Les 1 - Introductie - oriëntatie thema wonen

Rekenen
Les 1 
Introductie 
Oriëntatie en opdrachten thema wonen
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Rekenen
Les 1 
Introductie 
Oriëntatie en opdrachten thema wonen

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Oriëntatie/kennismaken
Afspraken
Lessen/examen
Materialen
Aanwijzingen rekenen
Introductie thema wonen
Instructie en oefenen
Opdrachten maken
Evaluatie



Slide 2 - Tekstslide

Oriëntatie/kennismaken
Aan het eind van de les:
- ken je de eisen voor het afronden van rekenen
- ken je de leerinhoud rekenen van periode 1
- weet je wat er in de les van je verwacht wordt (gedrag en materialen)
- weet je hoe je een percentage van een getal uit kunt rekenen

Slide 3 - Tekstslide

Afspraken
  • Op tijd aanwezig. Te laat? Wachten tot volgende lesuur.
  • Laptop / schrift / pen / papier / rekenmachine mee
  • Tijdens uitleg/instructie: telefoon in tas
  • Eten buiten lokaal in pauzes (water mag wel)
  • Ogen/gezicht zichtbaar, actieve deelname
  • Respect voor elkaar

Slide 4 - Tekstslide

Bij het woord rekenen denk ik aan...

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Link

Lessen/examen
  • Iedereen start op niveau 3. Na de rekenniveautest rekenniveau bepalen.
  • Rekenen: afronden met een 5 (of 6) voor je diploma. Haal je een 5, dan rond je NED/ENG minimaal af met een 6.
  • Examen: eerste kans begin leerjaar 2 (dan heb je in leerjaar 1 al op niveau 4 gerekend).
  • Uitleg in les, zelfstandig opdrachten maken. Indien nodig extra uitleg.
  • Moeite met rekenen? Aanmelden bij JDA
  • Leerinhoud

Slide 7 - Tekstslide

Materialen
  • Online licentie 12 maanden -> al aangeschaft?
  • Laptop
  • Schrift 
  • Pen
  • Rekenmachine
  • Rekenkaart (krijg je)

Slide 8 - Tekstslide

Aanwijzingen rekenen

Slide 9 - Tekstslide

Aanwijzingen rekenen
  • Oefen bij elke opgave met het noteren van de berekening. Dit is verplicht bij het examen.
  • Kijk goed of je het definitieve antwoord moet afronden. Zo ja, met hoeveel decimalen? Tip: nooit tussentijds afronden.
  • Controleer: geef je antwoord op de vraag?

Slide 10 - Tekstslide

Thema wonen

Slide 11 - Tekstslide

Oriëntatie
Aan het eind van de lessen over 'Omgaan met geld', beheers je de volgende leerdoelen:

Slide 12 - Tekstslide

Waar kom je in het dagelijks leven percentages tegen?

Slide 13 - Woordweb

Instructie
Op welke manieren kun je onderstaande opgave uitrekenen?

Bereken: 30% van € 80

Slide 14 - Tekstslide

30% van € 80

Slide 15 - Open vraag

Instructie
Bijvoorbeeld met een
verhoudingstabel:

Slide 16 - Tekstslide

Instructie
Breuken als percentage

1/2 = 50%
1/4 = ... %
1/5= ...%

  • Lastig? -> toets in: 1 gedeeld door 2 x 100 = ......%
  • 1 gedeeld door 5 x 100 = .....%

Slide 17 - Tekstslide

Instructie
Nu andersom: 

Schrijf 75% als een breuk -> 

Vereenvoudigen: 
10075
75
:25
=3
100
:25
=4
43

Slide 18 - Tekstslide

Samen oefenen
  • 10% van € 600 = € 60
  • 30% = 3 x € 60 = € 180

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag
Deze les in ieder geval afronden:
Thema 1 "Omgaan met geld"
opdracht 8 t/m 16

Klaar? Ga dan verder met opdracht 17 en verder.

Slide 20 - Tekstslide


A
27
B
270
C
3
D
300

Slide 21 - Quizvraag


A
12
B
300
C
3
D
30

Slide 22 - Quizvraag

Afsluiting

Slide 23 - Tekstslide

Volgende les
Taak 1 'Omgaan met geld' afmaken

Slide 24 - Tekstslide