vaak voldoende om heel veel vragen over een tekst te beantwoorden.

Slide 6 - Tekstslide

Kijk naar de foto bij de tekst. Daaraan zie je snel waar de tekst over gaat.
Maak de zin af:
Aan de foto kun je zien dat het gaat over ......
  • gamen.



Slide 7 - Tekstslide

Kijk naar de titel bij de tekst. Daaraan zie je snel waar de tekst over gaat.
Maak de zin af:
Aan de titel kun je zien dat het gaat over ......
  • sport
  • gamen
  • game competitie



  • online sport
  • e-sport
  • sporten op je computer



Slide 8 - Tekstslide

Beantwoord de vraag:Waar wordt de competitie gespeeld?
  • Frankrijk / in Frankrijk

  • op het Internet.
  • online op de computer.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Begin schooljaar les 1
Aujourd'hui (Vendredi 8 novembre) nous allons:
  • Lire: Discuter ensemble des exercices "Lire"
  • Vocabulaire: s'entrainer avec les mots/phrases dans StudyGo
Les objectifs:
  • Ik kan een tekst lezen en begrijpen door o.a. inzetten van leesstrategieen. 
  • Ik ken nieuwe woorden waardoor ik een tekst beter kan begrijpen.

Slide 11 - Tekstslide

Soms moet je op het examen een tekst lezen met een onderwerp wat jou aanspreekt, of met veel bekende/herkenbare woorden (bijvoorbeeld omdat ze op het Engels lijken). Dan kan je makkelijker de vragen beantwoorden! Dat is mooi meegenomen. Ook gebruik je dan je voorkennis.
Op het examen worden ongeveer 50% van de vragen in het Frans gesteld. Daarom is het belangrijk dat je de Franse vraagwoorden kent. De vraagwoorden in het blauwe kader moet je gaan leren.
Dit leren!

Slide 12 - Tekstslide

Ongeacht of de vragen in het Frans of in het Nederlands gesteld worden, het vraagwoord geeft ALTIJD AAN waar je naar op zoek moet in de tekst!!
- "Qui/wie" zoek je een ..............
- "Où/waar" zoek je een ..........
- "Comment / hoe" zoek je een ...........................
- "Combien/hoeveel" zoek je een .......................
- "Pourquoi/waarom" zoek je een ........................
- "Quand/wanneer" zoek je een ................
  • naam, persoon
  • plaats, plek, stad, dorp, land etc... 
  • manier, oplossing
  • hoeveelheid, getal
  • reden
  • periode, datum, jaartaal, maand,dag, etc...
  • Bij "qu'est-ce que/quel" moet je kijken naar het werkwoord/zelstandig naamwoord die daarna komt.

Slide 13 - Tekstslide

Maak nu de vraag opnieuw:
Wanneer zullen de dieren op de lijst er niet meer zijn in het wild?
Maak nu de vraag opnieuw:
Quelle en est la cause ?
les animaux sauvages
les chercheurs
les hommes
les zoos




  • over 50 jaar
  • les hommes

Slide 14 - Tekstslide

Wat als de vragen in het Frans zijn?

De Franse vragen zijn de moeilijkste vragen voor leerlingen op het examen. Daarom is het heel belangrijk dat je vroeg genoeg dat soort vragen leert kennen. Het beste kun je deze vaak voorkomende vragen uit je hoofd leren zodat je ze gelijk herkent! Dan weet je precies waar de vraag over gaat.
  1. Qu’est-ce qu’on apprend au premier/deuxième/troisième/quatrième alinéa ?                                Wat komen we te weten in de eerste/tweede/derde/vierde alinea?
  2. Qu’est-ce qu’on lit / peut lire au 4ème alinéa ?                                                                                        Wat kunnen we lezen in de 4e alinea?
  3. À quelle question est-ce que le premier alinéa ne donne pas de réponse ?                                            Op welke vraag geeft de eerste alinea geen antwoord?
  4. Qu’est-ce qu’on ne lit pas au dernier alinéa ?                                                                                             Wat lezen we niet in de laatste alinea?
  5. Qu’est-ce qui est vrai d’après le 2ème alinéa ?                                                                                        Wat is waar volgens de tweede alinea?  
Dit leren!

Slide 15 - Tekstslide

Heel veel succes met leren met de StudyGo!!!!

Slide 16 - Tekstslide