Noten leren les 1: toonduur

Les 1: Toonduur
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
MuziekMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Les 1: Toonduur

Slide 1 - Tekstslide

De taal van de muziek.

Ieder land heeft zijn eigen taal. In Frankrijk spreken ze Frans, in Engeland Engels en in Nederland Nederlands. Er is één taal die in ieder land gesproken wordt: Het notenschrift!
Honderden jaren geleden hebben mensen een manier bedacht waarop ze de liedjes die ze op hun instrumenten speelden het beste konden opschrijven. Dit zodat de liedjes bewaard zouden blijven en ook andere mensen ze zouden kunnen spelen. Er waren in die tijd immers nog geen telefoons of mp3 spelers waar ze de liedjes mee konden opnemen. Al snel zou het notenschrift een taal worden die over de hele wereld gebruikt wordt.




Slide 2 - Tekstslide

Doel
Tijdens deze les leer je:

- Hoe noten eruit zien
- Hoe lang verschillende noten duren
- Rusten
- Maten (indeling van muziek)
- Maatsoort (hoeveel tellen in de maat)

Slide 3 - Tekstslide

Vaardigheden
Aan het einde van de les kun je:

- noten herkennen aan hun vorm
- Rusten herkennen aan hun vorm
- Maten invullen en compleet maken
- Maatsoorten begrijpen

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht 1
Je krijgt op de volgende slide een filmpje te zien waarin toonduur wordt uitgelegd. Tussendoor worden er vragen gesteld en oefeningen aangeboden.

Slide 5 - Tekstslide

5

Slide 6 - Video

00:41
Sleep het aantal tellen naar de juiste noot
1 Tel
2 Tellen
4 tellen
1/2 Tel

Slide 7 - Sleepvraag

01:54
Begrijp je alles tot nu toe?
Ja
Nee

Slide 8 - Poll

02:09
Hoeveel maten heeft dit liedje?

Slide 9 - Open vraag

02:53
Deze maat is niet helemaal vol. Hoeveel tellen missen er?
A
1/2
B
1
C
2
D
3

Slide 10 - Quizvraag

04:37
Maatsoort
De maatsoort wordt aangeduid als een breuk, bijvoorbeeld driekwartsmaat en 3/4 of
3
4
. De maatsoort wordt op de notenbalk genoteerd aan het begin van elk muziekstuk met de twee getallen boven elkaar. De "teller" geeft het aantal tellen in een maat aan en de "noemer" wat de teleenheid is.

Slide 11 - Tekstslide

Poeh! veel informatie!

Snap je het nog niet helemaal? Ging het wat snel? Heel erg begrijpelijk! Daarom gaan we nu stap voor stap alles nog eens herhalen en oefenen. 

Slide 12 - Tekstslide

Toonduur
Aan de vorm van de noot kun je zien hoe lang hij duurt. Open noten duren langer dan dichte noten. Noten met vlaggetjes duren het kortst. Soms zijn er in een muziekstuk ook korte of langere stiltes. De stiltes worden aangegeven door rusttekens. Als je een rustteken ziet, speel of zing je dus even niet.
Dit moet je gewoon uit je hoofd leren.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Hoelang duurt een achtste noot?
A
2 tellen
B
1 tel
C
4 tellen
D
1/2 tel

Slide 15 - Quizvraag

Hoelang duurt een halve noot?
A
3 tellen
B
1 tel
C
2 tellen
D
4 tellen

Slide 16 - Quizvraag

Hoelang duurt een hele noot?
A
1/2 tel
B
4 tellen
C
2 tellen
D
1 tel

Slide 17 - Quizvraag

Hoelang duurt een kwartnoot?
A
1 tel
B
1/2 tel
C
2 tellen
D
4 tellen

Slide 18 - Quizvraag

Sleep steeds de rust naar het juiste aantal tellen (of andersom)
4 tellen 
1/2 tel
2 tellen
1 tel

Slide 19 - Sleepvraag

Maatsoort
De maatsoort wordt aangeduid als een breuk, bijvoorbeeld driekwartsmaat en 3/4 of
3
4
. De maatsoort wordt op de notenbalk genoteerd aan het begin van elk muziekstuk met de twee getallen boven elkaar. De "teller" geeft het aantal tellen in een maat aan en de "noemer" wat de teleenheid is.
Dit moet je gewoon uit je hoofd leren.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

De maat hiernaast is niet vol. Hoeveel tellen missen er? (let op de maatsoort!)
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 22 - Quizvraag

De maat hiernaast staat in een 4/4 maat. Maar er klopt iets niet. Wat?

Slide 23 - Open vraag

Hieronder zie je een stukje van een liedje. Maar er staan geen maatstrepen in. De maatsoort is 4/4. Kijk goed en bedenk hoeveel maatstrepen je moet tekenen om het lied goed te verdelen. 

Slide 24 - Tekstslide

En? hoeveel maatstrepen moeten er komen?

Slide 25 - Open vraag

Tot slot
Je bent aan het einde van deze les gekomen. GOEDZO!

Voordat je hem afsluit, wil ik je vragen of je alles hebt begrepen en hoe je het vond. Schijf op de volgende slide in 3 zinnen op wat je wel/niet begrijpt, waar je hulp bij nodig hebt en hoe je deze les vond.
Dank je!

Slide 26 - Tekstslide

1. Wat begrijp je wel/niet?
2. Waar heb je nog hulp bij nodig?
3. Hoe vond je deze les?

Slide 27 - Open vraag

Slide 28 - Tekstslide