A5 Een verhaal beoordelen

A5 Een verhaal beoordelen
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

A5 Een verhaal beoordelen

Slide 1 - Tekstslide

Oordeel
Een oordeel over een boek bestaat uit:
~ mening: 'ik vind...'
~ argumenten: uitspraken waarmee je uitlegt waarom je dat vindt.

Slide 2 - Tekstslide

Welke zin bevat argumenten?
1. 'Ik vond het een leuk boek. Jammer dat het uit is.'
2. 'Ik vond het een leuk boek. De personages waren erg geloofwaardig en het verhaal zat goed in elkaar.'

Slide 3 - Open vraag

Op welke kenmerken kun je een verhaal beoordelen?

Slide 4 - Open vraag

Wat is een recensie?

Slide 5 - Open vraag

Neem bij de volgende vragen steeds het boek in gedachten dat je gelezen hebt voor W4. 

Slide 6 - Tekstslide

Personen.
Kon je je goed inleven in de hoofdpersoon?
😒🙁😐🙂😃

Slide 7 - Poll

Gebeurtenissen.
Heeft het boek je aan het denken gezet?
😒🙁😐🙂😃

Slide 8 - Poll

Opbouw.
Vond je het verhaal spannend?
😒🙁😐🙂😃

Slide 9 - Poll

Taalgebruik.
Was het taalgebruik beeldend: kon je voor je zien wat de schrijver bedoelde?
😒🙁😐🙂😃

Slide 10 - Poll

Maken
Vraag 1 t/m 6 en 2 van ontdekken 
(blz. 152-153)

Slide 11 - Tekstslide

Vraag 1, 4, 5, 6 en 8
Eigen antwoord

Slide 12 - Tekstslide

Vraag 2 
Welke vragen roept dit fragment bij je op?

Slide 13 - Tekstslide

Vraag 2
 Bijvoorbeeld: 
Wie is de ik? Waar is de ik? Wie is de schim? Waarom wordt de ik
gevangen gehouden?

Slide 14 - Tekstslide

Vraag 3 
Welk doel heeft de schrijver met deze (nog) onbeantwoorde vragen denk je?

Slide 15 - Tekstslide

Vraag 3
De schrijver wil dat je doorleest zodat je antwoorden op je vragen krijgt.

Slide 16 - Tekstslide

7a. Welk hoofddoel heeft iemand die een boek- of filmrecensie schrijft?
A
informeren
B
amuseren
C
overtuigen

Slide 17 - Quizvraag

Vraag 7c
Vergelijk je recensie met die van een klasgenoot. Waarin verschillen jullie recensies? Hoe komt dit, denk je? 

Slide 18 - Tekstslide

Vraag 7c
De recensies verschillen omdat meningen subjectief zijn. Smaken verschillen.

Slide 19 - Tekstslide

Vraag 9a
Noteer drie andere boek- of filmprijzen. 

Slide 20 - Tekstslide

Vraag 9a
Prijzen voor kinderboeken en jeugdliteratuur: Gouden Griffel, Zilveren Griffel,
Woutertje Pieterse Prijs, Prijs van de Nederlandse Kinderjury, Prijs van de Jonge Jury, Kinderboek van het jaar.
Prijzen voor literatuur voor volwassenen: AKO Literatuurprijs, Libris Literatuurprijs, Multatuliprijs, F. Borderwijk-prijs, P.C. Hooft-prijs.
Filmprijzen: de Oscars, de Europese Filmprijzen, Gouden Palm, Gouden Beer, Gouden Leeuw, Gouden Luipaard, Gouden Framboos (Golden Raspberry).

Slide 21 - Tekstslide

Vraag 9c
Waarom is de filmprijs van het Gouden Kalf een beeldje van een kalf, denk je? 

Slide 22 - Tekstslide

Vraag 9c
Deze filmprijs is een beeldje van een kalf omdat het een Nederlandse filmprijs is en een koe is een dier dat je veel in het Nederlandse landschap ziet. Nederland staat
bekend om de zuivelproducten.

Slide 23 - Tekstslide

Recensie W4
De helft van je cijfer bij W4 wordt bepaald door je recensie. In de recensie beoordeel je het verhaal op:
~ personen
~ gebeurtenissen
~ opbouw
~ taalgebruik
Het is belangrijk dat je uitlegt waarom je dat vindt (argument).

Slide 24 - Tekstslide