Words exam idiom 4

Words exam idiom 4
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Words exam idiom 4

Slide 1 - Tekstslide

Stel je voor dat je net je favoriete snack hebt gevonden, maar iemand anders pakt het net voor je neus weg. Hoe zou jij je voelen?
A
Avid
B
Furious
C
Embarrassed
D
Hostile

Slide 2 - Quizvraag

What is the Dutch translation of 'blunt' ?

Slide 3 - Open vraag

Als jij met tegenzin naar een feestje gaat omdat je vrienden je meesleuren, welk Engels woord zou je gebruiken?
A
reluctantly
B
eagerly
C
appalled
D
enthusiastically

Slide 4 - Quizvraag

What is the Dutch word for “biased”?
A
Bezorgd
B
Enthousiast
C
Neerbuigend
D
Bevooroordeeld

Slide 5 - Quizvraag

You’re giving your cat a bath, and it’s clear he hates it. How would you describe his expression?
A
Keen
B
Avid
C
Disgusted
D
Awe

Slide 6 - Quizvraag

You accidentally text your mom instead of your girlfriend about how sexy she looked yesterday. How would you feel?
A
Patronizing
B
Hostile
C
Humiliated
D
Amused

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord past er niet bij?
A
Patronising
B
Condescending
C
Avid
D
Hostile

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de Engelse vertaling van 'genant'?

Slide 9 - Open vraag

Upset
Rage 
Keen
Concerned 

Slide 10 - Sleepvraag

What is the Dutch translation of 'suspicious'?

Slide 11 - Open vraag

Which English word means “verbijsteren”?
A
To appal
B
To adore
C
To bear
D
To reject

Slide 12 - Quizvraag