U3) Present Perfect

English (unit 3 - present perfect)
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

English (unit 3 - present perfect)

Slide 1 - Tekstslide

Lessongoals:
Goal: 
  • Ik weet hoe ik de present perfect moet maken.
  • Ik weet wanneer ik de present perfect moet gebruiken.

Slide 2 - Tekstslide

PRESENT PERFECT
Gebruik Present Perfect:
1. Als je wilt zeggen sinds wanneer iets aan de gang is, of hoelang iets al duurt.
    Let goed op de signaalwoorden: for en since
 
Voorbeelden:
1. I have lived in New York for seven years now.
    Ik woon al zeven jaar in New York. --> in het verleden begonnen en nog steeds bezig.

2. She hasn’t talked to Simon since 2015
     Ik heb niet met Simon gesproken sinds 2015. --> dus nu nog steeds niet.

Slide 3 - Tekstslide

PRESENT PERFECT
Gebruik Present Perfect:
2.  Als je wilt zeggen dat iets vroeger is gebeurd, maar je weet niet precies wanneer (of het is niet belangrijk) Met andere woorden: je geeft aan dat het vooral belangrijk is dát het is
gebeurd, niet wanneer:
 
Voorbeelden:
Sam has visited Spain before, so he knows how hot it can get.
We haven’t visited the church before.
Have you visited Gran in the hospital yet?

Slide 4 - Tekstslide

PRESENT PERFECT
3. Als iets zojuist (korte tijd geleden) is gebeurd, gebruik je ook de present perfect. Let op
     signaalwoorden als already of just:
 
 Voorbeelden:
I have already packed my bags.                                    Chris has just finished his book.

Let op: in het Engels gebruik je de present perfect dus om duidelijk te maken dat iets in het verleden is begonnen en doorloopt tot het nu, en vaak zelfs tot in de toekomst. In het Nederlands gebruiken we dan soms een andere tijd, dus je kunt niet helemaal op je Nederlandse taalgevoel afgaan.

Slide 5 - Tekstslide

Present Perfect: vorm
- Vorm:  have / has (he-she-it) + voltooid deelwoord

  • regelmatige werkwoorden + (e)d

  • onregelmatige werkwoorden > 3e rij (uit je hoofd leren)
          to write-wrote-written
          to do-did-done
          to know-knew-known




Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

SIGNAALWOORDEN
  • JUST - NET
  • ALREADY - AL
  • YET - AL (IN VRAAGZINNEN)
  • NOT YET - NOG NIET
  • ALWAYS - ALTIJD AL
  • NEVER - NOOIT
  • EVER - OOIT
  • SINCE - SINDS
  • FOR - (NU) AL
  • (FOR) HOW LONG? - HOE LANG

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Hoe vorm je de Present Perfect?
A
stam + ED
B
met het derde rijtje van de irregular verbs
C
stam + S bij he / she / it
D
met has / have + voltooid deelwoord

Slide 10 - Quizvraag

Sleep de signaalwoorden die horen bij de Present Perfect.
Signaalwoorden
Present Perfect
since
already
for
just
yet
never
ever
yesterday
last week
in 2019
last year

Slide 11 - Sleepvraag

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
My cat finally caught the mouse.
B
His cat hasn't caught a mouse since last year.
C
My dog never catches anything.
D
Did you get caught?

Slide 12 - Quizvraag

Then fill in the gaps. Use the present perfect

Josh ____ (to live) in the USA for 10 years.

Slide 13 - Open vraag

Then fill in the gaps. Use the present perfect

I ___ already ___ (clean) my room.

Slide 14 - Open vraag

Then fill in the gaps. Use the present perfect

Lisa and Colin ___ to a concert. (to go)

Slide 15 - Open vraag

Je hebt uitleg gehad en geoefend
met de PRESENT PERFECT.
Wat kun je nu zelf uitleggen over het onderwerp?

Slide 16 - Open vraag

Maak zelf een goedlopende zin met de Present Perfect.

Slide 17 - Open vraag

Ik weet hoe ik de present perfect moet maken en waneer ik deze moet gebruiken.
Ja dat weet ik.
Een beetje. Ik snap sommige dingen nog niet helemaal.
Nee ik snap het helemaal niet.

Slide 18 - Poll