begrijpendlezenstevigekrachtpatser

Wat doet een stroper?
Stukje 2
1 / 18
volgende
Slide 1: Open vraag
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wat doet een stroper?
Stukje 2

Slide 1 - Open vraag

Wat is van ivoor?
Stukje 2

Slide 2 - Open vraag

Een ander woord voor onbedekt is?
Stukje 3

Slide 3 - Open vraag

Wat betekent 'log'?
Stukje 7

Slide 4 - Open vraag

Samenvatten
Stukje 5
A
lief
B
bijten
C
gevaarlijk

Slide 5 - Quizvraag

Samenvatten
Stukje 6
A
snijtanden
B
kaken
C
gebit

Slide 6 - Quizvraag

Samenvatten
Stukje 7
A
tenen
B
poten
C
zwemvliezen

Slide 7 - Quizvraag

Samenvatten
Stukje 8
A
maten
B
lengte
C
gewicht

Slide 8 - Quizvraag

Waarom heeft de schrijver deze tekst vooral geschreven?
A
Hij wil dat nijlpaarden beter beschermd worden
B
Hij wil een sprookje vertellen over een nijlpaard
C
Hij wil je ervan overtuigen dat nijlpaarden gevaarlijk zijn
D
Hij wil je verschillende dingen leren over nijlpaarden

Slide 9 - Quizvraag

In welk stukje staat een tegenstelling?
A
In stukje 1
B
In stukje 3
C
In stukje 5
D
In stukje 8

Slide 10 - Quizvraag

In welke regel geeft de schrijver zijn mening?
A
In stukje 2
B
In stukje 4
C
In stukje 6
D
In stukje 7

Slide 11 - Quizvraag

Lees stukje 1. De schrijver wil de volgende zin toevoegen: "Zo kan hij in het water ademen, zien en horen." Waar past deze het best?
A
Achter: 'kop'
B
Achter: 'afsluiten'
C
Achter: 'blijven'
D
Achter: 'Lang he!'

Slide 12 - Quizvraag

Lees: "Stropers.... verdienen."(stukje 2)
Hoe kun je van deze 2 zinnen één zin maken?
Stropers jagen op nijlpaarden,....
A
...dus aan het ivoor van de tanden kunnen ze veel geld verdienen
B
... maar aan het ivoor van de tanden kunnen ze veel geld verdienen
C
... omdat ze aan het ivoor van de tanden veel geld kunnen verdienen
D
... terwijl ze aan het ivoor van de tanden veel geld kunnen verdienen

Slide 13 - Quizvraag

Lees stukje 3.
Uit welk woord blijkt dat een nijlpaard geen haar heeft?
A
beschermen
B
huid
C
gevoelig
D
onbedekt

Slide 14 - Quizvraag

Lees stukje 4.
Waarom poept een nijlpaard als hij 's nachts eten gaat zoeken?
A
Om de weg terug te kunnen vinden
B
Omdat hij op Klein Duimpje wil lijken
C
Omdat hij rondjes draait met zijn staart
D
Om zo te laten weten dat hij de baas is in dat gebied

Slide 15 - Quizvraag

Lees stukje 6.
Hoe komt het dat de tanden van een nijlpaard scherp blijven?
A
Omdat hij ze gebruikt om te eten
B
Omdat hij ze gebruikt om te vechten
C
Omdat ze langs elkaar schuren
D
Omdat ze tot wel 50 cm lang zijn

Slide 16 - Quizvraag

In stukje 7 staat dat een nijlpaard een log lijf heeft.
In welk stukje wordt uitgelegd hoe log dat lijf is?
A
In stukje 3
B
In stukje 5
C
In stukje 6
D
In stukje 8

Slide 17 - Quizvraag

De titel van deze tekst is: Stevige krachtpatser.
Uit welke zin blijkt vooral dat de nijlpaard een krachtpatser is?
A
Uit: "Hij... blijven." Stukje 1
B
Uit: "Zo ... goed." Stukje 4
C
Uit: "Met ... bijten." Stukje 5
D
Uit: "De ... vechten." Stukje 6

Slide 18 - Quizvraag